Leeuwarder Apotheek, na de Galenisch-Chymiçe manier, door sorgvuldigen arbeid van ’t Collegie der Medicijns aldaar opgemaakt, en door des E. E. Agtbare Magistraats Authoriteit bevestigt

G: Van

Galanga major: Galgang: de wortels.

minor; maag wortel; de wortels.

Galbanum; de gom Galbanum: die self.

Galega; Galega: ’s kruid.

Gallae; Galnoten: die self.

Genista; Brem: ’t zaad.

Gentiana; Kruyswortel, Gentiaan: de wortel.

Gitta chemon, of Gutta gamandra, of Gutta gambae; Guttegom: die self.

Glycyrrhiza, of Liquiritia; Kalissy hout, of soet hout: de wortels, en ’t sap.

Grana kermes, sie Coccus baphica.

Grana Paradisi, of Cardamomum majus: Grein; ’t zaad.

Granata; Granaat Appel: de Bloemen, de korrels; de bast malicorium genaamt, het sap.

Granata Sulvestria; wilde Granaat appels, de Bloemen, sie Balaustia.

Guaejacum, of sanctum; Pokhout.

[p. 10]

Gummi Arabicum, Arabisch, die self.

Animae, ...... die self.

Carannae, ....... die self.

Elemni, ......: die self.

Juniperi, Jenever, die self.

Lacca, Lak, .... die self.

Tacamahaca, ..... die self.

Gutta gamandra, of Gamba, sie Gitta chemon.