[vervolg van p. 387]
herstellend van zijn operatie - wanneer hij verneemt dat de vermoorde vrouw de donor van zijn hart is. Bloedbeeld is, zoals steeds bij Connelly, zorgvuldig opgebouwd en goed onderbouwd, en McCaleb is een interessante held - Clint Eastwood wil het boek verfilmen en de hoofdrol spelen - maar het vertoont ook de meest in het oog vallende gebreken van Connelly: een plot die af en toe te veel bochten maakt, en een stijl die te weinig beeldend is. Hoewel hij door sommigen met de befaamde detectiveschrijver Raymond Chandler vergeleken wordt, wiens ‘held’ Philip Marlowe met al zijn existentiële problemen wel iets wegheeft van vooral Hiëronymus Bosch (die zo werd genoemd door zijn moeder, een prostituee die van het werk van de befaamde schilder hield), is het vooral de stijl die van Connelly de mindere van de twee maakt. Maar beide auteurs hebben inderdaad gemeen dat ze zeer argwanend staan tegenover het legitieme gezag, een houding die door hun hoofdpersonages weerspiegeld wordt. Bosch heeft voortdurend moeilijkheden met zijn meerderen in het korps, die niet vies zijn van politiek gekonkel om hun positie te verbeteren en af en toe niet terugschrikken voor regelrechte corruptie. Een interessante ontwikkeling in de Bosch-romans is dat Bosch zelf evolueert: nadat hij in The last coyote (Hartzuur, Li 1998, p. 624) de nooit opgeloste moord op zijn moeder onderzoekt, waardoor hij terechtkomt in de pornomiddens van de stad die banden blijken te hebben met bepaalde politici, maakt hij een soort catharsis door en verandert hij van de eenzame, door nachtmerries geplaagde Vietnam-veteraan in een man die zijn gevoelens wat beter onder controle heeft. Dat betekent echter niet dat hij voortaan zijn emoties beter toont, want in Spoordood, zijn recentste Harry Bosch-roman, gaat zijn vrouw Eleanor, die het gokken niet kan laten, van hem weg na één jaar huwelijk, en
toch kropt hij alles in zijn binnenste op en klampt hij zich als een bezetene vast aan de zaak waarmee hij bezig is: de moord op de zwarte, rijke en populaire advocaat Howard Elias, die in het verleden het politiekorps van LA meermalen heeft aangeklaagd. De raciale spanningen in de stad nemen door de herinneringen aan de zaak-Rodney King dadelijk weer toe. Terwijl Bosch het spoor volgt, dat zich vertakt naar de pedofiele moord op een jong meisje en een bijzonder rijke, blanke familie met veel macht in de stad, merkt hij dat zijn hoofdinspecteur hem tegenwerkt en dat een collega alles doet om hem in een slecht daglicht te stellen. Connelly's plot is hier minder geforceerd dan in bv. in Bloedbeeld. Hij speelt handig in op huidige sociale en politieke ontwikkelingen in Los Angeles. Alleen het slot heeft iets van het gemaakte dat zijn boeken wel eens meer kenmerkt.
Connelly is duidelijk een hardwerkend auteur die zijn métier zeer ernstig neemt. Dat is te merken aan de research en aan de zorgvuldige, niet gehaaste opbouw van zijn boeken. De jongste boeken worden gekenmerkt door een strakkere plot en een evolutie in de karakters van zijn personages, die stilaan complexer worden. Mocht hij ooit nog een sprankelende, inventieve stijl verwerven, dan kan hij ongetwijfeld uitgroeien tot een absolute ster in het genre.
[Bob van Laerhoven]
Michael Connelly: Spoordood
De Boekerij, 1999, 320 p., 695 F, ISBN 90-225-2516-3
Vert. van: Angels flight door Renée Dowden
detective