Maatstaf. Jaargang 15(1967-1968)– [tijdschrift] Maatstaf– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 162] [p. 162] h.j. mesterom [Gedichten] op de televisie De koning wandelt tot aan zijn knieën door het rampzalige water. Een vochtig sprookje. Parachutisten boven vijandelijk gebied. Kleine witte wolken. Grootvader rookt een zware pijp. Kijk maar. Het is allemaal echt gebeurd, op de televisie. En toch heeft er niemand gehuild. Een kwestie van zelfbeheersing. De gebloemde omroepster laat haar tanden weer zien. Gelukkig dat alle kinderen nu naar bed zijn. [pagina 163] [p. 163] morgen Nachtrust heeft mij geradbraakt. Sterren hebben mij slaap gegeten. Zoals ik eens bosbessen plukte met niet te verzadigen blauwe vingers en lippen denk ik. Terwijl de eerste honden uitgelaten de hoge straatlantarens blussen wordt het dinsdag of woensdag of een andere driftige dag. in de nietsontziende spiegel betrap ik op heterdaad de dief die mijn leven steelt. Het kind dat met vuur speelt en sterft van de kou. Vorige Volgende