Portfolio Triest is niet troosteloos-het werk van Herman Gordijn
Door Henk Romijn Meijer
Van een laat schilderij van een schilder kun je misschien met een zeker recht zeggen dat de elementen ervan in het vroegere werk al duidelijk aanwezig zijn, maar vroeg werk is niets dan zichzelf. Niemand kan zeggen wat het gaat worden en het houdt geen garantie in voor de toekomst, ook al prikkelt het de zucht tot voorspellen die uit bewondering voortvloeit.
Die zucht was bij mij al aanwezig toen ik meer dan tien jaar geleden een schilderij van de voor mij toen onbekende Herman Gordijn zag hangen in galerie Mokum in Amsterdam, en ik ben dan ook bizonder blij dat hij nu, zoveel jaren later, een groot aantal schilderijen, tekeningen en etsen op zijn naam heeft staan die in hun ontwikkeling laten zien hoe consequent hij gewerkt heeft en van hoe een wezenlijk belang het schilderen en tekenen voor hem is.
Realisme is een woord dat je zou kunnen gebruiken, want Herman Gordijns werk is niet abstract, maar het staat wel erg ver af van een nauwgezet imiteren van een geziene werkelijkheid. Afgezien van het werk dat hij in opdracht gemaakt heeft, schept Herman Gordijn in zijn werk een realiteit die werkelijk bestaat, maar alleen in de fiktie van het schilderij. Hij legt beelden vast van een innerlijk gebeuren. Het is alsof de schilderijen zeggen: zo had het ook werkelijk kunnen zijn, waarom niet? Vooral in zijn vroege schilderijen zet hij vaak figuren op de voorgrond die met een uitdagende spot hun zonde bedrijven, zoals in dat eerste schilderij dat ik ooit zag, een omvangrijke vrouw achter een schaal taartjes, een wezen dat gulzig de draak steekt met de kijker die dik met lelijk zou durven gelijkstellen en opgaat in een genieten waar god noch gebod aan te pas komt. Ze is geestelijk verwant aan de hoer met de cyclaam die met haar verzakkende vel, haar groteske dikte, haar armen van gewapend beton toch verleiding durft te bieden achter haar raam en de trots uitstraalt van iemand die meer plezier aan haar leven beleeft dan menigeen die zich aan gezondere leefregels houdt. En de vrouw die badminton speelt heeft maar één doel voor ogen, het raken van de pluimbal die op haar afkomt. Het is een doel waarachter geen Hoger Doel steekt. Het volledig opgaan in iets oogaanschijnlijk onbelangrijks is kenmerkend voor veel van zijn vroegere werk.
Ontluisterend is een woord dat nu en dan de kop opsteekt in verband met deze schilderijen, maar ik voel er meer een bewondering in voor een taai volhouden waar de natuur zelf zijn medewerking heeft opgezegd. Zo mag ijdelheid dan bekend staan als ondeugd, maar ijdelheid kan de mens ook op de been houden. Het is verbluffend dat mensen toch maar blijven leven, lijkt Herman Gordijn te zeggen in veel van zijn werk. Een vrouw houdt zich drijvend, hoe onwaarschijnlijk het ook mag zijn dat zoiets nog kan drijven...
Veel van het vroegere werk laat de zachtere gevoelens niet toe. In het uitbundig satiri-