Maatstaf. Jaargang 28(1980)– [tijdschrift] Maatstaf– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 52] [p. 52] René Hamers Maaskreeft De glazen doos, als eerste nummer na de pauze, staat op het toneel. Wie goed kijkt ziet ledematen en ook iets van een romp. Het hoofd lijkt weggelaten. Dan wringt zich iets eruit; een aarzelend applaus klinkt op. Het is niet te geloven, totdat er even later naast het kistje een hele man staat. Zo hoorde ik, en dat is geen theater, vertellen van een maaskreeft en hoe die kan vervellen. Niet uit een doos, maar uit zijn eigen huid kruipt die, kompleet met elke spriet en is tenslotte twee. Daarbij weet men niet of het één het beest is dat men ziet en het andere de lege vorm. Totdat men met een tak ertegen tikt. Dan geeft het één een hol geluid, het andere gaat bewegen. O, uit zijn schaal te komen zonder dat die brak. Vorige Volgende