| |
| |
| |
Literatuur nieuws
Ferguut
Onlangs verscheen als derde deel van de reeks Thesaurus: R.M.T. Zemel, Op zoek naar Galiene. Over de Oudfranse Fergus en de Middelnederlandse Ferguut. Deel 1. Schiphouwer en Brinkman, Amsterdam. viii + 403 p., gebonden. ƒ 87,50; tot 1 juli 1991 ƒ 77,50.
Het boek heeft twee afdelingen. In de eerste wordt nader ingegaan op de Fergus (circa 1200) van Guillaume le Clerc als Arturroman, de relatie met de Perceval-handeling uit de Conte du Graal van Chrétien de Troyes en de Schotse achtergronden van de roman. Fergus treedt op als een tweede Perceval die de Graalqueeste als het ware vervult. Door deze literaire constructie en door de duidelijk aanwijsbare messiaanse eigenschappen is Guillaumes held superieur aan die van Chrétien. Ook is er sprake van literaire kritiek doordat in de Fergus de wending in de Conte du Graal naar een christelijk ridderschap wordt gecorrigeerd met een terugkeer naar profane ‘chevalerie’ en ‘amour’.
Fragment Ferguut-handschrift ub Leiden (folio 13r)
Voortdurend wordt de Oudfranse roman vergeleken met de Middelnederlandse versie, de Ferguut (circa 1250). Het blijkt dat in de Ferguut veel van de literaire verwevenheid is losgelaten. De tweede afdeling handelt over de vertaling en bewerking in de Ferguut. Door vereenvoudiging en bekorting is een ander romantype ontstaan. In de Ferguut is de aandacht in de eerste plaats gericht op het verhaal en niet op een hogere literaire laag. De Middelnederlandse roman geeft het verhaal van een droomcarrière, dat indruk gemaakt zal hebben op de jeugd onder het publiek, de jonge, nog ongehuwde ridders.
Men kan het boek bestellen door overmaking van het betreffende bedrag op girorekening 5914691 van Schiphouwer en Brinkman, Kikkenstein 210, 1104 aj Amsterdam. Voor bestellingen buiten Nederland dient men het bedrag met ƒ 10,- te verhogen. Men kan het boek ook schriftelijk bij de uitgever bestellen.
J. Bethlehem
| |
Poëzie op lichtkrant
Sinds 7 februari 1991 beheert de Stichting Expressieve Muurkrant een elektronische muurkrant op het voormalige Handelsblad-gebouw op de Nieuwezijds Voorburgwal (schuin achter het paleis op de Dam). De Nieuwezijds stond vanaf het begin van deze eeuw tot de jaren zestig bekend als ‘de Fleetstreet’ van Amsterdam. Meer dan tien dag- en weekbladen hadden er op een oppervlakte van nauwelijks een vierkante kilometer hun burelen gevestigd en zorgden voor een grote levendigheid op straat. De kranten maakten veelvuldig gebruik van de voorgevel als communicatiekanaal voor de duizenden passanten. In de jaren zestig ging deze wisselwerking met het publiek
verloren: de kranten verdwenen een voor een naar de buitenwijken.
De stem wil met dit project oud en nieuw verenigen: een moderne krant op de voorgevel van een voormalig krantegebouw. Op de lichtkrant zullen journalistieke, culturele en expressieve mededelingen, oproepen en meningen te lezen zijn.
Een belangrijk onderdeel vormt de poëzie op de lichtkrant. Bekende en onbekende dichters en dichteressen kunnen hun werk gratis laten plaatsen op deze lichtkrant. De letters kunnen op verschillende manieren bewegen, wat interessante resultaten kan opleveren. In principe kunnen alle soorten teksten geplaatst worden. Wel wordt aangeraden de tekst kort en bondig te houden. stem nodigt een ieder die zich met poëzie-schrijven bezighoudt uit om eigen werk op te sturen naar: stem, Van Ostadestraat 49 b, 1072 sn Amsterdam, tel. 020-6647099.
J. Teeuwissen
| |
P.C. Hooft-essay Wedstrijd Letteren 1991
Jaarlijks schrijft de faculteit der Let- | |
| |
teren van de Universiteit van Amsterdam een essaywedstrijd uit onder studenten. Voor dit jaar is het thema: ‘Is er leven na de letteren?’ (Over het nut en/of de betekenis van een letterenstudie, van persoonlijk welzijn tot aan maatschappelijke noodzaak: banen genoeg, maar zijn het wel de juiste banen? Of is een letterenstudie voor het echte leven in de vrije tijd?)
Het beste essay zal bekroond worden met een prijs van ƒ 1000,-; daarnaast is er een tweede prijs van ƒ 500,- en een derde prijs van ƒ 250,-; tevens zal de mogelijkheid tot publikatie bevorderd worden.
De volgende bepalingen gelden:
- deelnemers moeten als student ingeschreven staan bij een der studierichtingen in de faculteit en dienen naast hun naam ook het collegekaartnummer op te geven in een aparte brief bij de inzending;
- het essay moet ongeveer 1500 à 2000 woorden tellen, dient uiterlijk 16 september 1991 getypt of geprint te worden ingeleverd in drievoud bij het bureau van de faculteit (Spuistraat 210, 1012 vt Amsterdam) onder vermelding van ‘P.C. Hooft-essay’ en mag een eigen titel hebben;
- de naam van de auteur mag niet op het essay vermeld worden. Tegelijk met het essay wordt afzonderlijk een pagina ingeleverd waarop de naam van de auteur en de titel van het essay vermeld staan;
- de beoordeling zal geschieden door een deskundige jury onder voorzitterschap van de decaan; het wedstrijdreglement kan opgevraagd worden bij het bureau van de faculteit;
- de uitslag wordt bekendgemaakt ter gelegenheid van de jaarlijkse P.C. Hooft-lezing (dit jaar op 24 oktober), waarbij tevens de prijsuitreiking zal plaatsvinden.
| |
Twaalfde Europese Antiquarenbeurs
Op 28 februari en 1 en 2 maart 1991 werd in de rai de twaalfde Europese Antiquarenbeurs gehouden. De bezoekers konden zich verlustigen in niet minder dan zestig stands aan boeken, prenten, handschriften en manuscripten van bijzondere kwaliteit en vaak hoge prijs. Dat ook de moderne literatuur tot de gewilde verzamelobjecten behoort, bleek onder meer uit het aanbod van het Leidse antiquariaat AioloZ met een manuscript van twaalf bladen van Gerrit Komrijs Mijn minnaars uit 1964, waarvoor de catalogus een prijs van ƒ 12.000,- vermeldde.
De eerste druk van Simon van het Reves De avonden stond geprijsd voor ƒ 1300,-. De Amsterdamse antiquaar Schuhmacher had brieven en manuscripten in de aanbieding van onder anderen Achterberg, Bomans, Gorter, Hermans, Leopold, De Merode, Van Ostaijen, A. en Henr. Roland Holst, Van Schendel, Streuvels en Van de Woestijne, variërend in prijs van ƒ 125,- tot ƒ 12.500,-. Eerste drukken van onder
Gedicht in handschrift als opdracht in J.H. Leopold-Verzen 1913
anderen Elsschot, Lucebert, Nijhoff, A. Roland Holst en Felix Timmermans stonden in de catalogus voor ƒ 1400,- tot ƒ 4800,-.
Antiquariaat Forum bood een zeventiende-eeuwse bijbel aan in een zeer bijzondere met zilver versierde band van paarse zijde met bloemmotieven in gouddraad. Prijs: ƒ 45.000,-. De Zinnebeelden oft Adams Appel, het bekende embleemboek van Jan van der Veen uit 1642, lag te koop voor ƒ 10.000,-.
Een elfdelige Vondel uit de jaren 1671-1737 met het wapen van Da Pinto op de band werd door Antiquariaat B.M. Israël aangeboden voor ƒ 16.500,-. De Duitse vertaling van Beatrijs in een prachtige art-nouveau-uitvoering en in een oplage van 244 exemplaren gedrukt in 1901 was te koop voor ƒ 4500,- bij Bubb Kuyper, die ook een exemplaar van de Kaerius-atlas uit 1617 met de beroemde Leo Belgicuskaart ter beschikking had voor ƒ 75.000,-.
André Swertz uit Utrecht bleek in het bezit van de eerste druk van Constantijn Huygens' Koren-bloemen (Den Haag, Adriaen Vlack, 1658), in
| |
| |
welk exemplaar de autograaf voorkomt van het opdrachtgedicht aan Lucretia van Trello (opgenomen in de Gedichten, ed.-Worp, dl. 6, p. 233-234). Dit exemplaar is tot in de jaren veertig van deze eeuw in het bezit geweest van de familie Van Trello. Swertz vroeg er ƒ 29.500,- voor.
Het Dordtse antiquariaat J.P. van den Tol vroeg voor de tweede druk van de Engelse vertaling van Marnix' The bee hiue of the Romishe Churche (Londen 1580) ƒ 4500,- en De Tille uit Leeuwarden had een exemplaar te koop van de landjuweelbundel van het rederijkersfeest te Mechelen uit 1620: De schadt-kiste der philosophen ende poeten voor ƒ 3800,-.
PJV
| |
Alles komt teregt
Het uitgeversmerk van Wouter Nijhoff inspireerde Bert van Selm tot de publikatie van Alles komt teregt ter gelegenheid van het feit dat die bekende Haagse uitgever 125 jaar geleden werd geboren. De interpretatie van het merk met het gestileerde cijfer ‘4’, dat ook als anker fungeert, blijkt bij veel meer boekverkopers en drukkers uit het verleden een rol te spelen.
Het boekje (12 p.) werd als Koppermaandag-uitgave 1991 geproduceerd door de marginale drukkerij De Ammoniet van Gerard Post van der Molen. De originele galvano's van de uitgeversmerken uit het Martinus Nijhoff-archief doen het uitstekend te midden van de Hollandsche mediaeval waaruit het boekje gezet is en op het oudhollandse Ciculaires Haesbeek-papier van Bührmann-Ubbens. De oplage bedraagt 450 exemplaren. Het boekje is verkrijgbaar voor ƒ 25,- bij Minotaurus Boekwinkel, Sint Antoniesbreestraat 3d te Amsterdam of voor ƒ 27,25 bij De Ammoniet, Klaproos 4, 2317 ek Leiden.
Op dezelfde adressen is eveneens nog verkrijgbaar het ‘relaas van een thuisdrukker’, Dat is wat wonders (53 p.), geschreven door Gerard Post van der Molen ter gelegenheid van een expositie van zijn marginale uitgaven in het bedrijfsrestaurant van Koninklijke ptt Nederland te Den Haag in het najaar van 1990. Wie wil weten hoe je van postzegelverzamelaar drukker kunt worden en wat daar allemaal bij komt kijken, moet dit sympathieke relaas zeker lezen.
PJV
| |
Rechts uit de flank!
Eind 1990 verscheen het dertiende deel in de Flanor-reeks, een onderneming van Jan J. van Herpen en Willem Huberts: Rechts uit de flank!; een bloemlezing uit poëzie van Nederlandse nationaal-socialistische dichters (Hilversum 1990; 69 p.; ƒ 12,50 op giro 1912112 van Uitgeverij Flanor te Den Haag). In zijn inleiding poneert Huberts de stelling dat het kwalitatieve gehalte van de nationaal-socialistische letterkunde van voor en tijdens de Tweede Wereldoorlog hoger is dan veelal wordt aangenomen. Met deze bloemlezing probeert hij die stelling te onderbouwen en hij constateert dat er nog nader onderzoek naar de nationaal-socialistische stroming in de Nederlandse letterkunde nodig is.
Thema's als antisemitisme, bloed-en-bodemmythologie, verheerlijking van het verleden, verguizing van de moderne technische wereld en de moderne grote stad: in hoeverre zijn die kenmerkend voor dit soort poëzie? Het enige houvast voor het samenstellen van deze anthologie was eigenlijk alleen de politieke en maatschappelijke opstelling van de auteur.
Er is werk opgenomen van Martien Beversluis, George Kettmann Jr., Henri Bruning, Jan H. Eekhout, J.J. Houder Groeffsma, Gerard Wijdeveld, Nico de Haas, J.A. van der Made, Jan van Rheenen, Rob Delsing, Steven Barends, Jan Rudolf Hommes en George de Sévooy. Van iedere auteur worden enige bio-bibliografische gegevens verstrekt.
Ook eerdere delen uit de Flanor-reeks zijn nog verkrijgbaar voor ƒ 12,50. Ze betreffen R. van Genderen Stort (deel 1 door Wim Hilberdink), Ter Braak en Ritter (deel 2 door J.J. van Herpen), Steven Barends (deel 3 door G. Groeneveld), Vestdijk (deel 4 door Willem Huberts en deel 5 door G. Wynia), Ritter (deel 6 door J.J. van Herpen), scheppend werk van Paul Gellings (deel 7), herinneringen van Anne Wadman (deel B), een novelle van Jean Brüll (deel 9), Roel Houwink (deel 10 door M. Berkers), Geerten Gossaert (deel 11 door J.J. van Herpen) en een eenakter van Paul van der Lee (deel 12).
PJV
| |
Groeperingen en instituties
Het zevende congres van de Werkgroep Zeventiende Eeuw wordt op donderdag 22 en vrijdag 23 augustus 1991 gehouden in het Academiegebouw van de Rijksuniversiteit Utrecht, Domplein 29.
Het congres is gewijd aan de wisselwerking tussen cultuurprodukten en culturele kringen in de Nederlanden. De vraag die daarbij centraal staat, is in hoeverre inhoudelijke en formele aspecten van een cultuurprodukt bepaald worden door instituties en minder exact gedefinieerde groeperingen binnen de samenleving.
Plenaire lezingen worden gehouden door: E.K. Grootes (Amsterdam), B. Kempers (Amsterdam), R. Kousbroek (Leiden) en A.K.L. Thijs (Antwerpen).
| |
| |
De overige lezingen zijn in verschillende secties ondergebracht, waaronder muziek, toneel & theater, uitgevers & drukkers, literaire produkten uit gebieden overzee, natuurwetenschappen, hofcultuur en rederijkerskamers.
De kosten voor het congres bedragen voor leden van de Werkgroep xviie Eeuw ƒ 60,-, voor studenten ƒ 40,- en voor niet-leden ƒ 75,-. Deze bedragen zijn inclusief lunch, koffie en thee op beide congresdagen.
U kunt zich inschrijven voor het congres door het verschuldigde bedrag over te maken op giro 4739223 van de penningmeester van de Werkgroep xviie Eeuw te Utrecht en door een inschrijfformulier aan te vragen bij: Congrescommissie van de Werkgroep xviie Eeuw, drs. J.W.H. Konst, Rijksuniversiteit Utrecht, Vakgroep Nederlands, Trans 10, 3512 jk Utrecht, tel. 030-394313 of 030-943046 (privé). Het inschrijfformulier dient voor 1 juli 1991 in ons bezit te zijn.
De congrescommissie bestaat uit: dr. J. Becker, drs. A.J. Gelderblom, drs. J.W.H. Konst, drs. K. Meinderts-Ram, dr. L. Palm, dr. R. Rasch, prof. dr. M.A. Schenkeveldvan der Dussen, E.C. Scheppink, dr. B.F. Scholz en I.M.A. de Swart.
Ingrid de Swart
| |
AKO Literatuurprijs 1991
De ako Literatuurprijs 1991 zou in de maand mei voor de vijfde maal tijdens een traditioneel geworden diner in de Spiegelzaal van het Amstelhotel in Amsterdam worden uitgereikt. Vanwege de verbouwing van het Amstelhotel werd de Stichting ako Literatuurprijs gedwongen een andere locatie te kiezen voor de bekendmaking van de winnaar en de uitreiking van de prijs. De keuze is gevallen op de Wintertuin van Hotel Krasnapolsky te Amsterdam. De datum van de prijsuitreiking is vastgesteld op dinsdag 21 mei 1991.
Voordat de winnaar bekendgemaakt wordt, koos de jury zes nominaties voor de prijs. De zes genomineerden werden zoals gewoonlijk tijdens een persconferentie in de Eggertzaal van de Nieuwe Kerk te Amsterdam bekendgemaakt: Adriaan van Dis (Het beloofde land), Patricia de Martelaere (Littekens), Michel van der Plas (biografie Mijnheer Gezelle), Geerten Meijsing (Altijd de vrouw), P.F. Thomése (verhalenbundel Zuidland) en Anne Vegter (kinderboek Verse bekken!).
De juryleden voor 1991 zijn Louis Ferron (auteur), prof. dr. M. Janssens (hoogleraar, redacteur, criticus en auteur), dr. W.A.M. de Moor (universitair docent, criticus en auteur) en dr. J.J. Peereboom (universitair docent, criticus en auteur). De jury staat onder voorzitterschap van de voorzitter van de Tweede-Kamerfractie van de vvd. mr.drs. F. Bolkestein.
In de vier voorgaande afleveringen van de ako Literatuurprijs kwam de prijs toe aan de volgende auteurs: J. Bernlef voor Publiek geheim in 1987; Geerten Meijsing voor Veranderlijk en wisselvallig in 1988; Brigitte Raskin voor Het koekoeksjong in 1989; Louis Ferron voor Karelische nachten in 1990.
De prijs is ƒ 50.000,-, een bedrag waarmee de stichting de winnaar in staat wil stellen zich een jaar zonder financiële druk te wijden aan zijn of haar literaire werkzaamheden. Bovendien meent de stichting met deze prijs op grote schaal interesse te wekken voor de Nederlandstalige literatuur.
Voor nadere informatie over de prijs kan men zich wenden tot de secretaris van de Stichting ako Literatuurprijs: Umtul Kiekens, Kreek 15, 1862 he Bergen (nh.), tel. 02208-18779.
Umtul Kiekens
| |
Tentoonstelling Willem Frederik Hermans
In maart was het precies 25 jaar geleden dat Nooit meer slapen van W.F. Hermans verscheen. Dit jubileum, gevoegd bij het feit dat de auteur op 1 september aanstaande zeventig jaar wordt, was voor het Nederlands Bibliotheek en Lektuur Centrum (nblc) aanleiding een reizende tentoonstelling over zijn leven en werk samen te stellen.
Deze tentoonstelling begint in Vlissingen aan haar rondreis van twee jaar langs openbare bibliotheken in Nederland. In de St. Jacobskerk in Vlissingen werd ze op vrijdag 1 maart officieel geopend in aanwezigheid van de auteur.
In het kader van deze opening organiseerden het nblc en de openbare bibliotheek Vlissingen een bijzonder literair evenement: een ontmoeting tussen Hermans en Hella S. Haasse, waarbij het werk van Hermans onderwerp van gesprek was. Hella Haasse heeft in het verleden over het werk van Hermans een aantal verhelderende beschouwingen geschreven.
Dank zij de medewerking van Hermans is er materiaal op de tentoonstelling te zien met betrekking tot Nooit meer slapen. Ook voor de romans De donkere kamer van Damocles en Au pair is bijzonder materiaal verzameld. Daarnaast is er aandacht voor Hermans als essayist, dichter, toneelschrijver en fotograaf. Voor nadere informatie over de expositie kan men zich wenden tot het nblc (Jef van Gool, tel. 070-3141750; Hellen Clemens, tel. 03240-90637).
GvB
| |
Voor de tweeëntwintigste keer Poetry International
Van 22 tot en met 29 juni vindt voor de tweeëntwintigste keer het Poe- | |
| |
try International-festival plaats in Rotterdam. Kort vóór en na deze periode zijn er de Poetry on the Road-programma's in enkele andere steden. In Enschede gaat het daarbij al om een poëziefeest van vijf dagen.
Poetry '91 staat voor een deel in het teken van de Afrikaanse poëzie. Er zullen zeven of acht dichters en zangers uit verschillende delen van Afrika naar het Rotterdamse festival komen. De keuze wordt gemaakt in overleg met Breyten Breytenbach en andere deskundigen op het gebied van de Afrikaanse vormen van literatuur. Daarnaast zijn er opnieuw dichters uit tal van landen, ook uit Nederland en Vlaanderen. Uit Engeland is o.a. de toezegging tot deelname ontvangen van drie dichters van de vroegere Liverpool School: Adrian Henri, Roger McGough en Brian Patten. Zij komen met een eigen muziekgroep en bezoekers van de eerste Poetryfestivals zullen zich vast en zeker herinneren waarom het hierbij gaat. Dit alleen al wordt een groot spektakel van poëzie en muziek.
Andere dichters die in juni in Nederland verwacht worden, zijn onder anderen: Tamura Ryuuichi (Japan), W.S. Rendra (Indonesië), Robert Creeley (Verenigde Staten), Yunna Morits (Sovjetunie), Uwe Kolbe (brd), Sylvia Fischerová (Tsjechoslowakije), György Petri (Hongarije), Eugène Guillevic (Frankrijk) en Joan Brossa (Catalonië). Tevens is er opnieuw sprake van deelnemers uit China, uit Israël en uit de Arabische landen. Op het lijstje van de Nederlandse en Vlaamse dichters komen, alweer onder anderen, de namen van Luuk Gruwez, Tonnus Oosterhoff, Toon Tellegen en Elly de Waard voor.
Het komende Poetry International-festival kent wederom een vertaalproject, discussieprogramma's, Le Bal du Festival en een groots slotfeest. De C. Buddingh'-prijs zal voor de derde keer worden toegekend en uitgereikt aan een recentelijk gedebuteerd hebbende Nederlandstalige dichter; met de Poetry International Award zal voor de dertiende keer een dichter worden onderscheiden die, waar ter wereld ook, om zijn poëtische werk wordt vervolgd of gevangengehouden. Nieuw is de lezingencyclus over ‘kosmopolitische dichters’. Er zijn tentoonstellingen, film- en videovoorstellingen en dit alles in een omgeving, die ingericht wordt door Nederlandse kunstenaars. In het Poetry International-café is er gelegenheid tot persoonlijk contact met de gasten van het festival. Poetry International vernieuwt zich elk jaar, het blijft het festival van de hernieuwde kennismaking en de ontdekkingen. Kortom, het is het ontmoetingspunt voor iedereen voor wie poëzie noodzakelijk is.
Voor inlichtingen: Stichting Poetry International, ‘de Doelen’, Kruisstraat 2, 3012 ct Rotterdam, tel. 010-413.43.30.
Martin Mooij
| |
Europees toneel in Groningen
De Vakgroep Romaanse Talen en Culturen van de faculteit der Letteren van de Rijksuniversiteit Groningen organiseert op 4-6 juni 1991 een theaterfestival, annex colloquium over ‘Europees toneel in de late middeleeuwen en de renaissance’. Tot de toneelstukken die opgevoerd zullen worden, horen onder meer Hoe Mars en Venus tsaemen boeleerden, De Lamme en de Blinde, De Bervoete Broers, Goossen Tijaart en Broer Willeke. Als deskundigen die hun medewerking aan het colloquium hebben toegezegd, worden genoemd: F. Akkerman (Groningen), J. Nowé (Leuven), C. Dauven-Knippenberg (Amsterdam), H. Gras (Utrecht), W.M.H. Hummelen (Nijmegen),
J. Koopmans (Leiden), H. van Dijk (Groningen) en H. van Maanen (Groningen). Inlichtingen over het definitieve programma kan men verkrijgen bij prof. dr. M. Gosman, Vakgroep Romaanse Talen en Culturen, rug, postbus 716, 9700 as Groningen, 050-635894/774941.
M. Gosman
| |
Biografie Bulletin
In februari van dit jaar verscheen het eerste nummer van het Biografie Bulletin. Het is een uitgave van de Werkgroep Biografie. Deze werkgroep is een initiatief van neerlandici, die elkaar troffen op het Haagse symposium over de schrijversbiografie, georganiseerd door de Jan Campertstichting op 3 november 1989. Over deze werkgroep hebben wij eerder gerapporteerd in Literatuur. Tijdens het eerste symposium van de werkgroep op 25 oktober 1990 in Den Haag is afgesproken dat er twee studiemiddagen per jaar worden georganiseerd en dat op zo'n bijeenkomst hetzij een specifieke biografie, hetzij een thema centraal staat. Voor de inleidingen worden enkele leden uitgenodigd die in het bijzonder betrokken zijn bij het onderwerp. De verslagen van zo'n studiemiddag zullen worden opgenomen in het Biografie Bulletin. In dit blad zullen ook discussiestukken worden opgenomen, zal theorievorming plaats- | |
| |
vinden en zullen besprekingen van biografieën worden opgenomen.
Het bestuur van de werkgroep doet een beroep op de leden om aan de uitgave mee te werken. Bij een contributie van ƒ 35,- per jaar kan het bulletin driemaal per jaar verschijnen. De redactie van het Biografie Bulletin wordt gevormd door Hans Goedkoop, Anja van Leeuwen, Wam de Moor, Annette Portegies, Willem Sinninghe Damsté en Rudi Wester. Het eerste nummer bevat bijdragen van onder anderen Ton Anbeek, Angenies Brandenburg, Wam de Moor, Anja van Leeuwen, Hans Visser en Jan van der Vegt.
Voor lidmaatschap en abonnement kan men zich opgeven door ƒ 35,- te storten op postrekening 4129271 ten name van Anja van Leeuwen, Amsterdam, onder vermelding van ‘Werkgroep Biografie’.
GvB
| |
Schrijverslijsten
De Stichting Schrijvers School Samenleving (sss) heeft twee fraai verzorgde brochures uitgegeven: de Schrijverslijst Volwassenen en de Schrijverslijst Jeugdboekenauteurs. Deze lijsten vermelden in alfabetische volgorde een groot aantal auteurs die zich bereid hebben verklaard om via bemiddeling van sss lezingen te verzorgen voor scholen, bibliotheken, verenigingen, literaire cafés en dergelijke. De brochure geeft behalve een foto ook bio-bibliografische gegevens over de erin opgenomen auteurs. Bovendien vindt men in de inleiding nadere informatie over de bemiddeling van de Stichting sss bij het uitnodigen van een auteur. Er zijn drie vormen waarin een auteur een bijdrage kan leveren: lezingen, projecten en werkgroepen. In werkgroepen wordt les gegeven over het schrijven van proza en poëzie en in de projectgroepen vertellen de auteurs over eigen werk. De meest gevraagde vorm blijkt toch de lezing te zijn. Voor een lezing van twee uur wordt een honorarium van ƒ 300,- gevraagd en voor drie uur ƒ 350,-. Bij de projecten liggen de kosten op ƒ 275,- voor vier uur en ƒ 325,- voor vijf uur. De bijdragen voor werkgroepen worden in nader overleg met sss geregeld. Men betaalt ƒ 35,55 aan bemiddelingskosten aan de stichting. De Schrijverslijsten zijn voor ƒ 12,50 per stuk of voor ƒ 20,- in combinatie te verkrijgen bij Stichting Schrijvers School Samenleving, Huddestraat 7, 1018 hb Amsterdam (tel. 020-6234923). Aan de lijsten is een aanvraagformulier voor lezingen, werkgroepen of projecten toegevoegd.
GvB
| |
Museum voor jeugdliteratuur
In samenwerking tussen het Nederlands Letterkundig Museum en Documentatiecentrum en de directie van het Nederlands Bibliotheek en Lectuur Centrum (nblc) werd een beleidsnota opgesteld met het doel het ministerie van wvc te overtuigen van de noodzaak oude kinderboeken in Nederland een plaats te bezorgen waar ze behouden kunnen worden en een documentatiecentrum rond het kinder- en jeugdboek in te richten. Men stelt zich voor een Museum voor de Jeugdliteratuur onder te brengen bij het Letterkundig Museum omdat daar de faciliteiten aanwezig zijn en vooral omdat de ervaring met het soort materiaal dat bewaard dient te worden is opgedaan met andere typen literatuur. Niettemin is het project een gezamenlijke onderneming. Er wordt dan ook een gescheiden begroting voor beide instellingen gemaakt in het rapport. De bedragen zijn uiteraard bedoeld om de minister een inzicht in de orde van grootte te leveren. In het rapport komt men tot een bedrag van ƒ 400.000,- voor de taken van het Letterkundig Museum. Daarin is de acquisitie en het inrichten van tentoonstellingen begrepen. Het bedrag mag voor de minister toch nauwelijks een probleem zijn; er worden voor meer geld wel minder zinnige projecten uitgevoerd.
GvB
| |
De studie van de middeleeuwse literatuur
Als bekend heeft de wetenschappelijke belangstelling voor de middeleeuwse literatuur in de loop der jaren geleid tot de oprichting van diverse internationale verenigingen die de studie van (een deelaspect van) die literatuur willen bevorderen. Zo bestaat sinds 1948 de International Arthurian Society, die zich richt op de Arturromans, en werd ten behoeve van de studie van de Karelromans (de chansons de geste) in 1955 de Société Rencesvals opgericht. Het onderzoek naar de middeleeuwse hofliteratuur heeft sinds 1973 onderdak gevonden bij de International Courtly Literature Society. Minder bekend is dat deze drie organisaties Nederlandse afdelingen hebben, die onder meer bijzondere aandacht besteden aan de literatuur van de Lage Landen. Deze afdelingen informeren de Nederlandse leden daarnaast over de driejaarlijkse internationale congressen en zij distribueren onder die leden de jaarlijkse, vaak omvangrijke internationale bibliografie van iedere vereniging. Het lidmaatschap van deze Nederlandse afdelingen brengt doorgaans slechts geringe kosten met zich mee (per afdeling betaalt men gewoonlijk per jaar zo'n ƒ 20,- à ƒ 25,- voor één jaaraflevering van de bibliografie + het lidmaatschap). Wie lid wil worden van de
| |
| |
Arthurian Society kan zich melden bij dr. F.P.C. Brandsma (Vakgroep Letterkunde [ruu], Muntstraat 4, 3512 ev Utrecht), voor de Société Rencesvals kan men zich aanmelden bij mevr. dr. I. Spijker (Vakgroep Nederlands [ruu], Trans 10, 3512 jk Utrecht) en voor de Courtly Literature Society bij dr. E.S. Kooper (Vakgroep Engels [ruu], Trans 10, 3512 jk Utrecht).
Frank Brandsma
| |
Project Noord-Holland
De Culturele Raad Noord-Holland heeft een project opgezet waarin in een reeks van 71 uitgaven de gehele provincie wordt bestreken. De titel van het project is: Noord-Holland in proza, poëzie en prenten. De reeks is een manifestatie ter gelegenheid van het 25-jarig bestaan van de tentoonstellingsdienst van de Culturele Raad. Het wordt een unieke bibliofiele serie waarin zeventig gemeenten uit Noord-Holland literair en beeldend een eigen aflevering krijgen en in één uitgave de gehele provincie wordt behandeld. In elke afzonderlijke uitgave van de reeks geeft een auteur samen met een beeldend kunstenaar een kijkje op de gemeente waarmee zij een binding hebben. Tot de medewerkers van de reeks behoren Louis Ferron (Haarlem), F.L. Bastet (Heemstede), Theun de Vries (Beemster), Kees van Kooten (Hilversum), Elly de Waard (Uitgeest), Nicolaas Matsier (Zaanstad), Enno Endt (Edam), Rudolf Geel (Bussum) en vele anderen. Voor Noord-Holland verzorgde Gerrit Kouwenaar de tekst en Peter Bes de prenten.
De uitgaven worden verzorgd in samenwerking tussen de Stichting Veerpers en de zeefdrukker Bernard Ruijgrok. De oplage blijft per deel beperkt tot 100 exemplaren. Het gaat dan ook om bibliofiele uitgaven die gezet zijn uit de letter garamond en Gill sans en die worden gedrukt op 150 grams Hahnemühlepapier. Per maand zullen er drie delen verschijnen met een pauze in de maanden juni en juli. Men kan op de gehele reeks intekenen voor ƒ 100,-; per drie delen maandelijks, of een totaalbedrag van ƒ 2330,-. Per afzonderlijk deel betaalt men ƒ 39,50. Het nulnummer over de gehele provincie Noord-Holland is gratis bij voorintekening op de hele serie. Voor nadere informatie over het project kan men zich wenden tot mevr. K. Kikkert of E.J. Barendrecht van de Culturele Raad Noord-Holland (postbus 5348, 2000 gh Haarlem, tel. 023-319139).
GvB
| |
Altijd acht gebleven
In mei 1991 werd Annie M.G. Schmidt tachtig jaar. Al meer dan veertig jaar schrijft ze versjes en verhalen voor kinderen. Ter gelegenheid van haar verjaardag wijdt het Letterkundig Museum van 25 mei tot 25 augustus 1991 een tentoonstelling aan de kinderliteratuur van Annie M.G. Schmidt onder de titel ‘Altijd acht gebleven’.
Drie generaties zijn nu al opgegroeid met bekende Schmidt-creaties als Dikkertje Dap, Het schaap Veronica, Jip en Janneke, Abeltje, Minoes, Pluk en Otje. De meeste figuren waren al bekend voordat ze in boekvorm verschenen. De belevenissen van Jip en Janneke en de kinderversjes, waaronder die van ‘Het schaap Veronica’, werden in de jaren vijftig in Het Parool gepubliceerd. De avonturen van Wiplala verschenen in het jeugdtijdschrift KrisKras (1957) en Pluk en Otje waren goede bekenden van het weekblad Margriet (1968-1970 en 1979).
Naast eerste en bijzondere drukken, waaronder een door Wim Bijmoer ingekleurd exemplaar van Het fluitketeltje (1950), zijn er ook tal van vertalingen te zien van de vele versjes en verhalen, onder meer een prachtig ingebonden Japanse vertaling van Wiplala (1957).
Bovendien is er een unieke verzameling reclamedrukwerk bijeengebracht, door Annie M.G. Schmidt in de jaren vijftig en zestig geschreven: series als Drie stouterdjes, Prelientje en Pluis en Poezeltje voor Persil, Floddertje voor Nutricia en Sloddervrouwtje en sloddermannetje voor Tomado.
Een bijzonder levendig onderdeel van de tentoonstelling vormt de ‘character merchandising’: gordijnen en serviesgoed van het beertje Pippeloentje, Jip en Janneke en Dikkertje Dap; puzzels van Jip en Janneke uit de jaren vijftig en pyjamazakjes, tasjes, kinderplaten en nog veel meer uit recenter jaren. Behalve aan het werk van Annie Schmidt wordt ook veel aandacht besteed aan de illustratoren die haar werk gezichtsbepalend hebben geillustreerd. Tal van originele tekeningen van Wim Bijmoer, Fiep Westendorp, Jenny Dalenoord, Carl Hollander, The Tjong Khing en Charlotte Dematons maken van deze tentoonstelling een kleurrijk kijkgenot.
De tentoonstelling in het Letterkundig Museum is te zien tot en met 25 augustus 1991. Daarna verhuist de tentoonstelling naar Museum Jannink (v/h Textielmuseum) in Enschede waar zij nog te zien is van 28 september t/m 5 januari 1992. De tentoonstelling is gratis toegankelijk. Voor groepen van minimaal 10 personen kan een afspraak worden gemaakt over een inleiding op de expositie. Voor informatie hierover kan men contact opnemen met Mariëtte Haarsma (tel. 070-3471114). De openingstijden van het museum zijn: dinsdag t/m zaterdag: 10-17 uur en op zondag 13-17 uur. Het museum is gevestigd aan het Prinses Irenepad 10 te Den Haag.
Letterkundig Museum
| |
| |
| |
Nieuwtjes
□ Eind 1990 verscheen bij de Cornamona Pers (Rubensstraat 58 hs, 1077 mv Amsterdam; 020-794631) een bibliofiele uitgave van negen uit de jaren '30 daterende Sprookjes (58 p.) van hendrik de vries, die kort voor zijn overlijden in 1989 nog toestemming voor deze druk heeft gegeven. Tekstbegeleiding en boekverzorging zijn van Reinold Kuipers, die ook een nawoord schreef. De oplage bedraagt 75 exemplaren; de prijs is ƒ 175,-.
□ Op 6 februari 1991 ontving prof. dr. bert van selm de driejaarlijkse Menno Hertzberger Prijs, groot ƒ 5.000,-, voor zijn in 1987 verschenen dissertatie Een menighte treffelijcke boecken; Nederlandse boekhandelscatalogi in het begin van de 17e eeuw.
□ Op 6 februari 1991 promoveerde mieke vestdijk-van der hoeven aan de Rijksuniversiteit Utrecht tot doctor in de rechten op het proefschrift Religieus recht en minderheden.
□ De P.C. Hooftprijs 1990, groot ƒ 25.000,-, is op 14 februari 1991 toegekend aan de in het Afrikaans schrijvende, tot Nederlandse genaturaliseerde dichteres elisabeth eybers voor ‘de uitzonderlijke kwaliteit van haar omvangrijk poëtisch oeuvre’, aldus het juryrapport. Haar Versamelde gedigte verschenen in 1990.
□ Tot directeur-bibliothecaris van de Koninklijke Bibliotheek in Den Haag is met ingang van 16 maart 1991 benoemd dr. d. van drimmelen, eerder werkzaam als econoom bij de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid en aan de Vrije Universiteit.
□ De Stiching Ons Erfdeel, Murissonstraat 260, b-8931 Rekkem, 056-411201, publiceert een reeks brochures over de Nederlandse taal en literatuur. Reeds eerder verscheen de brochure in het Nederlands, Frans, Engels, Duits, Spaans, Italiaans, Portugees en Indonesisch. Daaraan is nu de Deense versie toegevoegd, samengesteld door O. Vandeputte en U. Brøns: Nederlandsk. Tyve millioner nederlaenderes og flamlaenderes sprog (1990; 64 p.; ills.; ƒ 18,-).
□ Gezelliana; kroniek van de Gezellestudie (ufsia, Prinsstraat 3, b-2000 Antwerpen) heeft voor nr. 2 van 1990 een aantal critici uit Noord en Zuid verzocht om een lectuurverslag van één zelfgekozen gedicht van Gezelle, hetgeen een staalkaart heeft opgeleverd van de manier waarop Gezelles gedichten anno 1990 gelezen worden. De bijdragen zijn van Barnard, Brems, Claes, Van Deel, Ekkers, Gerits, Hamans, Kusters, Lateur, Middag, Musschoot, Van de Perre, Sarneel, Schoolmeesters, Schulte Nordholt en Werkman.
□ Het tweemaandelijks tijdschrift Vlaanderen (Lindenlaan 18, b-8700 Tielt) behandelt in jrg. 39, nr. 5 (nov.-dec. 1990), uitgebreid vier Oostvlaamse prozaschrijvers: Filip de Pillecyn, Johan Daisne, Raf van de Linde en Julien van Remoortere. Van ieder is een compleet ogende subjectieve en objectieve bibliografie opgenomen.
□ In de laatste aflevering (1990) van de Mededelingen van het Cyriel Buysse Genootschap (A.M. Musschoot, rug, Blandijnberg 2, B-9000 Gent) worden twee lezingen van het in 1989 gehouden Buysse-colloquium gepubliceerd, die van J.P. Lissens over ‘Buysse en Van Nu en Straks’ en die van L. van Doorslaer over ‘Politieke standpunten in het werk van Cyriel Buysse’. Andere bijdragen zijn van H. Smits (‘Buysse en Groot Nederland’), Y. de Maesschalck (‘Het noodlot als strategie in Buysses romans’) en S. Decocker (over de filmadaptatie van Buysses toneelstuk ‘Het gezin Van Paemel’).
□ De Libris Woutertje Pieterse Prijs 1991 voor het beste Nederlandse literaire jeugdboek, groot ƒ 10.000,-, is op 6 maart 1991 uitgereikt aan paul biegel voor Anderland, een verhaal dat geënt is op de Brandaanmythe.
□ Het Rijksmuseum Meermanno Westreenianum/Museum van het Boek te 's-Gravenhage ontving op 23 januari 1991 een schenking van 77 Geïllustreerde boeken uit Duitsland, beschreven in de aldus getitelde catalogus (55 p.) van de tot maart ingerichte expositie. De schenking is afkomstig uit het bezit van de Duitse collectioneurs Ulrich en Inge von Kritter en geeft een uitstekend beeld van de Duitse boekillustratie uit de twintigste eeuw.
□ Bij de recensie van het proefschrift van Jeannette E. Koch De koningsromans van Louis Couperus (1989) in Literatuur (jrg. 7, nr. 5) ontbrak een opgave van de uitgever. De dissertatie is uitgegeven en verkrijgbaar bij Herder International, Piazza di Monte Citorio 117, 00186-Rome.
□ De Amsterdamse Multatuliprijs is voor het jaar 1991 toegekend aan marita mathijsen voor haar bundel fictieve interviews met negentiende-eeuwse auteurs De geest van de dichter. Aan deze prijs is een bedrag van ƒ 10.000,- verbonden. Tot de jury voor deze prijs behoorden Corine Spoor, Koos Hageraats en Kester Freriks.
□ Dezelfde marita mathijsen gaat voor De Bezige Bij een leeseditie verzorgen van de gedichten van de vorig jaar overleden dichter Hans Faverey. Deze editie zal niet van een inleiding worden voorzien, maar er zal wel een verantwoording in worden opgenomen. Het boek verschijnt nog dit najaar.
□ Het Leidse antiquariaat AioloZ heeft een niet eerder gepubliceerd manuscript van gerrit komrij weten te bemachtigen. Het gaat om een gedichtenbundel onder de titel Mijn minnaars. Piet van Winden, de eigenaar van AioloZ, is van mening dat het manuscript voor niet minder dan ƒ 12.000,- verkocht kan worden.
| |
| |
□ Op 31 juli 1991 wordt de Stichting Mickery Workshop opgeheven. De laatste voorstellingen van Mickery lopen nog tot 25 mei van dit jaar in de theaters rond het Leidseplein in Amsterdam. Na een 25-jarige staat van dienst hebben de betrokkenen besloten met de activiteiten te stoppen.
□ Binnen enkele jaren mag een biografie verwacht worden over robert hans van gulik (1910-1967). Van Gulik, oriëntalist en schrijver van de Rechter Tie-mysteries, was als diplomaat werkzaam in onder meer China, Japan en Korea. Zijn zoon, de hoogleraar kunst- en cultuurgeschiedenis van Japan W.R. van Gulik, is een van de auteurs van deze biografie.
□ In september verschijnt bij An Dekker het Literair kookboek - De schrijfster en haar lievelingsrecept. An Dekker zelf zal het boek redigeren.
□ Jacques Pressers in de boekenweek van 1957 als geschenk verschenen boekje De nacht der Girondijnen, dat al in het Spaans, Deens, Italiaans en Engels was verschenen, zal een nieuwe internationale impuls krijgen nu het opnieuw in een Engelse en Amerikaanse uitgave zal verschijnen. Ook een Duitse vertaling is in voorbereiding.
□ In Leuven werd in een zeventiende-eeuws pand aan de Kerkstraat in het Groot Begijnhof door de Vlaamse minister van Cultuur Dewael het Vertalershuis geopend. Daarmee en met het ter beschikking stellen van fondsen aan de Belgische Stichting voor Vertalingen wordt een nieuwe stimulans gegeven voor de promotie van Vlaamse literatuur in het buitenland.
□ Bij Reservaat in Heiloo verscheen Wij vlogen uit Indië, een bundeltje gedichten van carel jan schneiders. Het is een fraai verzorgde eenmalige uitgave in een oplage van 250 exemplaren. Het boekje is te bestellen door overmaking van ƒ 27,50 op postrekening 4754252 ten name van E.M.E. Jonkman te Heiloo onder vermelding van ‘Springer’.
□ Als resultaat van een opdracht van het ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur verscheen het onderzoeksverslag Het keuzegedrag van kopers en leners van boeken. Nu het auteursrechtelijk stelsel voor het leengeld in 1992 zal worden ingevoerd, is de vraag naar de verhouding tussen kopen en lenen van boeken een onderzoek waard. Een vergelijkende ‘case study’ werd verricht door A.W.M. Duyx en H. Verdaasdonk en de resultaten ervan zijn nu verkrijgbaar door ƒ 17,50 over te maken op postrekening 4989181 ten name van Landelijk Platform Kinder- en Jeugdliteratuur onder vermelding van ‘rapport kopen en lenen’.
□ Op 15 mei werd de Geertjan Lubberhuizen-prijs uitgereikt aan marcel möring voor zijn vorig jaar verschenen Mendels erfenis. De prijs is een debutantenprijs en vormt een voortzetting van de vroegere Eenhoornprijs.
+++
□ Op 26 januari 1991 overleed johnny van doorn (*12-11-1944 te Beekbergen). Van Doorn kreeg grote bekendheid met zijn spectaculaire optreden als Johnny the Selfkicker en later met zijn deelname aan Herenleed. Johnny van Doorn debuteerde als auteur onder zijn eigen naam met Een nieuwe mongool (1965). Hij werd 46 jaar.
□ Op 28 januari 1991 overleed op 94-jarige leeftijd josine meijer (*16-12-1896), de schrijfster van de essaybundel Oude vrienden en een veranderende wereld. Haar bekendheid kreeg een nieuwe impuls door de publikatie van de brieven die Gerard Reve haar schreef tussen 1959 en 1975: Brieven aan Josine M. (1981).
□ In januari 1991 overleed de dichter en jeugdboekenauteur en -vertaler jan f. de zanger (* Schiedam 4 juli 1932). Hij was ook voorzitter van de sectie-Nederland van de International Board on Books for Young People.
□ De auteur bernard johan sijtsma (* Amsterdam 19 september 1938) overleed op 11 februari 1991. het bekendst werd zijn brievenboek Lieve Gerard (1981) als pendant van Gerard Reves Brieven aan Bernard S.
□ Op 6 maart 1991 overleed te Leiden rudolf adriaan cornets de groot (* Bandoeng 3 februari 1929), auteur van een aantal essaybundels als De chaos en de volheid (1966), Intieme optiek (1973) en Ladders in de leegte (1981) en medewerker aan literaire tijdschriften als Maatstaf, De Gids, Podium en Bzzlletin. In 1968 bezorgde hij een bloemlezing uit Lucebert: Poëzie is kinderspel.
□ Op zondag 3 maart 1991 overleed op 84-jarige leeftijd de dichteres clara eggink (Utrecht 13 april 1906). De schrijfster werd bekend door haar vriendschappen met A. Roland Holst, E. du Perron, H. Marsman en S. Vestdijk, maar vooral door haar huwelijk met de dichter J.C. Bloem, over wie ze een biografie publiceerde. Haar gedichten werden gebundeld in De rand van de horizon (1954). Ze schreef ook verhalen en romans, onder meer Een Rotterdams kind en andere ontmoetingen (1962). Haar latere echtgenoten waren J. Campert en H.J.G. Ivens.
Suggesties voor deze rubriek aan: Instituut voor Neerlandistiek, Spuistraat 134, kamer 456 (afd. DNL), 1012 VB Amsterdam, tel. 020-5254717
|
|