Kroniekje van Hoegaarden 1670-1759
(1986)–Anoniem Kroniekje van Hoegaarden– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 26]
| |
soo dat de tonge quaem te rotten. de tongen soo van peerden als koijen moesten alle daegen gevisiteert worden en(de) gewassen met peperloock en asijn onder malckanderen gestampt, en daernae streecken sij de rotticheijt van de tonge met vitriool: maer niet te sterck ende dat alle daegen eenen keer, tot dat de tonge genesen was. soodaenige sieckte is als boven noch geweest anno 1682. |
|