| |
| |
| |
Edgar Lee Masters
Uit: Spoon River Anthology
Het gras op de heuvel
Waar zijn Elmer, Herman, Bert, Tom en Charley,
de zwakkeling, de poteling, de grappenmaker, de dronkaard, de vechtjas?
Zij slapen allen onder het gras op de heuvel.
De een bezweek aan typhus,
de ander verbrandde in een mijn,
de derde werd doodgeslagen bij een ruzie,
de vierde stierf in de gevangenis,
weer een ander viel van een brug, waar hij werkte voor vrouw en kinderen....
En nu slapen, slapen ze allen onder het gras op de heuvel.
Waar zijn Ella, Kate, Mag, Lizzie en Edith,
de teerhartige, de goedhartige, de opzichtige, de trotse, de vrolijke?
Zij slapen allen onder het gras op de heuvel.
De een stierf in een heimelijk kraambed,
de ander door onbeantwoorde liefde,
de derde door mishandeling in een bordeel,
de vierde door teleurstelling toen zij het onbereikbare begeerde,
weer een ander, die was uitgevlogen naar Londen en Parijs,
werd hier ter aarde besteld door Ella, Kate en Mag....
En nu slapen, slapen ze allen onder het gras op de heuvel.
Waar zijn oom Isaäc en tante Emily,
en Kincaid, de postbode, en Houghton, de koster,
en de stokoude majoor Walker die nog de helden
| |
| |
van de vrijheidsoorlog persoonlijk had gekend?....
Zij slapen allen onder het gras op de heuvel.
Naast hen legde men de zonen, gevallen in de oorlog,
de dochters, verbrijzeld onder het leven,
en hun verweesde kinderen, troosteloos schreiend....
En nu slapen, slapen, slapen ze allen onder het gras op de heuvel.
Waar is Jones, de oude straatmuzikant
die, spelend met het leven, negentig werd,
door sneeuwstormen liep met een open hemd,
dronk, zwierde, en om niets en niemendal gaf,
niet om geld, niet om liefde, niet om de hemel?
Hoor, hij mompelt in zijn slaap over hoe ze vroeger visten,
hoe ze vroeger paardenrennen hielden in Clary's Grove,
en wat Abraham Lincoln heeft gezegd
jaren geleden te Springfield.
| |
Elsa Wertman
Ik was een boerenmeisje uit Duitsland,
Had blauwe ogen, rode wangen en was gelukkig en sterk.
Mijn eerste betrekking was bij meneer en mevrouw Greene.
Op een zomerdag, toen mevrouw uit was
Sloop meneer de keuken in, sloeg plotseling
zijn armen om mij heen en kuste mij op mijn keel.
Het maakte me duizelig, en geen van ons beiden
scheen toen te begrijpen wat er eigenlijk gebeurde.
Later wist ik geen raad meer en huilde, huilde
toen ik mijn geheim niet langer kon verbergen.
Op een dag zei mevrouw Greene dat ze alles begreep,
maar dat ze het mij niet lastig zou maken,
en, omdat ze zelf geen kind had, het mijne zou aannemen.
| |
| |
Hij had een buitenhuis voor haar gekocht waarin zij zich zou terugtrekken.
Daaruit kwam zij niet meer tevoorschijn en strooide geruchten rond
alsof wat er gebeuren ging met haar gebeurde.
Het lukte, het kind werd geboren en de Greene's waren erg vriendelijk voor me.
Naderhand trouwde ik met Guus Wertman en tientallen jaren gingen voorbij.
Maar als, bij politieke betogingen, de omstanders soms dachten
dat ik huilde om de welsprekendheid van de jonge Hamilton Greene,
Nee! Ik huilde, omdat ik dan zo graag had willen roepen;
Dat is mijn zoon! Dat is mijn zoon!
| |
Hamilton Greene
Ik was het enig kind van Francine Harris uit Virginia
en Thomas Greene uit Kentucky,
beiden uit sterke en aanzienlijke geslachten gesproten.
Aan hen dank ik dat ik werd wat ik werd,
rechter, kamerlid, eerste minister.
levendige verbeelding en welbespraaktheid,
van mijn vader wilskracht en een gezond verstand.
Aan hen komt alle eer toe
voor de diensten die ik bewees aan het volk!
| |
Hortense Robbins
Mijn naam stond elke dag in de couranten
en dan las men waar ik had gedineerd,
of welke tournée ik maakte,
| |
| |
of dat ik een salon hield in Parijs
waar ik optrad voor de elite.
Ik was gedurig dinerende of reizende
of een rustkuur doende te Baden-Baden.
Nu ben ik ter ere van Spoon River
begraven bij de familie waaraan ik ontgroeide.
Niemand kan het meer schelen waar ik dineerde,
waar ik verbleef, of voor wie ik optrad,
of hoe dikwijls ik een kuur deed te Baden-Baden.
| |
Pauline Barrett
Ik leek wel een geraamte na mijn operatie!
Ik had een klein jaar nodig om weer op krachten te komen.
Maar op de morgen van onze koperen bruiloft
geleek ik weer een beetje op de vrouw die ik eens was.
Wij maakten samen een boswandeling
en het mos maakte onze voeten geluidloos.
Maar ik kon je niet eerlijk aankijken,
en jij kon mij niet eerlijk aankijken,
zo diep was ons verdriet - jouw haar begon te grijzen
en ik was nog maar een schim van mijzelf.
Waarover spraken we? - Over de lucht, over de vijver,
over alles wat dienen kon om onze gedachten te verbergen.
Bij thuiskomst bleek het, dat jij bloemen had besteld
om de eettafel een feestelijk aanzien te geven.
Arme jongen, wat heb je je best gedaan
om je terug te verplaatsen in ons heerlijke verleden!
De moed ontzonk me toen wij naar bed zouden gaan
en jij mij voor een tijdje alleen liet in mijn kamer
zoals je dat ook deed in onze wittebroodsweken, arme jongen.
En ik keek in de spiegel, en iets heeft tegen me gezegd:
‘Beter geheel gestorven dan ten dele gestorven....
Men mag het leven niet nabootsen en niet valsspelen in de liefde’....
| |
| |
En ik deed het terwijl ik daar in de spiegel keek....
Liefste, heb je het ooit begrepen?
| |
Dominee Abner Peet
Ik heb er geen traan om gelaten
dat na mijn dood mijn huisraad
in het openbaar werd verkocht.
Het bood mijn beminde gemeente de gelegenheid
om zich een voorwerp dat mij persoonlijk had toebehoord
als een aandenken te verschaffen.
Maar de kist uit mijn studeervertrek
ging naar Burchard, de wijnhandelaar!
Weet u wel dat zich daarin alle handschriften bevonden
En hij heeft ze verbrand als scheurpapier.
| |
Mrs. Williams
dupe van praatjes en leugens.
raadselachtige verdwijning
werd uitgespeeld tegen haar opvoeding.
Mijn scherp oog voor schoonheid
zag veel verder dan de linten,
het gevlochten stro en het vilt,
die zo flatteus zijn bij lieve gezichtjes
en bij zwart en goud haar.
en u daarna één vraag stellen.
Meisjes die getrouwde mannen inpalmen
| |
| |
Getrouwde vrouwen, draag die ook.
Hoedjes kunnen echtscheidingen uitlokken,
ze kunnen ze ook. voorkomen.
Stel dat alle kinderen, hier te Spoon River geboren,
zouden zijn opgevoed door de overheid, ergens in een landhuis,
zodat de vaders en de moeders de vrijheid hadden gehad
zich uit te leven en zo ontrouw te zijn als zij wilden,
denkt u dan dat Spoon River
ook maar iets zedelozer was geweest?
| |
Knowlt Hoheimer
Ik was de eerste die viel in de slag op de Kloosterberg.
Toen ik de kogel mijn hart voelde binnendringen,
wenste ik dat ik thuis was gebleven en mijn straf was gaan uitzitten,
voor de varkensdiefstal bij Curl Trenary,
in plaats van weg te lopen en als vrijwilliger dienst te nemen.
Duizendmaal liever lag ik in de gevangenis
dan onder dit marmerbeeld met engelenvleugels
en een granieten voetstuk
waarop staat geschreven: ‘Pro Patria’.
Wat betekenen ze toch, die woorden?
| |
Lydia Puckett
Knowlt Hoheimer vluchtte en ging als vrijwilliger in dienst
op de dag dat Curl Trenary
hem onder ede beschuldigde van varkensdiefstal
en rechter Arnett zijn aanhouding gelastte.
Maar dat is niet de reden waarom hij soldaat werd.
Hij had mij betrapt met Lucius Atherton.
Wij kregen woorden en ik zei hem
| |
| |
mij nooit meer onder de ogen te komen.
Toen stal hij de varkens en ging naar het front....
Achter iedere soldaat schuilt een vrouw.
| |
Sarah Brown
Maurice, ween niet. Ik ben niet hier, onder deze pijnboom.
Lentewind suist door het zoetgeurende gras,
sterren tintelen, trekvogels roepen,
maar jij treurt, terwijl mijn ziel schier bezwijmt van geluk
in de gezegende gewesten van eeuwig licht!
Ga naar mijn echtgenoot, hij heeft een goed hart
en hij tobt nog over wat hij noemt onze schuldige liefde: -
Zeg hem dat mijn bestemming was, dat ik jou liefhad
en hem niet minder liefhad - dat ik door het vlees
geest moest verwerven, en door geest, vrede.
Er is geen huwelijk in de hemel.
| |
Johnie Sayre
Vader, nooit zul je te weten komen
dat ik geen raad wist van verdriet
over mijn ongehoorzaamheid, in de seconde dat ik
het meedogenloze wiel van de locomotief
dwars door het kermende vlees van mijn been voelde gaan.
Terwijl ze mij binnendroegen in het baanwachtershuisje
kon ik in het dal de school zien liggen
vanwaar ik spijbelde om heimelijk te gaan meerijden met rangerende treinen.
Ik heb gebeden om te mogen leven tot ik U om vergiffenis had kunnen vragen
en ik zag nog net Uw tranen en hoorde U troostwoorden stamelen.
De verlichting die ik toen voelde ging over in oneindig geluk.
| |
| |
Terecht liet U beitelen op mijn zerk:
‘Ontrukt aan het kwaad dat hem wachtte’.
| |
Edith Conant
Wij staan om deze zerk - wij, de herinneringen,
en bedekken onze ogen omdat wij schromen te lezen:
‘17 Juni, 1884, oud 21 jaar en 3 dagen’.
en wij - wij, de herinneringen, staan hier nog alleen uit naam van onszelf,
want niemand bemerkt ons of weet nog wat wij gedenken.
Je man is dood, je zuster woont ver hier vandaan,
je vader, kinds en stokoud,
heeft je vergeten, hij gaat bovendien
haast nooit meer het huis uit.
Geen mens heeft meer heugenis aan je teder gelaat,
Hoe zong je nog, zelfs op de morgen van je sterfdag,
met vlijmende zoetheid, met ontroerende weemoed,
bij de komst van het kind dat tegelijk met je stierf.
't Werd alles vergeten, behalve door ons, de herinneringen,
die op onze beurt worden vergeten door de wereld....
Alles is veranderd, behalve de rivier en de heuvel....
Zelfs die zijn veranderd.
Alleen de brandende zon en de stille sterren zijn dezelfde.
En wij - wij, de herinneringen, staan hier vol schroom,
onze ogen gesloten door de moeheid van tranen....
vol onuitsprekelijke moeheid!
Nederlands van Martinus Nijhoff
Alles is veranderd... alleen de brandende zon en de stille sterren zijn dezelfde.
|
|