eens de definitieve kon worden: Dostojevski, the seeds of revolt 1821-1849 van Joseph Frank. Verschijning van volgende delen stagneert helaas nogal. In elk geval zijn we voornemens na het uitkomen van het laatste deel uitvoerig op dit boek in Maatstaf terug te komen. In het onderhavige nummer hebben we het biografische aspect goeddeels laten liggen, met verwijzing naar voornoemde biografieën, met verwijzing ook naar de in het Nederlands verschenen (deel)studies in dit opzicht zoals ze zijn geïnventariseerd door Kingma.
Het nummer opent met Charles B. Timmer, de nog altijd onvermoeibaar voortpublicerende en uit het Russisch vertalende nestor onder de slavisten aan wiens naam de Russische Bibliotheek is verbonden en aan de presentatie daarin van diverse Dostojevski-vertalingen in het bijzonder. Timmer koos een thema dat hem al geruime tijd bezighoudt: de rol, de invloed, de alomtegenwoordige en tegelijk curieus afwezige betekenis van het geld bij Dostojevski. Op basis van dit thema onderwerpt hij met name de Raskolnikovfiguur aan een uitermate verrassende resultaten opleverend onderzoek. Direct daarop aan sluit het artikel van de slaviste Annie Wijzenbroek die er in slaagt een zeer interessante relatie te leggen tussen de activiteiten aan de speeltafel van Dostojevski en van Multatuli. Een tweede artikel van Timmer is hoofdzakelijk gebaseerd op een door hem gevoerde correspondentie met de ten onrechte vergeten en verwaarloosde Dostojevski-specialist S.V. Margadant die al zo 'n opvallend essay over ‘De hospita’ publiceerde in het in 1956 bij Van Oorschot verschenen Over Dostojevski. J.M.A. Biesheuvel, een groot Dostojevskilezer, leverde een verhaal met de half-autobiografische speculaties die ook het werk van Dostojevski - die trouwens een rol speelt in Biesheuvels bijdrage - zo doortintelen. Het is tegelijk een uitdagende parafrase op thema's, motieven en stilistische manoeuvres. Maarten van Nierop stelt Dostojevski's veelomstreden positie als terecht of ten onrechte vermeende tegenspeler van de Verlichting aan de orde. Maarten 't Hart geeft in zijn vergelijkende essay Dostojevski-Dickens een prikkelende ‘dissenting voice’. Hij scherpt dat geluid nog aan in de antwoorden van zijn vragenboog. De slavist Louis Smit geeft enige parerga bij een per roman of verhaal van Dostojevski uit te werken, wel eens veronachtzaamd, thema: de humor bij Dostojevski.
Henk Woldring, die in 1971 samen met dr. K.J. Popa bij Buijten en Schipperheijn de studie Monniken en moordenaars, het dubbelgangermotief in het mensbeeld van Dostojevski publiceerde, schrijft over antropologische en ethische conclusies die bij Dostojevski getrokken kunnen worden in relatie tot een in diens werk hoe dan ook altijd essentieel blijvende religieuze problematiek. De slavist Henk Wolzak redigeerde een ‘vragenlijst’. Hij breidde een ouder initiatief van Dirk Coster in de Stem van ver voor de oorlog uit tot een geheel van tien vragen die worden beantwoord door twee auteurs die zich pertinent kritisch opstellen - Karel van het Reve en Maarten 't Hart - en twee auteurs die zich positief uitlaten, Charles B. Timmer en dr. J. Verkuyl, schrijver van de naar ons weten laatste in Nederland verschenen Dostojevski-monografie: Dostojevski's visie op de mens (Kok). Drie van de vier auteurs reageren nogal ironisch op de hele zin en opzet van de vragenlijst. Ook die ironie heeft ten aanzien van Dostojevski's omstredenheid tenminste een paar even laconieke als lucide op- en aanmerkingen opgeleverd.
Rainer Georg Grübel plaatst Dostojevski's werk binnen een traditie van het fantastisch realisme, wat meteen in bepaalde opzichten een reactie of antwoord is op de kritische uitlatingen over Dostojevski's stijl in de vragenlijst. Jan van der Eng bewerkte een eerder in het Engels gepubliceerd artikel over Dostojevski en Flaubert dat door de slavist Mark Schreurs werd vertaald. De slavist Sander Brouwer, die met een artikel in Literair Paspoort van mei-juni 1980, het Dostojevskijaar al inleidde, schrijft over Dostojevski en de tijd. De uitputtende bibliografie van Jelle Kingma sluit het nummer af. We zijn