Liter. Jaargang 13(2010)– [tijdschrift] Liter– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 2] [p. 2] Menno van der Beek Comment te dire Adieu [I] Nazit De dokter kan nu niets meer voor u doen heb ik gehoord. Zijn knieën kraken: hij staat op. Hij zou iets willen zeggen, maar ook dat is nu onmogelijk. Dus gaat hij weg, want u bent niet de enige. En nu kraken zijn schoenen de deur door en de gang uit. Zegt u zelf eens wat. U steekt bedachtzaam eerst een sigaret op en zuigt de rook naar binnen, en u wacht. U hebt de tijd. De rook die uit uw neus komt lijkt dunner, beter verdeeld, dan die omhoog komt van uw hand op tafel. U hebt iets gezegd. Dat moet. Dan komt de allerdunste grijze rook mee uit uw mond. [pagina 3] [p. 3] [II] Het dualisme van het heelal Daar aan de ene kant heb je mijn vader, met zijn ontspannen wangen en zijn duimen boven zijn buik, zijn vingers door elkaar, zijn ogen en zijn mond op een manier gesloten die een gesprek op dit moment niet nodig maakt, ondanks grote verschillen tussen ons; en anderzijds staan overal zijn schoenen, in dozen, of in kasten, op de grond, die niets hebben te doen. Het lijkt reëel dat daarvoor iemand anders wordt gevonden. Nu blijkt, hoe raar alles kan lopen. En mijn vader kijkt niet meer om. Hij doet het voortaan zonder. [pagina 4] [p. 4] [pagina 5] [p. 5] [II] Tegelwijsheid Toen op de camping douches en toiletten werden gebouwd, heb ik een tegeltje geleend, met rood glazuur. En volgeplakt met krantenletters, en in een weckfles bij een graf gezet: mijn vader durft wel wat: hij sluit zich af. hij wacht, terwijl hij stof wordt op de hem beloofde stad. De rubberring verdroogt, het glas beslaat: ik maak me altijd zorgen over de begraafplaats. Vorige Volgende