Het Liegend Konijn. Jaargang 9(2011)– [tijdschrift] Liegend Konijn, Het– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 210] [p. 210] [We gingen vroeg naar bed, kortste nacht, langste dag] We gingen vroeg naar bed, kortste nacht, langste dag. Shasta Merilyn, spamhaai, zij schreef me een brief. Langste dag, de natuur herstelt zich van de lente: moedereend Candy wordt bij een aanval van meeuwen van zes kuikens beroofd. Eén blijft nog, die is voor de snoek. Wij gingen vroeg naar bed, de zon scheen door de gordijnen. Weer lukte het niet. Hoe ver moet je gaan om in de buurt te komen? Het wordt alweer dag. De jonge bruidegom springt uit het bruidsbed, danst de tent die zijn hemelse vader hem spande. Na één dag op, afgeleefd ligt 's nachts het jongetje bij zijn voedster. Bij het eerste licht springt de bruidegom het bed uit, rent de aarde bijzijde. Het gefluister van de voedster, spraak zonder klank, ware kennis. Eunuch met doorgesneden stembanden, bevoegd het meetlint te dragen. De dag vertelt het de nacht, de nacht fluistert. Shasta moet blijven schrijven of ze zakt naar de bodem. Ze moet blijven schrijven zonder omwegen: ‘Tired of wasting uncountable $ to grow your Penis but result not what you expect? our magic pills can give you length you deserved.’ Dit gaat in een heel vreemde taal over mij, vreemde mij. Welke lengte verdien ik? [pagina 211] [p. 211] Heden = Schuld: de zwarte kogel van schuld rolt door de wereld. Van dag en nacht trekt hij zich niets aan. Onze schuld, wij hebben gedaan wat gebeurt. De zwarte kogel rolt, verleden ruikt fris als na onweer. Te brede auto's klapwieken over de klinkerwegen, om aan gruwelijke ongelukken deel te hebben. Daarna kijken hun koplampen verbaasd uit de verwrongen grille. Het wrak glimt in het zonlicht. Het is zinloos nut te hebben gehad, zinloos als een strik in het haar. Vorige Volgende