folio 257
Hier na moesten de susteren denken om een nieuwe herder te verkiesen, waartoe de facúlteijt van de nuncius gekomen zijnde en de heer pastor Kolkens nu al omtrent 30 jaaren onse extraordinaire biegtvader geweest zijnde en van Zijn Exelentie de núncius order ontfangen had, onse geestelijke zaaken waar te neemen, soo wilde Eerw. mater de heer pastoor daar zoude tegenwoordig zijn, om ons de stemmen af te nemen. Daar wierden 3 voorgestelt, waarvan d'Eerw. heer B. Roes, pastoor tot Arnhem, gekoosen wirdt. De susteren, de deugd en bekwaamheeden van deesen heer, wierd egalelijk verkosen. Zijn Eerw. van zijn kant ook genegen daar toe, versogten wij de zending. Die ontfangen en ook geacsepteert hebbende, soo komt, daar een verhindering. Een priester, kwaat van leven, soekt door de heeren van de regeering zijn zijn pastorij in te dringen, waarom zijn Eerw. tot zijn eijgen leedwesen en d'onse zijn plaats tot zalighijd van zijn gemeente in te houden en ons te bedanken, behoudende altijdt een grootagting voor ons. En wierd daar na genomen voor onse extraordinaire biegtvader.