Auteurs
Bazelmans, prof. dr. J. (1963) is hoofd sector Onderzoek ROB en bijzonder hoogleraar archeologische monumentenzorg Vrije Universiteit Amsterdam. Hij is van huis uit cultureel antropoloog. In 1996 promoveerde hij op een analyse van de uitwisseling van geschenken in het Oudengelse gedicht Beowulf. Op het moment is hij projectleider Nationale Onderzoeksagenda Archeologie.
Bonke, dr. ing. H. (1947) is internationaal werkzaam als freelance historicus en archeoloog en publiceert over Nederlanders overzee, (industriële) archeologie en monumenten. Werkte na opleiding H.T.S. weg- en waterbouw in het aannemersbedrijf en studeerde daarna geschiedenis en archeologie aan de Universiteit van Amsterdam. Hij promoveerde in 1996 op het proefschrift De Kleyne mast van de Hollandse koopsteden. Stadsontwikkeling in Rotterdam 1572-1795. Lid van de Commissie vestingwerken overzee van de Stichting Menno van Coehoorn
Doesburg, drs. J. van (1963) is werkzaam als senior-onderzoeker Middeleeuwen en Nieuwe Tijd, sector Onderzoek. Houdt zich bezig met het Kromme Rijngebied, aardewerk uit Vroege en Volle Middeleeuwen en kastelen, moated sites en omgrachte boerderijen.
Hierck, drs. D.A. (1970) studeerde kunstgeschiedenis van 1990-1996 aan de Universiteit Utrecht. Deed haar afstudeeronderzoek naar de stijlkenmerken van vier forten uit de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Auteur van het boek Eemnes, geschiedenis en architecuur, onderdeel van de MIP reeks van de provincie Utrecht. Sinds 2000 werkzaam bij de RDMZ, eerst voor het project Actualisering Monumentenregister, thans als consulent waardestelling voor de regio Noord.
Kuipers, prof. dr. M.C. (1951) is sinds 1977 werkzaam bij de RDMZ als jong erfgoedspecialist en sinds 2000 tevens als bijzonder hoogleraar Cultureel Erfgoed aan de Universiteit Maastricht.
Metz, T.L. (1954) van oorsprong Amerikaanse, is journalist bij NRC Handelsblad, waar zij regelmatig schrijft over architectuur, stedenbouw en landschap. Zij is (co-)auteur van o.a. De Nieuwe Kaart van Nederland, Snelweg> Highways in the Netherlands en Nieuwe Natuur: Reportages over veranderend landschap. In 2002 verscheen haar boek PRET! Leisure en landschap, over de gevolgen van de vrijetijdsindustrie voor stad en land.
Middelkoop, T. van (1959) studeerde geschiedenis MO-I, met als specialisatie militaire geschiedenis. Thans werkzaam als docent geschiedenis aan het Calvijn-college te Goes. Van zijn hand verscheen er een boek onder de titel: Een soldaat doet zijn plicht, generaal H.G. Winkelman, zijn leven en betekenis als militair (1876-1952). (Zaltbommel 2002), ter gelegenheid van het vijftigste sterfjaar van de generaal. In 2004 verscheen een geheel herziene tweede druk.
Mommaas, prof. dr. ir. J.T. (1955) studeerde in 1982 af in de Sociologie van de Westerse Gebieden aan de toenmalige Landbouwhogeschool in Wageningen. In 1993 promoveerde hij onder promotorschap van Theo Beckers op een proefschrift getiteld ‘Moderniteit, vrijetijd en de stad’. Eind 2003 werd hij aan de Universiteit van Tilburg benoemd tot hoogleraar in de Vrijetijdwetenschappen.
Montijn, drs. I. (1952) studeerde geschiedenis in Leiden. Zij publiceerde een reeks boeken, waaronder Leven op stand 1890-1940 (zevende druk 2003) en Huis en Haard. Monumenten van het wonen (2001). In 2002 verscheen van haar Naar buiten! Het verlangen naar landelijkheid in de negentiende en twintigste eeuw (2002). Montijn werkt als free-lance schrijfster en is columniste in NRC Handelsblad.
Niemeijer, drs. A.F.J. (1951) studeerde aan de VU, Amsterdam en is historisch-geograaf en werkte acht jaar bij de provincie Zuid-Holland (MIP, MSP), bij de RUU en - als projectsecretaris in het kader van de Actualisering van het Monumentenregister - bij de RDMZ. Thans werkzaam bij de RDMZ onder meer als beschrijver van Vliegveld Deelen. Promotieonderzoek rond geschiedenis binnenscheepvaart.
Purmer, drs. D.M. (1972) is historisch-geograaf, sinds 2000 werkzaam bij Vereniging Natuurmonumenten als beleidsmedewerker cultuurhistorie en landschap. Hij is actief als bestuurslid van de Historisch Geografische Vereniging Utrecht en publiceerde onder andere over kasteelruïnes in het Nederlandse landschap en historisch-geografische relicten op de Bovenwindse Eilanden van de Nederlandse Antillen.
Schulte, drs. A.G. (1941) studeerde kunstgeschiedenis aan de Katholieke Universiteit Nijmegen en is sinds 1970 verbonden aan de RDMZ. Hij is actief op redactioneel en bestuurlijk terrein bij diverse plaatselijke organisaties en auteur van verschillende delen van de Geïllustreerde Beschrijvingen in de reeks ‘De monumenten van Geschiedenis en Kunst’ in de provincies Gelderland en Limburg en tal van publicaties met een breed- en cultuurhistorisch spectrum op het gebied van monumentenzorg en topografie, waaronder monografieën en kunstenaarsbibliografieën met oeuvre catalogi.
Schut, drs. P. (1954) is werkzaam bij de Rijksdienst voor het Oudheidkundig bodemonderzoek (ROB) als beleidsmedewerker uitvoering monumentenwet, sector Behoud. Houdt zich bezig met de watervoorziening in de Romeinse tijd en motteversterkingen in Oost-Nederland.