Redactioneel
In tegenstelling tot voorafgaande berichten is dit nummer geen themanummer.
Het is ook geen dik nummer. Niet dat we daarin geen zin hadden, maar we dienden toch ook de jaaromvang een beetje aan de begroting van onze uitgever aan te passen.
Niettemin zijn ook in dit nummer interessante zaken beschreven. Zoals de enige kindertheatergroep die stukken naar aanleiding van het leesprogramma van de openbare bibliotheken brengt. Zoals de kinderboekenweek nu eens gezien in het licht van cultuurspreiding, kunstenbeleid en kunstzinnige vorming.
En natuurlijk een overzicht van het herfstaanbod van kinderboekenuitgevers en een recapitulatie van het nieuws dat in die tijden verspreid werd. Thema van volgend nummer zal het lezen in het voortgezet onderwijs zijn, mede in het licht van de talrijke gewichtige rapporten die er over de ‘basisvorming’ in dat onderwijs verschenen zijn, en waarin lezen niet die plaats krijgt die we het graag en op goede gronden zouden toekennen.
De jaargang 1988 zal openen met een nummer over kinderboekkritiek in Vlaanderen en Nederland, waarbij ook aandacht aan de oordelen in beide landen over elkaars produktie. Het nummer daarop zal de vraag behandelen of het schoolbibliotheekwerk 1989 haalt, en dus in belangrijke mate over het effect van bezuinigen en beleidsbeslissingen gaan. Van de overige plannen voor 1988 vermelden we aandacht voor bibliotherapie (bestaat dat?), het verschijnsel ‘makkelijk lezen’, en een handleiding voor het schrijven van een kinderboek. Alles onder voorbehoud, natuurlijk!