Den verdoolden Artz.
EEn jonge Vrouw, leggende aan de Buyk-siekte te bedde, liet een Docter ontbieden, om, waar 't mogelijk, door zijn hulpe gesond te worden.
So haast quam hy niet voor het Bed, of hy greep terstond haar linkse arm, om aan de Pols te vernemen, of sig daar ook binne koortsen onder vermengde. Clement, staande met de man aan 't hoofden eynde, dit siende, seyde: mijn Heer mijns oordeels hebt gy u dapper vergrepen, de-