Letterkundig Jaarboekske van Jong Dietschland voor 't Jaar O.H. 1901(ca. 1900-1901)– [tijdschrift] Jong Dietschland– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Stoute Kinderen. Komt, wispeltuur'ge kinderen, - Mijn sombere gedachten, Die droomen in mijn droeven geest En alles daar verkrachten. - Ik heb het Lenteweêr bemind, Vol groenende gedachten, Die bloeiden in den bloemenhof En alles tegenlachten -.... Nu liggen bloemen hier en daar, Gebrokene gedachten, Die van een zoen der zomerzon Verrijzenis verwachten. - Ik min u, stoute kinderen, [pagina 80] [p. 80] Mijn kreunende gedachten: Gelijk ik uwen zang bemin, Bemin ik uwe klachten; Ik ben uw vriend, uw boezemvriend Mijn folf'rende gedachten: Als gij verzucht van lijden zat, Gevoel ik nieuwe krachten. Gelijk de moeder 't schuldig kind Mijn dierbare gedachten, Bemin ik en vergeef ik u, Als gij mij wilt versmachten. - Maar morgen, stoute kinderen, - Verrezene gedachten - Dan speelt maar in de groene wei En plukt mij bloemenvrachten. Vorige Volgende