Den lust-hof van Rethorica
(1596)–Anoniem Lusthof van Rhetorica– AuteursrechtvrijWaer inne verhael ghedaen wordt, vande beschrijvinghen ende t’samen-comsten der Hollantscher Cameren vanden Reden-rijckers, binnen Leyden gheschiedt, den 26 Mey, des Iaers 1596. ende de volgende daghen, met het gene aldaer ghedaen, ende verhandelt is
[pagina 126]
| |
De Vlaemsche Camer tot Haerlem.
Machiavels leere, en compt nu niet eerst op de bane,
Want zijn bedroch was jeuchdich in voorleden tijden.
Ga naar margenoot+Lysander van Lacedaemonien gaf sulcx te verstane,
Want hy wist listich, en beveynst om te gane,
Als een logenachtich boeve cost hy hem mijden:
Hy was die zeyde (om zijn boosheyt te bevrijden)
Datmen der Vossen om der Leeuwen vel moest naeyen.
Ga naar margenoot+Hannibal, die oyt loos was, in al zijn strijden,
Die wist zijn wederpartie, met bedroch te paeyen.
Prusias van Bethunien cost hem soo verdraeyen,
Dat die hem betrouwden, haest quamen int net.
Ga naar margenoot+Ptolemaeus liet schijnen sulcke lievelicke raeyen,
Maer ongetrouwich heeft hem aen zijn Suster besmet:
Hebben dese niet (als Caim) de natuerlicke Wet,
Ghebroken (die Abel doode) t'welck een afgrijsen// is,
Door een bedriegelick schijn: daerom hier wel op let:
Voor een beveynsde Paeys, een rechte krijgh te prijsen// is.
Ga naar margenoot+Den Handel van Vladislaus dient hier wel verclaert,
Die meyneedichheyt toochde teghen zijn vyanden,
Met de Cardinael van Florence, bedriegelick van aert,
Want sy en hebben trouwe, eere, noch eedt, gespaert,
Niet meer dan men in Granaden dede met schanden.
Ga naar margenoot+De geschiedenissen van Peru (ons gecomen ter handen)
Connen ons al het bedroch in de Indien ontsluyten:
Daer veel duysent Menschen (door Spaensche banden)
Met bedroch zijn omcomen (soos sy ons uyten.)
Ga naar margenoot+Van de Fransche paeysen, niet werdich twee duyten,
En behoeven wy hier ter plaetse niet veel verhael:
Wie t'secreet wil weten, van dees loose spruyten,
Die gae te Roomen, inde Conincklicke sael,
En siet het naer t'leven, daer staet het al te mael:
Oordeelt of dees daet werd' soo hooge te rijsen// is,
Dan men mach de Ketters paeyen (seggen sy) met logentael:
Voor een beveynsde Paeys, een rechte krijgh te prijsen// is.
| |
[pagina 127]
| |
O Hollandsche Maecht, ghy hebt dit oock moeten smaken
Door beveynstheyt der Tyrannen, die soecken u bederven:
Noyt en cost ghy aen eene goeden paeys geraken.
Is niet uwen Adel vermoort, van dees draken,
Door loosheyt van een Vrou, die Paeys beloofde te verwerven.
Door beveynstheyt heeft het binnen Naerden al moeten sterven.
En ghy oock, O Zutphen, die trouloos waert vercleet.Ga naar margenoot+
Binnen Rotterdam zachmender veel het herte duerkerven:Ga naar margenoot+
Doen sy haer betrouden, maer noch eer noch eet
En wert hun gehouden, soo elck claerlick weet.
En ghy Haerlem quaemt oock alsoo int benouwenGa naar margenoot+
Door t'net dat dit geveynst dier altijt uytspreet.
Och Leyden, ghy hadt oock moeten het selve aenschouwen:
Maer in een rechte Krijgh sachmen u op Godt betrouwen:
Die hier alsoo doen, Godt sal haer hulp bewijsen// wis,
Hoopt op hem, wilt door geen loosheyt verflouwen:
Voor een beveynsde Paeys, een rechte krijgh te prijsen// is.
Prince.
t'Is prijselick de handt houden aenden Crijgh des Heeren, Ga naar margenoot+
Tot voorstant van zijn Kercke, en zijn heylich woort:
Oock t'Landts vrijheden: en met rechte keerenGa naar margenoot+
De vremde Tyrannen, die alle quaet vermeeren,
Alsoomen tot Breda voormaels wel heeft gehoort,
Het gespreck met Don Ioan was beter verstoort,
Want t'was al geveinstheyt, om de Staten te bedriegen.Ga naar margenoot+
Den Baron van Selles quam oock wel looslick voort:
Insgelijcx oock te Cuelen die listighe vliegen.
En hoe schoon costen de Gesanten t'Oostende liegen
De wijle de Spaensche vloote quam, vol van quade?
Och hoe menichmael heeft men ons gemeent in slape te wiegen:
Maer Godt heeft zijn Kercke bedect met zijn genade.
Daerom elck sie toe, eer dat het wert te spade,
Want neersticheyt met wijsheyt, t'Landts duecht, en spijsen// is,
Het bedroch is groot, gaet met Gods woort te rade:
Voor een beveynsde Paeys, een rechte krijgh te prijsen// is.
In Liefden Getrovwe. |
|