De blauwe bergen
Voor De blauwe bergen kreeg Charles Frazier in de Verenigde Staten de National Book Award voor fictie, een van de belangrijkste Amerikaanse literaire prijzen en dit is zeker niet onverdiend. De roman is een fresco op grote schaal, een intiem liefdesverhaal in het decor van de machtige natuur van North Carolina en tegen de al even machtige achtergrond van de Amerikaanse geschiedenis.
Frazier neemt de verhalen van zijn vader, en meer bepaald die over de historische figuur van zijn betovergrootvader W.P. Inman, en gebruikt die om een beeld te schetsen van een periode in de geschiedenis waar de Verenigde Staten niet bepaald trots op zijn: de verwoesting en verwarring gedurende de burgeroorlog tussen de Noordelijke en de Zuidelijke staten. W.P. Inmans desertie uit het leger van de Zuidelijken vormt de historische basis en het boek opent dan ook met zijn ontwaken in een legerhospitaal. Hij geneest stilaan van zijn zware verwondingen, maar tegelijk beseft hij dat een genezing ook gevaarlijk is: gezonde soldaten stuurt men terug naar het front.
Omdat hij niet opnieuw de redeloze waanzin van de oorlog wil worden ingestuurd, loopt Inman weg, terug naar Cold Mountain in het bergland van North Carolina waar de domineesdochter Ada op hem zit te wachten. Haar verhaal wordt in het tweede hoofdstuk verteld en in de rest van de roman wisselen de vertelstandpunten elkaar per hoofdstuk af. Dit lijkt een vrij mechanische manier van vertellen, maar dat is niet zo. Frazier werkt heel subtiel met flashbacks zodat je op het juiste moment over de juiste hoeveelheid informatie kan beschikken. Tegelijkertijd verwijzen de twee verhalen voortdurend naar elkaar. Inman en Ada leven hun eigen leven: Inman dwaalt door het land op weg naar Cold Mountain waar het verwende weeskind Ada een leven probeert op te bouwen. Maar ondertussen zijn er allerlei dwarsverbanden tussen hun verhalen. Door de opbouw van zijn hoofdstukken creëert Frazier automatisch spanning: het hele boek door komt Inman steeds dichter bij zijn doel.
Op het ogenblik dat Inman deserteert, is hij hoegenaamd niet zeker of het ooit nog goed komt tussen hen: vier jaar in het leger hebben hem veranderd. In een brief aan Ada vlak voor zijn vlucht legt hij uit dat hij dingen heeft gezien die je niet kan opschrijven of vertellen, dingen die van hem een ander mens hebben gemaakt. Als hij terug naar Cold Mountain gaat, is er alleen de zekerheid van de berg en het landschap, zeker niet van de mensen die hij al dan niet zal terugzien. Net als hij zit Ada in het begin van haar eerste hoofdstuk een brief te schrijven, waarvan ze de eerste versie net als hij weggooit. Net als Inman kijkt ze vanuit haar huis naar buiten, maar zij ziet Cold Mountain, die voor Inman nog ver weg is.
Ada's situatie is even precair als die van haar geheide. Haar vader is gestorven en heeft haar alleen achter gelaten in een gebied dat door oorlog verscheurd is en in een huis dat ze niet de baas kan. Ze weet niks van het land, van de dieren en planten die ze zou moeten verzorgen en die haar zouden moeten voeden. De werktuigen verroesten en ze weet niet welk werk ze eerst zou moeten doen. Ada is een stadskind, ze leest veel, schildert en schrijft, maar weet niks van de natuur om haar heen. Ze heeft dus hulp nodig en krijgt die van een jong meisje uit de streek, die net als zij bij haar geboorte haar moeder verloor en alleen door haar vader werd opgevoed. Rudy kreeg geen poëzie en aandacht maar slaag, en ze is blij als haar niksnut van een vader naar de oorlog verdwijnt.
Ruby wordt een belangrijke figuur in het boek. Al bij hun eerste ontmoeting ziet Ada in haar een vonk, ‘zo helder en hard als een vonk die met staal uit vuursteen wordt geslagen’. Ruby is dan ook geen bediende: de twee gaan als evenwaardige partners samen aan het werk. Ruby mag dan al een analfabeet zijn, ze is in de natuur opgegroeid en kan bomen en planten lezen. Aangezien door de oorlogsomstandigheden geld nog nauwelijks waarde heeft, werkt de dorpseconomie met ruilhandel, waarin Ruby zich een meester toont. Ada zwoegt, zwijgt, luistert en leert.
Als in een hellevaart reist Inman door het oorlogsland: zijn leven is voortdurend in gevaar. Zijn wonde is nog niet geheeld en niemand die hij tegenkomt, kan hij vertrouwen. De streek wordt onveilig gemaakt door benden rovers en deserteurs enerzijds en een troep soldaten die op zoek zijn naar deserteurs anderzijds. Keer op keer kan hij maar net ontsnappen. Onderweg lijkt hij de enige rechtvaardige in een land van moordenaars en profiteurs: hij redt het leven van een meisje dat zwanger gemaakt is door een predikant, maar krijgt de predikant wel als metgezel op zijn tocht mee en die brengt hem nog meer in de problemen. Er vallen flink wat