derde auteur, M. Februari, had elders verplichtingen; haar essay zal in het literaire tijdschrift Optima verschijnen.
In Die Zeit van juni 1990 en daarna in de boekenbijlage van Vrij Nederland (30 juni 1990) werd breed uitgemeten onder welk spervuur de Oostduitse schrijfster Christa Wolf op dit moment in haar carrière staat. Door de publikatie van haar verhaal Was bleibt, dat gaat over intimidatie door de Stasi, is in Duitsland een controverse rondom haar persoon en werk ontstaan, omdat zij dit bewerkte verhaal pas na de opening van de Berlijnse Muur publiceerde. Ineens staat Wolfs gehele oeuvre ter discussie en spreekt Ulrich Greiner in Die Zeit zelfs badinerend over een ‘Christa Wolf-sound’. Hij bagatelliseert de angst en de innerlijke zoektocht van de ik-persoon in het verhaal. Alles wat Wolf in het verhaal schrijft wordt gekoppeld aan de politieke realiteit van de DDR. Literatuur en engagement, het laatste woord is er zeker nog niet over gesproken en Gerda Meijerink hoopt in Vrij Nederland dat Wolf zelf wat meer duidelijkheid gaat verschaffen. De innerlijke, omcirkelende bewegingen die Christa Wolf in haar proza oproept zijn echter nog steeds verontrustend, bemoedigend en esthetisch genoeg om er in deze Lust & Gratie aandacht aan te besteden. Jann Ruyters concentreert zich in een essay over Kassandra (1983) vooral op de manier waarop Christa Wolf de mythe haar lichamelijke realiteit heeft teruggegeven. Wat Wolf in Kassandra problematiseert is onder andere het denken in tegenstellingen. Dit denken blijft ons inderdaad beheersen: Minoïsch-Grieks, Oost-West, man-vrouw, pro-contra Christa Wolf.
Als het over ondermijning van het denken in tegenstellingen gaat, kunnen we te rade gaan bij de filosofe Luce Irigaray van en over wie onlangs teksten zijn verschenen bij uitgeverij Perdu. In de prachtig uitgegeven bundel Renaissance staan vertalingen van drie teksten van Irigaray, die vervolgens becommentarieerd worden door Camille Mortagne (inleiding), Agnes Vincenot, Marion de Zanger, Heide Hinterthür en Anne-Claire Mulder. Aan de orde komen onder andere interpretaties van het werk van Unica Zürn en Cindy Sherman aan de hand van de denkbeelden van Irigaray, het ‘worden’ van vrouwen en in hoeverre dit afwijkt van de christelijke traditie, en de culturele inkapseling van vrouwen in de figuren van de moeder, dochter en minnares.
In de ‘kunstbijlage’ van Lust & Gratie deze keer een fotograaf, Suzanne Peet. Gerda van der Krans interviewde haar voor de serie Tijdgenoten. Suzanne Peet toont u haar zelfportretten.