geschriften, hielpen de vervolgden, verdedigden het recht van de ouders in de opvoeding en de vrije prediking van het Evangelie, vrijwaarden het menselijke verbond van de arts met zijn patiënt tegen de inmenging van een machtsbeluste staat.
Dank zij hen was Nederland in die dagen, hoewel gemarteld en vernederd, nochtans vrijer en weerbaarder dan ooit...
Door de vijand vogelvrij verklaard, werkend in gebrekkig georganiseerd verband, met geen andere meester dan het geweten, weerstonden zij de aanval op ons volksbestaan, gaven zij de twijfelmoedigen zekerheid, de zwakken kracht en de opgejaagden bescherming.
Velen van hen stierven in gevangenschap of voor het vuurpeloton. Slechts weinigen konden in de vaderlandse bodem te ruste worden gelegd. Gedenk ze met eerbied en altijd.
Verwijl niet te lang bij het verdriet om hen die wij missen...
Zoek niet de doden, zoek de levenden. Zoek daar waar dit volk woont en werkt.
Zie hoe wijd zijn land is, hoe hoog zijn hemel, hoe dichtbij het ruisen van de geweldige zee.
In deze gewesten zijn vrede en vrijheid groot geworden.
Zij zijn de vruchten van geestelijke zuiverheid, eerlijk denken, naastenliefde en geloof. Bedenk, dat hetgeen gisteren bedreigd werd, heden en morgen opnieuw in gevaar kan verkeren. Bescherm het en wees waakzaam.
Zolang mogen de paden die naar de stilte van onze doden leiden begaanbaar blijven voor allen die zich willen bezinnen op de waardij van vrijheid en gerechtigheid.
Daartoe helpe ons God...