Literatuur. Jaargang 13
(1996)– [tijdschrift] Literatuur– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 212]
| |
Het literaire bedrijf
| |
[pagina 213]
| |
tussen twee glazen bier door. Het zijn zaken die bijna nooit worden opgeschreven, maar meer invloed hebben op het literaire bedrijf dan menigeen wil toegeven.
Een literatuursocioloog zou hier vruchtbaar veldwerk kunnen verrichten. Hij zou de modes in de literaire wereld kunnen volgen. De laatste jaren zou hij kunnen constateren dat na de figuren van Marx en Freud de naam van Nietzsche weer in opmars is. Misschien wel als alibi voor al die drinkgelagen die via deze filosoof opgewaardeerd kunnen worden tot een dionysische ervaring, waarin het sacrale of het sublieme aanraakbaar wordt net zoals in de kunst. Hij zou, als hij zijn oor goed te luisteren legt, na kunnen gaan hoe jury's hun werkzaamheden verrichten, hoe boeken naar de schroothoop worden verwezen, hoe publiciteit rond andere boeken en schrijvers wordt gegenereerd. Hij zou uit de telkens weer plotseling uitbrekende vetes en even plotseling opbloeiende vriendschappen een mooie netwerk-analyse kunnen maken in een microscopische wereld, waarin conflicten nooit lang kunnen bestaan omdat men elkaar niet kan ontlopen. Zelf kom ik al sinds mijn studententijd in dit café; toen liepen daar de discussies over de hervorming van de universiteit en over politieke in het algemeen hoog op, om in de jaren tachtig langzaam uit te doven. Pas de laatste jaren is het me opgevallen hoeveel schrijvers, uitgevers en andere werknemers van het literaire bedrijf er samenscholen. Over een paar maanden of een jaar kan het gezelschap weer een geheel andere gelegenheid frequenteren, want het is raadselachtig waarom op het ene moment een café als literaire ontmoetingsplaats in zwang is, om op het andere moment uit de gratie te zijn. Persoonlijk zou ik het niet zo verschrikkelijk erg vinden als de karavaan voorbijtrekt, want ik heb tot mijn leedwezen gemerkt dat mijn vrijetijdsasiel tot werkterrein is geworden, waar je niet meer vrijuit kan spreken. Het café is een literair totaaltheater geworden, waarin de rollen nogal eens verwisseld worden. Een historicus als Robert Darnton zou deze periferie van de literatuur uitstekend in kaart kunnen brengen als een verzamelplaats van verloren illusies, als een plaats van literaire plannen die geen doorgang vonden.
Anthony Mertens |
|