Maatstaf. Jaargang 7
(1959-1960)– [tijdschrift] Maatstaf– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 114]
| |
[pagina 115]
| |
Zie ons blindelingsJou vraag ik:
zie ons
al zijn wij onzichtbaar
onder donkere mantels der onmacht
achter kantelen van hoogmoed
in kloosters eenzaamheid
raak ons aan al liggen
wij onbereikbaar
op de rotskusten van de dood
aangespoeld weerloos als water
golfslag en hartslag één en ondeelbaar
jou vraag ik:
leef ons
beleef ons
adem mijn adem
adem ons.
| |
[pagina 116]
| |
KouSoms
als het hart zich openvouwt
vouwt zich de wereld dicht
roep mij dan of kom
er is slecht weer
er is gevaar op til
roep mij nu of kom
want deze nacht is koud en stil
en eenzamer dan sterven in de sneeuw.
| |
Stenen voor broodStenen voor brood het is niet
jouw fout maar de mijne jij ziet
steen en ik breek het woord brood
wij zullen - levend - maar heel zelden waar zijn
zullen niet - stervende - één en elkaar zijn
wij gaan steen en afzonderlijk dood.
|
|