Redactioneel
Men zou een pleister op vele wonden willen zijn, is de titel van een boek dat pas is uitgekomen (Balans, 1989) met reacties op de dagboeken en brieven van Etty Hillesum. Haar werk heeft vanaf het begin van publikatie (oktober 1981) tot op vandaag vele heftige reacties doen losbreken. In dit zomernummer van Lust en Gratie vindt u een bijdrage over de tegenstrijdige polen in Etty Hillesums denken en voelen, voornamelijk met betrekking tot haar ideeën over erotiek enerzijds en mystiek anderzijds. In het begin van haar schrijven (1941) lijken deze twee polen nog onverzoenlijk, maar geleidelijk ontstaat er een eenheid.
Ook Clarice Lispector schreef over een innerlijke zoektocht. In het lentenummer van Lust en Gratie 1988, dat als thema het goddelijke in de literatuur had, verscheen een bijdrage over dit thema in La passion selon G.H. van Lispector. Het essay in dit nummer is een vervolg daarop; deze keer zijn de eerste en laatst geschreven verhalen het onderwerp. Waar Etty Hillesums schrijven zich vaak expliciet op mystiek richtte was dit gegeven bij Clarice Lispector veel meer onderhuids aanwezig, bij de laatste neemt ironie vaak de overhand en is het reflecteren over taal een belangrijk onderwerp.
In De goede en de slechte keizer van Parijs komt Catherine Stimpson, kopstuk van de Amerikaanse feministische literatuurtheorie en ‘women's studies’, aan het woord over Gertrude Stein (over wie zij vele essays en een boek schreef), de lesbische canon en The Modern Language Association (waarvan zij tot toekomstige president is gekozen).
Onder de vele gedichten in dit nummer bevinden zich acht nieuwe gedichten van Ida Boelhouwer, voorts presenteren zich Anna Nieuwenhuis, Bernadette Kester en Ans Robben.