Print Maatstaf. Jaargang 29(1981)– [tijdschrift] Maatstaf Vorige Volgende [p. 100] Benno Barnard Twee gedichten Faust Te worden overrompeld door de droom, die alles wat je wou in het vooruitzicht stelt, en daarna jou de keuze laat. En dat een krabbeltje volstaat. Ontdekte je, in slaap, dat je perfekt beschreef, een knieval voor Mefisto hield dat in: dat hij, met jouw consent, het toeval buitenjonaste. Daar heerst de duisternis van wakkerzijn. Hierbinnen grijpt, onder de peer, het wonder plaats, als je, in slaap gesust, je vondsten naast. [p. 101] Ik droom, ik woon op Java, in een huis dat trekt, en dat niet wit meer is. Gedong. Ziek woord, of klinkt het ziek. Ik heb het gefabriekt. Heel, droom ik, is in mij wel iets (de kopzorg over het bezit), maar op centraal gezag wijst niets. Wat vroeger niet zelfstandig was, wimpelt als lucht concessies af. En op mijn gaanderij, waar ik het hoofd waar dit in speelt met beide handen stut, wordt hagelwit pa- pier verstookt, waarvan de gloed mijn slaap verhit. Vorige Volgende