Het tweede deel van de koddige olipodrigo
(1654)–Anoniem De koddige olipodrigo– Auteursrechtvrij
[pagina 148]
| |
Eerst van Leendert, doen van Gijs,
Doen van Teeuwis, doen van Tijs,
Doen van Kreelis, doen van Teun,
Doen van jonge Jaap, Krijntjes Zeun,
Doen van Ewout, doen van Jan;
't Laetste zoo kreegze tot 'er Man
Drooge Zymen zonder zoet,
Die haar weinig vrientschap doet,
Sture Nortebol in 't bedt,
Die haar Doek-huif nooyt verzet,
VVaar af datze mager wordt.
Denkt wat aan dat Vrouwtje schort,
'k Moet eens raden: in het bedt
Let haar dat een oudt Man let.
M. Keusers.
|
|