‘Ik moet alleen nog uitzoeken hoe het technisch moet,’ zegt Carlos, ‘maar daar heb ik wel ideeën over.’
‘Je gaat dat toch niet echt doen,’ roept Go! ‘Ik vind het een belachelijk idee.’
Carlos veegt het gras van zijn kleren terwijl hij opstaat en met zijn armen gaat zwaaien: ‘Ik ben heel serieus. Ik meen het, ik wil echt een webcam in mijn kist.’
‘Je hebt het toch niet verzonnen omdat je kanker hebt?’ vraagt Go!
‘Hoezo? Wat bedoel je daarmee?’
‘Nou, misschien denk je wel dat je gauw doodgaat omdat je ziek bent.’ ‘Het gaat best goed. Er is een grote kans dat ik weer helemaal beter word. En ik ben heus niet suïcidaal ofzo, als je dat soms dacht.’
‘Okee, wou het even zeker weten.’
‘Die webcam is gewoon een goed idee. Iets wat ik graag zou willen,’ zegt Carlos. ‘Die webcam hoeft niet perse voor mij. Dat kan ook voor iemand anders. Jij gaat ook dood. We gaan allemaal dood.’
Bivak reageert: ‘Ja, we gaan allemaal dood. En ik zie dat ook zitten zo'n webcam. Als ik doodga wil ik er ook een.’
‘Come on jongens, we gaan het zweren,’ zegt Xeno, terwijl hij de videocamera op een statief klikt. ‘Zoals je ziet: allemaal serieus.’
Xeno gaat naast Carlos staan en wenkt Bivak om erbij te komen. Met een gestrekte rug en semi-officieel zoals alleen een zestienjarige slungelige puber dat kan doen, verklaart Xeno: ‘Onze laatste wens is dat als een van ons sterft we ons tot het uiterste inspannen om een webcam, genaamd Necrocam in onze doodskist te plaatsen.’
Go! is niet voor de camera gaan staan. Ze kijkt sceptisch.
‘Halleluja!’ spot ze.
‘Ik meen het,’ zegt Carlos.
‘Wij ook,’ zegt Bivak.
Xeno spuugt door zijn vingers op de grond om zijn belofte kracht bij te zetten. ‘Voor de Necrocam! Ik zweer op het graf van Bill Gates.’ Carlos schraapt zijn keel. Een vette klodder spuug valt in het gras.
‘Op het graf van Bill Gates!’