Liter. Jaargang 17
(2014)– [tijdschrift] Liter– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 78]
| |
Wovenhand (2001-heden). De muziek veranderde in de jaren meer dan de boodschap. Was de folk bij 16 Horsepower akoestisch, schel en subtiel, in de band Wovenhand is het Woord aan de zware gitaren. Hel en verdoemenis laten zich gemakkelijk combineren met de muur van geluid waarmee ‘dee’ zich tegenwoordig omgeeft. Maar past grunge bij genade? David Eugene Edwards ziet het dilemma niet zo. Zijn taak is waarschuwen tegen verval en zonde. Maakte hij in de jaren negentig en kort daarna nog gebruik van folk, country en traditionals om zijn boodschap vorm te geven, met 16 Horsepower, na 2001 kreeg Wovenhand steeds meer het karakter van een rockgroep. Met de nieuwe plaat Refractory Obdurate slingert Edwards meer dan ooit het naderend onheil eruit met stemvervormers en gekweld geschreeuw. Op deze cd staan tien lange, van woest gepreek bezielde nummers. Een ervan, ‘Fields of Hedon’, werkt onbedoeld sarcastisch. In Nederland trad Wovenhand eerder dit jaar nu juist op in poppodium Hedon in Zwolle. Hedon staat voor hedonisme, de leefregel die genot als hoogste doel stelt, zonder anderen of morele maatstaven te erkennen. Tenminste, dat maakte de Duitse filosoof Nietzsche ervan. De oude Grieken zagen het anders. Het woord hedonisme is afgeleid van het Grieks. Hèdonè betekent genot. Maar daarmee mag je anderen niet schaden. Maar voor Edwards is zelfs dat hedonisme de hel of erger. Hij spuugt het woord ‘Hedon’ dan ook uit. Domme zelfzucht leidt tot het eeuwige lijden, is zijn stellige overtuiging. Maar als je de lyrics leest, kan het ook slaan op het havenplaatsje Hedon, dat in de vroege middeleeuwen bij het huidige Hull lag, in Yorkshire, Engeland. Dan slaat Hedon op een oud kerkje, dat eerst St. Augustine's en later St. Nicholas heette, waar pelgrims en dominees ook al geen vrolijke berichten brachten. Nog gecompliceerder wordt het als in het nummer ‘Fields of Hedon’ een evangelist opduikt uit Edson. Dat plaatsje ligt dan weer in Canada, een eindje ten westen van Edmonton, in de provincie Alberta. Kortom, met David Eugene Edwards weet je het nooit. De titel van de plaat betekent iets van ‘hardnekkig onverzettelijk’. Dat kan ook weer slaan op de granieten invulling van Edwards heilshistorisch denken, maar ook op de zonde en geneigdheid tot alle kwaad die onuitroeibaar in alle mensen zit. Vanuit seculiere hoek wordt Edwards niet eens echt meer bespot - zo intens zijn de muziek en de boodschappen ervan. Af en toe is er nog een recenserende leukerd: ‘Op de zevende langspeler van Wovenhand waarschuwt de voormalige frontman van 16 Horsepower alweer tegen hel en verdoemenis en kondigt hij aan hoe de naderende Apocalyps ons allemaal zal straffen voor onze zonden. Die boodschap wordt echter met zoveel decibels verkondigd dat zelfs de wachter aan de Hemelpoort in paniek naar de oordopjeslijn belt.’ Refractory Obdurate is een plaat die het bloed naar je hoofd doet stijgen. De songs zijn zo overweldigend intens dat ze de luisteraar angst inboezemen en hem meezuigen als een steeds groter wordende draaikolk. Op de momenten waarop Wovenhand de volumeknop helemaal open draait, heeft de groep het effect van een splinterbom op een overvol marktplein. En hoe is Wovenhand muzikaal? ‘Roestige postpunk, al horen we ook echo's uit Krautrock, industrial en psychedelica.’ Boudewijn van Wijk van Munich Records | |
[pagina 79]
| |
zegt: ‘De muziek is niet in een hokje te plaatsen; een organisch weefwerk van neo-folk, post rock, punk en altcountry met de unieke magie en intensiteit die het werk van David Eugene kenmerken.’ De titels intrigeren altijd bij Edwards. Ook nu weer worden bijbelfragmenten rechtstreeks betrokken in de verder nogal cryptische teksten van Wovenhand. In het keiharde ‘Good Shepherd’ gaat het refrein zo: From the house of bread and battle / Comes the raising of the dead / He stands to feed them / And by the hand of the Lord / They are fed De hand van God komt voor in meerdere songs. Zoals in ‘Corsicana Clip’: In the hollow of His hand / Delicate listener / My tethered giver / My burning lamp / Stands In ‘Salomé’ is dreiging en verborgen betekenis aaneengesmeed: What it is for you to say / Pushing hard against the hearing / Rolling eyes among the people / The dancing girl / The silver tray / The see to it / Of His person / Has spoken Mensen zijn eenzaam tussen zonde en verlossing, maar God zelf ook, besluit Edwards in de laatste strofe van het album: Stone by stone / The mighty hunter / Is alone. Veel songs van Edwards ademen ‘verschroeide aarde’: velden vol gewas, hitte, droogte, brand en jacht. Het zijn beelden die aan Simsons vossenspel doen herinneren. De lijn was al zichtbaar in eerdere albums van Wovenhand, zoals The Laughing Stalk (2012). Die had een getekende hoes. Tegen een strogele achtergrond staat een verdroogde korenaar. Het is na de oogst, het graan is weg, eigenlijk kijk je aan tegen kaf. En dat is precies de situatie waarin veel mensen, ook christenen en ook hijzelf, vaak verkeren, zei David Eugene Edwards tegen het Nederlands Dagblad. ‘Het woord “oogst” is zowel zegen als vloek, ondergang en opstanding, want het koren wordt behouden en het kaf gaat uiteindelijk het vuur in. En ja, ik kijk graag, met huivering, naar het kaf.’ In gesprek is Edwards een aardige, zij het spaarzaam en moeizaam formulerende man. Ook somber? Ik vroeg het hem: ‘Ik weet welk beeld ik oproep, maar ik zie geen tegenstelling tussen mijn geloof zoals ik dat uit in mijn muziekteksten en de persoon die ik ben. Het kwaad is al overwonnen, door Jezus Christus, daar geloof ik in als centrum van mijn leven. Er is dus juist hoop en vreugde en dat wil ik graag doorgeven. Maar dat kan alleen maar als je oog hebt voor de hopeloze staat waarin je als mens zelf verkeert. Het kwaad woedt hier nog steeds en je moet dat in de ogen kijken. Het is een strijd op leven en dood en ik heb geen zin daar doekjes om te winden.’
Wovenhand, Refractory Obdurate. Glitterhouse/Munich Records 2014.
Herman Veenhof |
|