Het Liegend Konijn. Jaargang 9(2011)– [tijdschrift] Liegend Konijn, Het– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 218] [p. 218] Natuur Het groen is er weer aan de bomen, de struiken, het nieuwe gras en andere planten, wil je dat ik een lijstje maak? Zonder veel informatie ga ik de natuur in. Dit zijn tuinen, velden, weiden, bosjes, een berm, dat zie ik wel. Hier ligt de aarde nog bruin omgeploegd. Ook jij hoorde tot de natuur toen hier maïs stond. Natuur die zich van haar kleren ontdeed. Kevertjes, spinnetjes waar we ons niet om bekommerden. De natuur met haar bedding van zacht vlees in zachte aarde. We wilden allebei alleen maar dolgraag neuken. Daarna wezen we elkaar de vogels aan die we zagen, eksters, bosduiven, merels, een torenvalk, ik noem ze uit het hoofd. Daar is het sparrenbosje waar het donker is op de bodem. Ook toen hoorde iemand als jij tot de natuur. Rauwe spleet in het naaldhout. Geur van humus, paddenstoelen, schimmel, gloeiend, gistend, gapend onder zwellend zwart mos. Zoals wij de natuur onder woorden brachten en de wandeling verder zetten. Ieder zijn eigen weg naar huis. Daar op de kavel is een woning gebouwd. Ook die keer legde de natuur zich neer, spreidde zich uit in het raaigras. Ook ik was natuur. Natuur op natuur verwijderde ik met mijn tanden haar slipje. Cunnilingus. Fellatio. Nu staat er een bed in een kamer onder een dak, het computerscherm blikkert, de grasmaaier wacht bij zijn litertje benzine. Geen spoor van het zaad dat wij maakten. Meer wil ik van de natuur niet verlangen. Vorige Volgende