Het Liegend Konijn. Jaargang 7(2009)– [tijdschrift] Liegend Konijn, Het– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 155] [p. 155] De trom Ze keek naar de optocht het koper en het rood het is zo'n lange tijd geleden het is zo lang deze linten zijn alle linten die er zijn en dat ik me door dit zo liet omstrengelen is zo lang geleden en omstrengel me nu weer. Ze keek naar de optocht en stak haar armen uit want samen branden wij en dragen wij onze harten in vermiljoen gevlekte handen en samen zingen wij zo dat het altijd eerst als afgrijzen zal klinken Ze keek en haar hart bonsde sneller, het slagwerk O kom, de trommels het allergrootste kloppen van alles dat samen met alles in mij - binnen - klopt en ik wil niet meer weten wat binnen is of buiten en ik wil niet weten of ik het vel zie of de binnenkant van deze ogen sla steeds harder tot alles wat nu klopt verstomd zal zijn - geen stilte - en buiten slechts ik als het meest verdragend bonzend, taai en oud en jong en glad te horen zal zijn. Vorige Volgende