Maatstaf. Jaargang 14(1966-1967)– [tijdschrift] Maatstaf– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 122] [p. 122] ellen warmond [Gedichten] literatuurhistorie Hollandser kan haast niet dat onze twee grootste (of als grootst geziene) dichters van een vorige generatie beiden aan fietsen hingen als een akrobaat aan zijn rekstok de een in burger de ander in uniform en dat de derde allergrootste zichzelf een landman noemde of een boer op de momenten dat hij niet meende een koe te zijn. [pagina 123] [p. 123] bij de tijd 1 Zo ouderwets is dit hotel dat het daardoor weer modern wordt: een koerende matras met feeling voor poetry emotion het bad van buiten van hardboard (bekroonde angstdroom van huisvlijt) zo prachtig van lelijkheid dat we ontroerd een ogenblik ons lachen inhouden (uit eerbied) voor deze nooit gevonden vondst dit hotel en wij daarin druk bezig met zijn (kom daar eens om tegenwoordig) een nooit voltooid kunstwerk een levend illustreren van woorden als: ontstaan. het stromende. alles. niets. tussenbeide. het worden. [pagina 124] [p. 124] bij de tijd 2 Alles verandert, bijna elke minuut wordt de wereld weer ergens minder te begrijpen alleen een mens een zachtleren buidel gevuld met vocht en gedachten soms zelfs gevoelens dat verandert merkwaardigerwijs niet (geen enkele technische verbetering in zoveel eeuwen) en dat is nog het slechtste te begrijpen. [pagina 125] [p. 125] een nieuw ideaal Niet de listige spelonk waar de koele terughouding neerhurkt een eskimo van zelfgenoegzaamheid niet de hitsige arena waar hysterischgeworden hoeden een eigen leven van applaus gaan leiden geen bloed dat voortdurend zijn eigen snelheidsrekords breekt van drift liefde of trots geen huid die wenst zich op te lossen aan een andere huid uit liefde of vreest te verslijten aan het harde schuren tegen een harde wereld niet langer een ingewikkeld soort chemische machine zijn door godzelf of nietgod-zelf gemaakt maar een ready-made een trouvaille een massieve mens uit één stuk (bestand tegen krassen en branden) [pagina 126] [p. 126] een plastic mens worden een wonder van pop-art. Vorige Volgende