Liter. Jaargang 14

[p. 55]

Mart van der Hiele
Bijbelverzen

[I] Jakob, of: waarom mannen (niet) huilen
(vrij naar Genesis 28)

Je hebt het er maar druk mee onderweg:
met schuld geweten broer (vader al dood) - de hele rataplan.

Dan is zo'n zwerfsteen op een koele plek een prima bed.

Val je dus prompt weerloos in slaap en droomt wat af
van series witte jongens (ook wel meisjes):
bewegen zich kennelijk voort op ladders.
Gaan drempels over, onder bogen door
die niet echt logisch in het landschap passen.

Stekende koppijn, nekkramp en een visioen
van eieren met spek zodra je wakker wordt.
Ligt het toch allemaal wat ingewikkelder.

Klamp je maar vast aan iets wat door je hoofd ging toen
de laatste engel zich had teruggetrokken:

als dit het huis van G., de hemelpoort niet is.

[p. 56]

[II] Verklaring

Draag mij als een zegel op je hart
sterk als de dood is de liefde
Hooglied 8,6

Ik wil dat jij op mij. Gek van jou ben ik. God.
Ik wil in alle talen. Dat er wordt gezegd:

kijk hier ons droompaar het hart van de wereld
ontken het niet zij zijn wat liefde maken is

Ik wil in rood op al jouw mooiste plekken
en roder nog. Dat jij mij tatoeëert. Ik wil.

Ik wil, nu het nog kan, tussen jouw borsten dood.