De Lustige Jager, zingende vele vrolijke liederen, voor alle lieve Meisjes(1863)–Anoniem Lustige Jager, De– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Vader Abraham. O vader Abraham! Wie had gedacht, dat uw geslacht, Zoo zou ontaarden, En zijn veracht. Het was al van de vroegste jeugd, Vol schelmerij en zonder deugd, Genegen tot bedriegerij, En stelen als de raven. O vader Abraham! enz. Zijn kleinzoon met mevrouw Mama! Bedrogen Ezau zijn Papa; Toen hij zijn bril niet vinden kon, Van meester Magnis Moris. O vader Abraham! enz. Vrouw Laban, halve Jacobs neef, Die op zijn reis niet stil en bleef, Zij stopte Lea in de kooi, In plaats van schoone Rachel! enz. O vader Abraham! enz. Vrouw Rachel keer weer naar huis, Je weet Papa 't is hier niet pluis, [pagina 7] [p. 7] En draag geduldig uw verlies, Doch 't komplement aan mimmelen O vader Abraham! enz. Neef Jacob was ook bij de hand, Toen hij vertrok naar 't vaderland, Pakt hij het zilver poppengoed, Bij Rachel onder 't zadel, O vader Abraham! enz. De zoons van Jakob slecht bij kas, Verkochten Jozef net van pas, En stuurde hem naar Egypteland, O daar te leeren toov'ren. O vader Abraham! enz. Baas Mozes was 't die water gaf, Hij leent maar van zijn buren af, Al 't goud en zilver wat hij kan, En stopt het in zijn ransel. O vader Abraham! enz. Broer Aaron brengen zij hun goud, Wat heeft die man daarvan gebouwd? Een mager nuchter kalvertje; Een bul had 't kunnen wezen, O vader Abraham! enz. Zoo ging de reis vol angst en list Logeert 't geslacht, schoon ieder 't wist Voorzigtig digt bij de Oosterpoort, In de Oude Pijl bij Rachel! O vader Abraham! enz. Toen 't zootje in 't land Kanän kwam Verdeelde zich een iedere stam, Van Joppe tot aan Jericho, Was 't niets dan roven en plund'ren. O vader Abraham! enz. [pagina 8] [p. 8] Vorst David ook niet lang daarna, Beloerde huisvrouw Bathseba, En liet uit vriendschap Uria, Doorschieten als een schuimspaan. O vader Abraham! enz. t Was ook wat moois toen Absalon, Op 't duivenplat bij Esther klom, Men kon er 't ongesierde stik, Van Mousjes zoo uit proeven, O vader Abraham! enz. Baas Salomon, die leepe vent, Zijne oude streken zijn bekend, Verzaakt om 't vreemde Jufferschap, De wet en de profeten. O vader Abraham! enz. Zoo is 't gegaan en gaat het nog, Die schalkerij en dat bedrog, Bezielt de natie in 't gemeen, Tot schande van de Nazaat! O vader Abraham! enz. Vorige Volgende