kunt ongetwijfeld wel het nodige van jezelf noemen waarover jij beslist niet tevreden bent en als je dan naar mijn mening zou vragen, wat je gelukkig niet doet, had ik misschien wel gezegd dat dat inderdaad rare trekjes van je zijn. Maar dat doet niets af aan mijn bewondering. Al vind ik het wel jammer dat je naar de kapper bent gegaan.
Er zijn een paar zaken die ik je graag wil vertellen. Als lezer weet ik meer van mevrouw De Graaf dan jij. Zo weet ik dat zij een sterke vrouw was, perfectionistisch, ook als het gaat om de kwaliteit van leven. Zij stelde daaraan zulke hoge eisen, dat ze zichzelf tekort heeft gedaan, vind ik. Jij hebt haar portret, uit de tijd dat ze nog schilderde. Dat kon ze goed, schilderen, maar niet goed genoeg, vond zij zelf en zo zette zij zichzelf als kunstenaar buitenspel. Ik merk dat ik haar dat kwalijk neem, ook al bewonder ik haar om die houding. Zij kende in haar leven één grote liefde, en hier had ik hoofdletters kunnen gebruiken. Maar die geliefde kan niet zo ideaal zijn of hij maakt een keer een fout. En mevrouw De Graaf accepteert dat niet. Zo verliest ze haar Terry en zo verliest ze haar grote liefde. Ik ben het gewoon niet eens met haar beslissing. En dat doet ze ten slotte nog een keer door een einde te maken aan haar leven. Moet ik dat respecteren? Ik heb het maar te accepteren, dat wel, en Ida de Graaf is en blijft een boeiende vrouw. Maar wat vind jij daar nou van?
Jij hebt veel meer recht van spreken dan ik. Zij maakte voor een korte tijd heel hevig deel uit van jouw bestaan en je zult haar nooit vergeten. Er zijn mensen die vinden dat jullie op elkaar lijken. Daar kan ik me wel iets bij voorstellen. Jullie komen sterk over, geen poespas, nuchter, veeleisend voor jezelf en jullie zijn belangrijk voor anderen, of je dat nu wilt of niet. Mooi, sterk, gevoelig, kunstzinnig, authentiek.
Mevrouw De Graaf is belangrijk voor jou geworden. Als zij niet geteisterd was door die behoefte om niet langer te leven omdat dat leven niet meer aan haar maatstaven voldeed, dan zou je er nog weleens op bezoek zijn geweest, misschien wel vaker. Je had veel van haar kunnen leren en zij had blij kunnen zijn met jou. Ik heb vroeger veel contact gehad met de grootmoeder van mijn vrouw. Ik bezocht haar regelmatig, tot haar dood, nu zestien jaar geleden. Zij was bijna 96 toen ze overleed. Wij konden goed praten met elkaar. Natuurlijk paste ik me aan haar leefwereld aan, voor zover ik dat kon, maar we hadden gesprekken - over geloofsbeleving - die ik met niemand anders had. Toen ze stierf, werd ik mij ervan bewust dat met haar ook iets van mij verdween. Ik zou bepaalde gesprekken niet meer voeren, bepaalde gedachten niet meer hebben en gevoelens die me dierbaar waren en die door onze gesprekken werden opgeroepen, zouden wegebben. En zo is het ook gegaan. Wat ik er nu nog van over heb, is een gevoel van gemis. Oma heeft iets van mij meegenomen toen ze stierf. De mogelijkheid tot affiniteit heeft mevrouw De Graaf jou onthouden, maar ook mevrouw Reusing en wie weet nog anderen. Een gemiste kans voor anderen, door haar.
Verschillende keren heb ik van dichtbij meegemaakt dat iemand een einde maakte aan zijn leven. Mijn vrouw ging net als jij eens bij iemand langs die daar juist mee bezig was. Dat bezoek heeft toen alleen maar geleid tot uitstel. Blijkbaar kunnen we mensen niet altijd weerhouden van zo'n daad. Ik heb ook een keer meegemaakt hoe iemand gil-