Het Liegend Konijn. Jaargang 4(2006)– [tijdschrift] Liegend Konijn, Het– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 73] [p. 73] Auvers 1890 Als het penseel de blauwe daken de blauwe bomen en het blauwe gras wervelend heeft neergeschreven is het mei. Alles beweegt. Maar het is stil. De etensgeur moet hangen in de witte huizen. Wie er wonen lijken uitgestorven maar zijn zwetend in de velden aan het werk, bukkend of maaiend. Dichtbij stroomt de groene rivier. In zijn jas zit de dokter aan tafel, stut zijn hoofd met zijn hand en denkt het zijne. Zomerzon, koren noch de kromme vrouw die met haar mand net uit de rommelige wijngaard komt vragen u om nu al te verdwijnen. Vorige Volgende