tekenen van tegenspraak 3
vergelding en verder
De israelische vergeldingsaanval onlangs op het jordaanse dorp Samoe heeft weer eens de aandacht gevestigd op Israel en zijn benauwde bestaan.
Aan die vergeldingsaktie veel aandacht te besteden is overbodig. In woord en daad deed ze duits aan. Het kennelijk verwachte politieke sukses van deze aanval van troepen en tanks op brigade-sterkte, ondersteund door straalvliegtuigen, is uitgebleven.
De veiligheidsraad veroordeelde Israel, Jordanië besloot troepen uit Irak en Saudi-Arabië binnen te laten om zijn grenzen beter te kunnen verdedigen. Een oplossing van het konflikt tussen Israel en zijn arabische buurlanden is geen stap dichterbij gekomen, beleefd gezegd.
Reeds achttien jaar zijn er verlopen sinds het uitroepen van de staat Israel, en al achttien jaar ligt er een geweldige tijdbom onder dat land, die ongetwijfeld op een dag zal ontploffen.
Wat het allereksplosiefste element in die bom is, valt moeilijk te zeggen. Misschien is het de arabische bevolking van Israel. Ze omvat elf procent van de totale bevolking, maar groeit drie maal zo snel als de joodse. Ze zal deze binnen afzienbare tijd hebben overvleugeld, getalsmatig, tenzij de joodse immigratie wordt opgevoerd. De snelle vooruitgang in welvaart en opleiding die deze groep doormaakt, moet haar wel stijven in haar opvatting er niet ‘bij’ te horen. (Zie Rapid advance in Israeli Arab's living standards, door Eric Silver, in The Guardian van 30 november 1966)
Er is in de afgelopen achttien jaar geen toenadering gekomen in de opvattingen van de konfligerende partijen. Voor de arabische staten, en zeker voor de (voormalige en huidige)