folio 265
Daar kwam ook afdrijven op onse stadt aan een ongemeene groote schol ijs, waardoor men vreesde de geheele stadt zoude beschadigt en onderloopen, maar Godt heeft ons weer wonderbaar behoed. De wint draijd om, keert de schol ijs van de stadt af, waar door egter andrewegens deurbraken geschieden tot groote schade van veel mensen, maar tot voordeel van de heele stad. En onse landerijen, waardoor wij het water losten, koren en alle gesaij bijna geen schade leed. En daar is op gevolgt een warme vrugtbare zomer, een goede oost. Het olijzaat, dat wij ook behouden hadden, seer duer is, waarvoor wij maakten 38 en halve gl. En veel menschen verkwickten weer van hun armoede.