De koninginne van Hongaryen
(1746)–Anoniem De koninginne van Hongaryen– AuteursrechtvrijOp de Wys: Sa Trompen en TrompettenGy die op ’t spoor der Ouden,
Den Egten Staat betreet, Laat Liefde noit verkouden, U Drukt nooit ramp of leet, De Zegen-Zon en heyl, Wens ik u nimmer feil, In Lieft leven, God wil geven, Lang met Heil. Den Bruidegom schynt te deinsen,
De Bruyt die is bevreest,
O Neen het is maar veinsen, Zij schoeijen op leest, Schoon dat 't Bruitje bloost, De Bruidegom is haar troost, Wilt leven, 't zal vreugd geven, Door uw kroost. Komt Flora Veltgodinnen,
Met Juno van haer Troon, Nu zal men eens beginnen, Geen gal wert hier geboon, Want liefd' moet blijven staan, | |
[pagina 54]
| |
De Lieft zal nooit vergaan, Staat geschreven, 't eeuwig leven, Nooit verstaan
God geeft eer veertig weeken,
Aanstaende sijn verleen, Een Spruit by u geleeken, In alles over een, Laat ons eens drinken om, Met Roomers drie de Zom, Drinkt eens vrinden, dees beminden Bruidegom. Orpheus stelt uw Snaaren,
Speel Meijsjes spreijen ’t bed, Met Palm en Witte-blaaren, Vlegt kransen fraay en net, Ter eeren van dit paar, En vrolijk gebaar, Maakt nu vreugden, eer en deugden, Huwelijks Schaar. Geluk dan t'zaem verheven,
Hier op het Wereltsbal, God wil zegen geven, In Aard Vrugboomen al, Hierna in 't Eeuwig feest, Met Vader, Zoon en Geest, Sluyt te zamen, en zingt amen, Den Heer vreest. |
|