Libertinage. Jaargang 6(1953)– [tijdschrift] Libertinage– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 243] [p. 243] [Remco Campert: gedichten] Remco Campert Berchtesgaden Hier hadden wij plezier, Nietwaar? Terwijl sneeuw zich ophoopte En vorst op ramen oorlogskaarten sloeg; Terwijl gidsen verdwaalden en touristen Langs lakens in de kloven daalden Hadden wij wel plezier In ons buitenhuis van liefde. Soms dronken wij cognac, een nachtlang, En schaakten met vrienden, nieuwe en Oude kameraden. Beheerst bewogen zich De vrouwen - neen eerder ontspannen - Door de kamer, zorgden voor koffie, Streelden ons haar en verbrandden De kranten, die wij niet lazen. Toch zou spoedig de morgen komen Die de haard gedoofd vond en Herinnering aan de avond tevoren Een bittere smaak in de mond; jij En ik in bed, de dekens opgetrokken, Bang luisterend hoe dorpsbewoners Ruiten versplinterden en Vernieling begon. [pagina 244] [p. 244] De wereld moet men vangen en er werkelijkheid van maken De lucht waar veel onaards gebeurd Zo goed als de aarde met zijn wereldse adem Beiden zijn werkelijkheid: het hotel De benauwde kamers met stoffige verwarming, Kraken op de trap, piepen op de gang, Zuchten achter een ander nummer, verzamelde Adem van reizigers op zolder En de zwarte nacht, koolzwart glinsterend, Daarboven welvend en zwijgend. Beiden zijn werkelijkheid Maar worden pas noodzakelijk (Ja, de engel aan de deur) Wanneer gehoord en gezien Met apparaatloze zintuigen. Instrumentalisten van het Westen Van het Noorden en Noord-Westen Laat het nu gebeuren. Breng die duistere lichtende bal Aan het rollen. Instrumentalisten van het oog Het oor en dan pas de hand: De papieren zijn weer blank De aarde is oud De lucht is oud En beiden zijn jong. De kunst is op het punt Van ontstaan. Dat is zijn enige punt Dat van ontstaan: daarin heeft zich werkelijkheid Geconcentreerd, de stenen En de ongrijpbare adem Om die stenen, de schoorsteen En het moment van wat is rook En wat is lucht. Laat het nu gebeuren. Vorige Volgende