Het Liegend Konijn. Jaargang 9(2011)– [tijdschrift] Liegend Konijn, Het– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 158] [p. 158] Boter voor de ter dood veroordeelde Hij koopt vershoudfolie Want je weet maar nooit Iemand heeft de marsepeinen bloemen Van de taart gepulkt En aan een dementerende vrouw gevoerd Ze verwachtte paprika chips En sproeide de rozen in je schijnheilige tronie. Hij blaast stof van een stereo En van een opgezette meeuw die Zijn ex-vriendin heeft achtergelaten Hij wordt zij in mijn gedicht In mijn gedichten zijn alle hypocrieten ik. Ik steel een sober kruisje Het is minder omslachtig dan berouw Ze heeft een dik vel en mist het niet De taart verdwijnt in een schutter Die hardnekkig goedgelovig is. Hij gelooft dat ik boter nodig heb En bleekwater om bezoekers zonder schaamrood te ontvangen Aan de voet van een promotiepiramide Vertelt hij een anekdote over een Ierse schoorsteenveger Die het veulen van een notarisvrouw terugvond Zonder hoofd in haar paraplubak. [pagina 159] [p. 159] Thuis drink ik bleekwater En smeer boter aan de krabpaal van mijn kater Mijn bezoeker is mijn moeder Ze eet het laatste stuk taart Met blote handen die een kwartier geleden Een gestrande walvis op een loonfiche hebben getekend. Vorige Volgende