Begraffenis Ceeltjen van den Ed. Heer, mijn Heer N.N.
UE. Wert te begraffenis gebeden met N.N. van Bocxstehoe, overblijfsel van het geslaght van den grooten Heer Pierlala, Schoonsoon van Tewis Cnorropot, Afterlinghs kins van Trijntje Drybil, Swager van Mannelijcke Firibus, Makrol van sijn Ambacht, Swager van den Heer van Nergenshuysen, Alias verloope Ouacksalver, Oom van Goossen Root-Neus, Makelaer van de Snijers, Broer van VVarnar Hanglip, verloopen Schoorsteenveeger, goede bekende van Tewis T ewisz. tijdigh sieck, Vader van de Godloosen. Het Lijck fal uytgedragen worden ten huyse van schele Mies, in de korte Lange, rechte dwarsstraet, daer de Pockige Haen in de gevel staet; Het Lijck fal begraven werden in 't graf van Petres Izegrimerius van Buycksloot, die met een Venus Kogel is geschooten mors doot.
Als vrint nergens in te komen.
Auteursrechtvrij