[Nummer 14]
Vooraf
Een nieuwe hemel en een nieuwe aarde. Is het betreden van een nieuwe eeuw een extra stimulans om over dit thema na te denken? Voor de redactie van Liter was het wel mede een aanleiding om het te kiezen.
In samenspel met de redactie verzamelde ik als redacteur van dit themanummer de medewerkers. Daarbij gaf ik aan dat ze zouden kunnen schrijven over het spanningsveld tussen de concrete voorstelling en de onvoorstelbaarheid, - maar ik liet hen vrij. Het resultaat geeft inderdaad meer te zien, en ook andere aspecten: de oude aarde blijft niet buiten beeld en evenmin wat er voorafgaat aan de komst van de nieuwe.
Gedachten over een nieuwe hemel en een nieuwe aarde zijn menigmaal groen van kleur. Niet alleen C.S. Lewis ziet daarginds ‘never greener turf’, ook Ida Gerhardt spreekt van ‘Green pastures’, Gerrit Achterberg ziet zijn moeder wenken ‘op het terras / dier andere weide’ en Guillaume van der Graft wenst dat de Londense Oxford Street graasgebied wordt. Uit de Nederlandse literatuur kan men verder opmaken dat de reis daarheen nogal eens via perrons gaat en met de trein. Het is ook goed dat een theoloog deze gelovige fantasieën even onderbreekt met gedachten over wat de Bijbel van het thema zegt.
Dit themanummer bevat belangrijke aspecten van de relatie tussen literatuur en de christelijke verwachting dat alles nieuw wordt. Jammer genoeg ontbreekt een essay over Nederlandse verhalende literatuur; ik kan slechts een kleine pleister op deze wonde aanbieden.
Dat het gekozen thema literair leeft, blijkt ook uit nieuwe gedichten en verhalen van negen medewerkers.
Steven van der Gaauw koos voor dit nummer enkele boardsneden van Libbe Venema (1937-1994).
Wat de titel van dit nummer betreft: in het gedicht ‘Hoonte’ van Gerrit Achterberg heet de buurtschap Hoonte ‘een eeuwig open doek/voor de verbeelding van het paradijs.’
Hans Werkman