Leysen-boeck der catholycken daerinne vergadert zyn wt verscheyden boecken veelderhande leysenen himni ende geestelycke liedekens
(1605)–Anoniem Leysen-boeck der catholijcken– AuteursrechtvrijOp de voys: De Nachtegael die sang een Liet,Ghebenedijt, den Heer altijt,
Maeghden bereyt,
Die u verblijt, diens naem belijt,
| |
[pagina 156]
| |
Ga naar voetnoot+Met dancbaerheyt,
Laet uwen blijtschap hooren
De ooren,
Ga naar voetnoot+Des Bruygoms schoon int Hemels troon,
Die u heeft wtvercooren.
Maeghden bequaem, siet uwen naem,
Is suyverheyt,
Ga naar voetnoot+Ziel en Lichaem zy aenghedaen
Ga naar voetnoot+Met eerbaerheyt
In seden heel manierich
Oock vierich,
Ga naar voetnoot+Al int ghebedt, innich te met,
Ga naar voetnoot+V naesten goedertierich.
Ga naar voetnoot+Suyverheyt puer, Enghels natuer
Ga naar voetnoot+Is heel ghelijck
Tot aller uur, al valtet suer
Ga naar voetnoot+Behout, ghy rijckt
Verwint u wert ghegeven
Ga naar voetnoot+Nae t’leven
Ga naar voetnoot+Der maeghden Croon, suyver en schoon
Tot eenen loon verheven.
Ga naar voetnoot+O waeroms begheer, sal zijn de Heer,
En anders niet,
Simpel in kleer, stichtich verneert,
Om God die t’siet,
Ga naar voetnoot+T’behaghen schuwt, wilt mijen,
T’partyen,
Ga naar voetnoot+Wort ghy versmaet, bidt voor de haet,
Ga naar voetnoot+V gheest sal hem verblijen.
Een maeght eersaem, nae haer betaem,
Ga naar voetnoot+Tot deughde spoedt,
Ga naar voetnoot+T’wesen vreedsaem, sal altijt staen
Nae t’opperste goet,
Ga naar voetnoot+In volheyt overvloedich,
| |
[pagina 157]
| |
Ootmoedich,
In liefden soet, wert zy ghevoet,Ga naar voetnoot+
En leeft in God voorspoedich.
In eenicheyt, zijn Brytt hy leyt,Ga naar voetnoot+
En spreecktse daer,Ga naar voetnoot+
V hert bereyt t’reyn hert (hy seyt)
Sal God voorwaerGa naar voetnoot+
In eewicheyt aenschouwen,
Gaet bouwenGa naar voetnoot+
In u ghemoet, hy smaken doet
De liefde hoogh vol trouwen.
Ghy maeghden reyn, die hier zijt cleynGa naar voetnoot+
Bewaert u staet,
Ghy sult alleyn, volghen ghemeyn,
Dat Lam waert gaet,Ga naar voetnoot+
Ghehoorsaemt allegader,Ga naar voetnoot+
U Vader,Ga naar voetnoot+
Al nae den Geest, minst ende meest,
Schriftuer ghetuyght dat claerder.
Princessen fijn, die maeghden zijn
Voor God certeynGa naar voetnoot+
Schout quaet fenijn, van die den schijnGa naar voetnoot+
Hebben onreyn,
Haer woorden, aensicht mede,
Mindt vrede,Ga naar voetnoot+
Weest wel gemoet, in teghenspoet,
T’bereyt u in Gods stede.Ga naar voetnoot+
|
|