Liederen der orde van St. Peter, voor de loge De zon(1781)–Anoniem Liederen der Orde van St. Peter, voor de loge De zon– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 30] [p. 30] De Groote Loge. Ach! wat heerlij_ke vertoo__ning Doet zich op voor ons gezicht, Praa_lende als, eens Vorsten wooning, Door 't oud Rome zelv' gesticht! In 't roemruchtigst van zijn tijden Heeft het nooit zo grootsch Ge- bouwd, Als het geen aan alle zijden Peters Orde hier beschouwd, Peters Orde hier beschouwd. [pagina 31] [p. 31] Vriendschap Deugd en Wysheid hebben Hier een' heilstroom heen geleid, Dien Saturnus weg zag ebben, Toen de staf hem wierd ontzeid. Wil men steeds dien stroom bevaaren, Dan betaamt ons dat wy 't Schip, 't Welk Geheim heet, trouw bewaaren Voor een bank of blinde klip. bis. De bekoorlykste Vermaaken Houd men hier voor gangbre munt, Daar de Broeders steeds naar haaken, Wyl de Deugd hen die vergunt. Laat de Blinden ons bespotten, Ons met laster wederstaan; Wy verächten zulke Zotten. Niemand kreunt zich aan hunn' waan. bis. Peters Orde is toegeheiligd Aan Geheimen, groot en hoog; Zy is deftig en beveiligd Voor der Ongewyden oog. Schoon zy hier of elders roemen Dat hen alles kenbaar is, Blinden, die men dwaas kan noemen, Laat men best in duisternis. bis. Broeders! laat ons 't zoet genieten, Dat de Vriendschap ons verleent. Nooit moete ons een Band verdrieten, Die de Vreugd en Deugd verëent! Dit Gebouw staa met zyn muuren Als gevest op diamant! Dit Gebouw moete eeuwig duuren! 't Houd de Vreugd en Deugd in stand. bis. Vorige Volgende