| |
| |
| |
Jaarverslag 1999
Voorwoord
Geen wonder dat aan het Letterkundig Museum op 1 december 1999 de culturele prijs van de Koninklijke Nederlandse Uitgeversbond, de Gouden Ganzenveer, werd uitgereikt. Het ontving die onderscheiding uit handen van de staatssecretaris van OCenW, dr. F. van der Ploeg voor ‘de bijdrage die het levert aan het stimuleren van de belangstelling en waardering voor het literaire erfgoed.’ De Gouden Ganzenveer werd eerder uitgereikt aan onder anderen Lou de Jong, Arthur Lehning, het Cultureel Supplement en Pierre H. en Simone Dubois.
Het museum slaagde er in 1999 in het bezoekersaantal ten opzichte van het jaar daarvoor met de helft te doen toenemen tot 41.000. Die toename was met name te danken aan het Kinderboekenmuseum, dat in de vijf jaar van zijn bestaan is uitgegroeid tot een attractie die de Efteling moordende concurrentie dreigt te gaan aandoen. Het aantal kinderpartijtjes steeg eveneens met 50%: ruim 300 jeugdige jarigen vierden hun verjaardag met een bezoek aan het museum. Ook het aantal geraadpleegde collecties liet een verheugende toename zien: het steeg met 20% tot ruim 900. Enkele van de belangrijkste verzamelingen, Marcellus Emants, J.J. Slauerhoff en De Schone Zakdoek, werden in het kader van het Nationaal Programma voor Conservering van Bibliotheekmateriaal, het zogenaamde Metamorfoze-project, op microfilm gezet. Zij dienen er nu weer twee eeuwen tegen te kunnen. Voorstellen om onder meer de collecties Gerrit Achterberg, Forum, De Gemeenschap, Willem Kloos, J. van
| |
| |
Oudshoorn, E. du Perron en Henriette Roland Holst in het project op te nemen, werden door het Ministerie van OCenW gehonoreerd. Het aantal aanwinsten daalde weliswaar licht, maar de kwaliteit ervan compenseerde dat. Het museum verwierf onder meer ongepubliceerde gedichten in handschrift van Theo van Doesburg, een belangrijke collectie betreffende Jan Elburg/Lotte Ruting, (delen van) de literaire archieven van Judith Herzberg, Emiel van Moerkerken, J. van Oudshoorn, J.J. Oversteegen en Els Pelgrom, het zogenaamde Greshoff-exemplaar van E. du Perrons Het land van herkomst en een groot aantal brieven van Joseph Brodsky aan Kees Verheul. Het museum komt ook steeds meer in trek als plaats waar anderen terecht kunnen voor de organisatie van hun literaire activiteiten. Zo werden, naast veel meer, het laatste deel van het Verzameld werk van Godfried Bomans en de serie kinderpostzegels (met illustraties van Fiep Westendorp uit het werk van Annie M.G. Schmidt) er gepresenteerd. Ten slotte zij nog vermeld, dat het ook in financieel opzicht een voorspoedig jaar is geweest: het negatief saldo van 1998 is omgezet in een positief saldo. Het gaat dus goed. In het Beleidsplan 2001-2004 werden plannen ontwikkeld om het nog beter te laten gaan.
In het verslagjaar is het ORS (Online Retrieval System) gereedgekomen. In dit ORS-bestand - LM-Collecties geheten - zijn alle collectie-onderdelen (archivalia, iconografisch materiaal, av-materiaal, tijdschriften, vakliteratuur volwassenen en idem jeugd) geïntegreerd ontsloten. Naast specifieke zoeksleutels per collectie-onderdeel zijn er ook ‘overall’-zoekmogelijkheden. Op de studiezaal van het museum kunnen onderzoekers voorts het door het museum beheerde landelijke Centraal Bestand van Kinderboeken (CBK), de Catalogus Epistularum Neerlandicarum (CEN) en de Bibliografie van de Nederlandse Taal- en Literatuurwetenschap (BNTL) raadplegen. LM-Collecties en CBK zijn ook van afstand raadpleegbaar via de website van het museum (www.letmus.nl).
Het accres in 1999 bedroeg 26, 1 m' (1998: 97). Tot de verwerkte documenten behoorden de volgende collecties of onderdelen daarvan: C.S. Adama van Scheltema, Ad den Besten, J.C. Bloem, Pierre H. Dubois, Marcellus Emants, P.N. van Eyck, Hella S. Haasse, Herman Heijermans, J.H. Leopold, H. Marsman, Gerard Reve, Karel van het Reve, J.J. Slauerhoff, J.J. Voskuil en De Schone Zak- | |
| |
doek. Vele studenten, wetenschappelijk onderzoekers, tekstbezorgers, journalisten en scholieren raadpleegden ook dit jaar weer de documentencollectie (659 maal), de iconografische collectie (146 maal), de knipselcollectie (1889 maal) en de collecties vakliteratuur jeugd (58 maal) en volwassenen (40 maal). Er werden opnieuw meer dan 20.000 fotokopieën van recensies en reproducties van documenten aan diverse gebruikers verstrekt.
In 1999 werden ten behoeve van tentoonstellingen of wetenschappelijk onderzoek documenten en objecten in bruikleen gegeven aan de volgende instellingen: AMVC (Antwerpen), onderzoek betreffende Jan van Nijlen; Museum De Lakenhal (Leiden), tentoonstelling Dageraad van de moderne kunst. Leiden 1890-1940; Louis Couperus Museum (Den Haag) tentoonstellingen Louis Couperus en Pier Pander en Van Boek tot stuk. Van oude menschen op het toneel; NAA Omroepmuseum (Hilversum), tentoonstelling Mediakids; Artoteek (Den Haag), tentoonstelling Dada Den Haag; Constantijn Huygens Instituut (Den Haag), onderzoek naar J.H. Leopold; Frans Halsmuseum (Haarlem) en Gemeentemuseum (Helmond), tentoonstelling Jacobus van Looy (1855-1930). Niets is zoo mooi als zien...; Kunstenaarscentrum Bergen, tentoonstelling over kinderboeken; Constantijn Huygens Instituut, (Den Haag), onderzoek door prof. dr. H.T.M. van Vliet voor zijn publicatie Versierde verhalen. De oorspronkelijke boekbanden van Louis Couperus' werk (1884-1925); Koninklijke Bibliotheek (Den Haag), tentoonstelling Gebiologeerd door zichzelf: het literaire leven van H. Marsman en E. du Perron.
In het verslagjaar kon voor de voorlaatste keer een beroep worden gedaan op een deel van het voor de beleidsperiode 1997-2000 toegekend eenmalig extra aankoopsubsidie. Er konden daarom enkele belangrijke collecties worden aangekocht, waaronder de collectie Van Moerkerken, een belangrijke verzameling betreffende Jan G. Elburg, afkomstig uit de nalatenschap van Lotte Ruting, en een serie schrijversportretten van Frits Marnix Woudstra. Er werden 176 aanwinsten geregistreerd (1998: 202, 1997: 197, 1996: 184), waarvan er 22 door aankoop werden verworven. 145 Aanwinsten ontving het museum als schenking, negen als langdurig bruikleen. Het bestuur is alle schenkers en bruikleengevers bijzonder erkentelijk.
| |
| |
In alfabetische volgorde volgt hieronder een kleine selectie.
• | Brieven aan Cola Debrot van o.a. H. Marsman, E. du Perron, Pyke Koch, W.F. Hermans, Pierre H. Dubois, Jan Greshoff, S. Vestdijk, J. Engelman en M. Nijhoff. |
• | Veertien tot dusver niet gepubliceerde manuscripten van gedichten van Theo van Doesburg (1883-1931). De veertien gedichten (uit 1915 en 1916) zijn opgedragen aan Van Doesburgs geliefde Lena Milius. Het is een bijzondere verzameling liefdesgedichten, waarin Van Doesburg zijn artistieke idealen en zijn gevoelens voor zijn aanbeden vrouw op bijna religieuze wijze met elkaar verbindt. De handschriften konden worden verworven dankzij een royale bijdrage van het Prins Bernhard Cultuurfonds. In het Jaarboek 8 zijn ze alle in facsimile gereproduceerd en geplaatst in de context van de relatie tussen van Van Doesburg en Lena Milius. |
• | Deel literaire nalatenschap van Henk Drijvers, literair agent en hoofd afdeling contracten en rechten van de Edicom-groep (voorheen Van Goor Zonen, Den Haag), o.a. bestaande uit brieven van Koos Schuur en A. Marja aan Henk Drijvers (tijdens oorlog) en typoscripten van o.a. ‘Marche funèbre, een fantasie’, diverse documenten, manuscripten en typoscripten met correcties van A. Marja, waaronder het typoscript van ‘Ode aan Jan Schuur, de jongere’ en het typoscript en drukproef met aantekeningen van Eenvoudig schilderij, ingelijste foto van tekening van A. Marja door Evert Musch, dagboeknotities van Henk Beishuizen (journalist) inzake een expeditie naar Demerara, bundel Gelegenheidsgedichten t.g.v. eerste lustrum Uitgeverij Kroonder, d.d. 18-12-1945, ingebonden typoscript Goud en andere vertellingen door Johan van der Woude en een deel van het typoscript met correcties van ‘De verborgen omgang’ door Hein de Bruin. |
• | Het ‘gastenboek’ (1942-1948) van Jan Elburg en Lotte Ruting, een protesttekening en -tekst van Jan Elburg en Lotte Ruting, zes pentekeningen en een niet gesigneerde collage van Elburg, een figuur in timmerhout (waarschijnlijk zelfportret) plm. jaren '50, een kopie van typoscript De gelijkenis van de zeekoe met correcties in handschrift, foto's, brieven, waaronder twee benoemingsbrieven van Elburg aan de latere Rietveldacademie uit 1951 en 1953, en verscheidene opdrachtexemplaren van Jan Elburg, waaronder Praatjes kijken in vier stadia met twee plakproeven met originele tekeningen
|
| |
| |
| van Lotte Ruting, verschillende portretten van Jan Elburg door Lotte Ruting, negen groepstekeningen door o.m. Elburg, Ruting, Corneille, Lucebert, Ferdi en ‘Het uitzicht van de duif’ (nummer 11) van Elburg en Constant. |
• | Originele tekeningen van Friso Henstra (1928), illustrator, grafisch ontwerper, tot 1986 docent aan de Akademie voor Beeldende Kunsten te Arnhem en beeldhouwer te Amsterdam. Henstra maakte omslagen en illustraties voor meer dan zestig boeken. Hij werkte niet alleen voor Nederlandse uitgevers, maar sinds 1969 veelvuldig voor Amerikaanse kinderboekenuitgevers. De collectie bestaat o.a. uit originele tekeningen voor Wait and see, Varken en beer, Waarom niet?, Malle maffe muis, Historisch tableau, aquarel portret Multatuli voor omslag Ideën en twaalf originele omslagen voor boeken van Nabokov, Haasse, Vestdijk, Hamsun, Nolthenius, Van Dullemen, Herman Hesse, Theun de Vries en Multatuli. Verder omvat de collectie affiches, persoonlijke documenten, correspondentie met uitgevers, auteurs e.a. van 1960 tot heden, drukproeven, knipsels en reprodukties. |
• | Deel van het literaire archief van Judith Herzberg o.a bestaande uit diverse gedichten in manuscript en typoscript, waaronder dat van ‘Het Hooglied’, De deur stond open en Bijvangst met aantekeningen in handschrift, voorstel voor omslag voor Wat ze wilde schilderen en knipsels met aantekeningen van Herzberg, twee rijmprenten, de toneelbewerking van Leedvermaak door Mark Boode, affiches en correspondentie. |
• | De literaire nalatenschap van prof. dr. Rudie van Lier (1914-1986), waarvan de correspondentie met Nederlandse auteurs zoals Jan Greshoff, Adriaan Morriën, Jacques Gans, Arthur van Schendel, Ed. Hoornik en Menno ter Braak van groot belang is. In de collectie bevinden zich ook handschriften van Van Lier, een geluidsopname van Ellen Vogel, die Van Liers laatste dichtbundel Rupturen voordraagt, een drukproef van Mephistophelisch van Ter Braak met opdracht aan Van Lier, manuscripten van Du Perron en het album met foto's van de familie Van Schendel in hun toenmalige Italiaanse woonplaats Sestri Levante. |
• | Collectie brieven en briefkaarten aan Emiel van Moerkerken van de hand van E. du Perron, S. Vestdijk, M. ter Braak, Chr. van Geel, L.Th. Lehmann, Th. van Baaren en anderen. Tevens 27 brieven en briefkaarten van de hand van W.F. Hermans aan Emiel van Moerkerken. |
| |
| |
• | Een portret in pastel van Adriaan Morriën door Tonny Holsbergen. Dit portret werd door de Vrienden van het Letterkundig Museum aangeboden aan het museum op de Vriendendag 7 november 1999. |
• | Literair archief van Nel Noordzij, bestaande uit brieven van auteurs zoals Aya Zikken, Simon Vinkenoog, Wim Zaal, Henriëtte Mooy, A. Viruly, Rudy Kousbroek, Dick Hillenius, Renate Rubinstein, Adriaan van der Veen, An Rutgers van der Loeff en Wim Hora Adema, uitgeverscontracten, foto's, brieven, knipsels, gedichten in manuscript en typoscript met tekeningen, geluidsbanden van interviews/gesprekken met Nel Noordzij door Van Vriesland (1956), Henk van Randwijk, Renate Rubinstein, Els Goethals (1981), twee banden Nel Noordzij over Rilke (1965) en drie 78-toeren platen met gesprekken van Nel Noordzij en o.a. Victor van Vriesland. |
• | Wam de Moor, die in 1982 promoveerde op Van Oudshoorn: biografie van de ambtenaar-schrijver J.K. Feijlbrief
1976-1951, schonk een groot deel van de literaire nalatenschap van J. van Oudshoorn aan het museum. De schenking omvat naast correspondentie, drukproeven, foto's en persoonlijke documenten (ook van zijn vrouw Marie Teichner), handschriften van Van Oudshoorns belangrijkste boeken zoals Het onuitsprekelijke, Herfst, De doolhof, Marionetten, Laatste reis, Pinksteren, deel I, Verstandhouding, Bezwaarlijk verblijf, Begrip en plastiek, De idealist, eerste versie van De idealist (later De fantast), Van Oudshoorns eigen Duitse vertaling van Willem Mertens' levensspiegel, (ontwerp van) De groote Andries en Ontboezeming en typoscripter met auteurscorrecties van Het onuitsprekelijke, Achter groene horren, De avond, Pension Mordau (kopie), Nachtgeest, Doodenakker, Aan zee (doorslagen), Vae soli (met aantekeningen van Frans Coenen), vertalingen door Van Oudshoorn en de eerste proeven van Achter groene horren, Verhalen, Zondag, Pinksteren, Tobias en Louteringen. |
• | Het literaire archief van de op 7 juli 1999 overleden J.J. Oversteegen. Het archief bevat vele brieven van bekende schrijvers als Anna Blaman, Hugo Claus, Johan Daisne, Pierre H. Dubois, T.S. Eliot, F.C. Terborgh, J. Greshoff, W.F. Hermans, Esther Jansma, Ethel Portnoy, Gerard Reve en M. Vasalis en documentatie over onder anderen H.C. ten Berge, Jacques Hamelink en Arthur Lehning. Daarnaast bevat het archief correspondentie en documentatie rond het tijdschrift Merlyn, waarvan Oversteegen één van de oprich- |
| |
| |
| ters was, manuscripten en typoscripten van Bep Vuyk, Tjalie Robinson, Hugo Raes, Ethel Portnoy en Esther Jansma en documentatie rondom Literair lustrum. |
• | Manuscripten van de kinderboeken De kinderen van het achtste woud, Voor niets gaat de zon op, De Olifantsberg, De Eikelvreters, Kleine Sofie en Lange Wapper en Bombaaj van Els Pelgrom die in 1994 de Theo Thijssen-prijs ontving voor haar gehele oeuvre. |
• | Het zgn. Greshoff-exemplaar van Het land van herkomst in drie banden, oorspronkelijk door E. du Perron geschonken aan Greshoff in juni 1935. Na Greshoffs dood werd het door Du Perron geannoteerde exemplaar door zijn weduwe geschonken aan Pierre H. Dubois. Mevrouw Simone Dubois-de Bruyn schonk het na de dood van haar man aan het museum. Ter gelegenheid van deze overdracht op 27 november 1999 werd een tentoonstelling aan Pierre H. Dubois gewijd onder de titel Ik ging de literatuur in zoals een ander het klooster. Een foto van één van de bladzijden uit het boek prijkte afgelopen jaar op de Nieuwjaarskaart van het museum. |
• | Dossiers over Gerard Reve van Ben Hosman, oud-directeur van Athenaeum-Polak & Van Gennep. De dossiers bevatten o.a. correspondentie en documenten over De taal der liefde, Een circusjongen, Verzameld Werk, Het lieve leven, De Avonden, Het zingend hart, Lieve jongens, Onze vrienden, Vier pleidooien, A prison song in prose, het contract van 1968 en correspondentie (in kopie) met o.a. Van Oorschot, contract (1978) en correspondentie (1974 tot 1986) met Hosman en Polak, correspondentie over verfilming van Lieve jongens, correspondentie met Sigma Films (1977), correspondentie met Bert de Groot van Deltos Elsevier (1977), kopie van brief Reve aan prinses Irene, kopie van het ‘netschrift’ van Het boek Violet (voltooid 2 december 1977, 16.30 uur), kopie van handschrift van ‘Bevestiging’, kopieën van dagvaardingen en correspondentie betreffende roofdrukken, typoscript van feestrede uitgesproken in Pulchri, 14-12-'74, typoscript van dankwoord bij benoeming tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau, 1974, verklaring betreffende correspondentie met Joseph Cals, kopie van ‘Drie gedichten en een mening’ en kopie van brief aan ‘Mijnheer de Burgermeester’. |
• | Correspondentie van Jan Schepens (1909-1994), Vlaams journalist, onderwijzer, criticus en letterkundige, die o.a. redacteur was van Pan en Werk en
|
| |
| |
| redactiesecretaris van De Vlaamse Gids. De correspondentie heeft o.a. betrekking op het redactiewerk en bestaat uit brieven van diverse Nederlandse letterkundigen onder wie G. Achterberg, J. Greshoff, Nagel, E. du Perron, S. Vestdijk en V. Van Vriesland. |
• | De literaire nalatenschap van Wilfred Smit (1934-1972) o.a. bestaande uit manuscripten en typoscripten van deels ongepubliceerde gedichten en verhalen, correspondentie van Smit met o.a. Bert Bakker en S. Vestdijk en drukproeven van het Verzameld Werk uit 1983. |
• | 41 Brieven en beschreven ansichtkaarten van Joseph Brodsky aan Kees Verheul, twee tekeningen van Brodsky plus een handgeschreven gedicht in het Engels met grafische versieringen, elf typoscripten van gedichten, deels met handgeschreven titels en correcties, een typoscript met correcties van de bundel Ostanovka v pustyne, achttien brieven en kaarten van Kees Verheul aan Joseph Brodsky sinds zijn vertrek uit Rusland in 1972 en door hem bewaard. Het museum ontvangt kopieën van vijftien brieven van Verheul aan Brodsky (1968-1971) van de Nationale Bibliotheek in St. Petersburg, het museum op zijn beurt verstrekt kopieën van de 42 brieven van Brodsky aan Verheul. |
• | Deel van het letterkundig archief van Babs van Wely o.a. bestaande uit originele tekeningen voor een reeks van boeken van Hans Andreus, waaronder de Pompelmoes-serie, Henry de Filmhond en het postuum verschenen Woutertje Wonderling. Ook de originele illustraties voor de boeken van Jetty Krever en voor vele boeken van Paul Biegel, waaronder de Vergilius van Tuil-boeken, bevinden zich in het archief. Het bevat tevens, naast brieven van Hans Andreus, W.J. Rozendaal en Uitgeverij Holland en werk dat Van Wely maakte voor de Stichting van het Kind, een getekend dagboekje van Babs van Wely uit het Tjiapaera-kamp uit 1943, dat in het Jaarboek 1999 is afgebeeld. |
Behalve met 13.085 krantenberichten en recensies en 2.207 knipsels met primair werk van tot de collectie behorende schrijvers die dagelijks geknipt worden uit in Nederland en Vlaanderen verschijnende dag- en weekbladen (1998: resp. 13.300 en 2.397), groeide de verzameling ook met knipsels van oudere datum en met knipsels uit buitenlandse kranten, afkomstig uit schenkingen.
| |
| |
In het verslagjaar werden de belangrijkste uitgezonden literaire programma's opgenomen. Er werden 126 radio- en 59 televisie-programma's vastgelegd (1998: 130 resp. 80). Door de oprichting van het Nederlands Audiovisueel Archief te Hilversum kon eind van het verslagjaar de open-net registratie beëindigd worden. Het museum richt zich in de toekomst uitsluitend op uniek materiaal (waaronder rest-materiaal van filmers en tv-makers).
Het accres bij deze collectie bedroeg 1682 foto's (1998: 684), 83 getekende of geschilderde portretten (1998: 340) en 336 illustraties e.d. (1998: 549). De vakbibliotheek volwassenen werd uitgebreid met III publicaties. Die voor jeugdliteratuur met 82. Het museum heeft abonnementen op 116 vaktijdschriften, waarvan 48 specifiek voor jeugdliteratuur. Ook werd de verzameling uitgebreid met losse afleveringen van diverse tijdschriften uit schenkingen.
Het Letterkundig Museum behaalde in het verslagjaar een recordaantal bezoekers: 41.464, 14.104 meer dan in 1998. Deze stijging van 52% is vooral te danken aan de grootscheepse acties bij de tentoonstelling over kinderboekenschrijver Jacques Vriens. Met name in de herfst- en kerstvakantie kwamen veel kinderen naar het museum. Behalve de expositie over Jacques Vriens trokken het Kinderboekenmuseum, de tentoonstelling Vier lichte letterheren, de manifestatie Bloem lezen, Bloem zingen en de docentendagen veel bezoekers. De internetsite van het museum (www.letmus.nl) wordt steeds beter bezocht. In het laatste halfjaar werd de site door in totaal 5.971 personen geraadpleegd.
| |
Nieuwe tentoonstellingen in 1999 waren:
Op 15 april werd de tentoonstelling Vier lichte letterheren. Godfried Bomans, S. Carmiggelt, Kees van Kooten en Kees Stip geopend met een optreden van Jeroen van Merwijk. Kees van Kooten las uit zijn die dag verschenen verhalenbundel Levensnevel. De tentoonstelling was te zien tot en met 12 september. Daarna was de expositie, onder de naam Die leichte Kavallerie der niederländischen Literatur, te bezichtigen in Münster, Duitsland, van 2 tot en met 27 november. Bij de tentoonstelling verscheen een gelijknamig Schrijversprentenboek.
| |
| |
De expositie Altijd dit lege hart. De dichter J.C. Bloem werd geopend op 28 mei en was te zien tot en met 6 november. De opening werd verricht door prof. dr. H.T.M. van Vliet die de poëzie van Bloem belichtte en door prof. dr. A.L. Sötemann die een interpretatie gaf van het gedicht ‘Na de bevrijding l’.
Op 18 september opende Wam de Moor de tentoonstelling Schrijversportretten door Ko van de Ree: Pierre H. Dubois, Willem Jan Otten, S. Vestdijk, Leo Vroman en Paul de Wispelaere.
De tentoonstelling En de groeten van Jacques Vriens. Schoolverhalen werd op 30 september geopend door de staatssecretaris van OCenW, dr. F. van der Ploeg, gevolgd door een optreden van Sjoerd en Margje Kuyper, Paul en Hadjidja van Loon en Bies van Ede.
De tentoonstelling over Berlijn in de Nederlandse literatuur kon wegens omstandigheden geen doorgang vinden. Het geplande schrijversprentenboek over hetzelfde thema zal in de loop van 2000 verschijnen. Als vervanging van de expositie over Berlijn werd op 27 november de expositie Ik ging de literatuur in zoals een ander het klooster geopend. Deze tentoonstelling is een hommage aan Pierre H. Dubois (1917-1999). Bij de opening werd het woord gevoerd door Sjoerd van Faassen en Anton Korteweg.
Het museum organiseerde behalve deze tentoonstellingen, museumlessen en rondleidingen, diverse andere activiteiten:
Op 12 maart |
werd de docentendag Kinderboeken en de lespraktijk, eerder gehouden op 6 november 1998, wegens succes herhaald. |
Op 7 maart |
werd Connie Palmen geïnterviewd door Jeroen Vullings. Daarna las ze voor uit het nieuwe Boekenweekgeschenk, De Erfenis. |
Op 16 mei |
las Kees van Kooten voor uit zijn nieuwste verhalenbundel, Levensnevel. |
Op 30 mei |
zongen scholieren uit het voortgezet onderwijs en conservatoriumstudenten gedichten van J.C. Bloem op zelfgecom- |
| |
| |
|
poneerde muziek tijdens de manifestatie Bloem lezen Bloem zingen. Huub van der Lubbe zong ‘November’ en droeg voor uit Bloems werk. Diana Ozon droeg enkele gedichten van Bloem voor die alle het thema ‘dood’ hadden. Manon van Lier zong het speciaal door Ton Scherpenzeel getoonzette ‘Huiswaarts reizende’. |
Op 6 oktober |
las Kees van Kooten voor uit zijn eerste kinderboek Het schaampaard dat een maand later zou verschijnen. |
Op 10 oktober |
vertelde Jacques Vriens over zijn leven als schrijver en las hij fragmenten uit zijn werk, onder andere uit zijn nieuwste boek Achtste-groepers huilen niet. |
Op 20 oktober |
verzorgde Monique Hagen, sinds 1987 het gezicht van het jeugdprogramma Het Klokhuis, een speels programma met versjes en activiteiten speciaal voor kleuters. Zij las uit haar bundels Daar komt de tijger en Misschien een olifant. |
Op 12 november |
werd opnieuw een docentendag gehouden, nu voor docenten Nederlands en CKVI in het voortgezet onderwijs: Nederlandse literatuur in het studiehuis. Het programma werd geopend met een lezing door Nelleke Noordervliet, een lezing die naderhand op de internetsite van het museum is geplaatst. |
Op 18 november |
vond de première van Het debuut plaats, uit de reeks Schrijvers in Beeld. Voorafgaand aan de première lazen Chiel van Zelst, Ruth Feigenbaum, Marieke Groen, Adel M. Sulaiman, André Verbart en Dimitri Verhulst voor uit hun werk. Vier dagen later werd de documentaire op televisie vertoond in het NPS-programma Het uur van de wolf. Het programma trok 75.000 kijkers. |
Op 12 december |
las Ronald Giphart, één van de Negen Negentigers uit Gaan waar de woorden gaan, voor en beantwoordde hij vragen uit het publiek. |
Op 29 december |
(in de kerstvakantie) bracht Jacques Vriens twee sprookjes op het toneel. |
| |
| |
In het verslagjaar werden in het museum diverse andere literaire activiteiten georganiseerd:
22 mei |
bijeenkomst van het Carmiggelt Genootschap |
19 juni |
cursus van de Stichting Schrijfkramp |
10 september |
presentatie van het laatste deel van het Verzameld werk van Godfried Bomans. Uitgeefster Mizzi van der Pluijm van de Boekerij en de heer J.C. Bangert hielden een toespraak. Annemarie Feilzer, die het Verzameld Werk in samenwerking met Peter van Zonneveld bezorgde, sprak vervolgens een dankwoord uit. |
26 september |
slotmanifestatie Kinderdichter aan Huis |
4 oktober |
jaarlijkse diploma-uitreiking van de Vakopleiding Boekenbranche |
4 november |
jaarlijks symposium van de Jan Campertstichting |
5 november |
cursus van de Stichting Literalinea over de dichter J.C. Bloem |
7 november |
jaarlijkse Vriendendag |
9 november |
presentatie van de Kinderpostzegels |
16 december |
presentatie van het Jaarboek van de Historische Kring Die Haghe |
Verschillende organisaties, waaronder de Stichting P.C. Hooft-prijs voor Letterkunde, de Jan Campert-stichting, de Stichting Dichter aan Huis en het Willem Kloos Fonds, maakten gebruik van de faciliteiten van het museum.
Behalve de eerdergenoemde publicaties, die bij tentoonstellingen werden gemaakt, verschenen in de reeks Achter het Boek ‘Geld verdienen zal ik er nooit aan’. Briefwisseling Ed. Hoornik en A.A.M. Stols 1938-1954, bezorgd door Anky Hilgersom (deel 33) en Tussen twee generaties. Briefwisseling A. Roland Holst en H. Marsman (1922-1940), bezorgd H.T.M. van Vliet (deel 34). De delen werden verspreid door uitgeverij Bas Lubberhuizen te Amsterdam. Deel 31, een dossier over de splitsing tussen de tijdschriften De Gemeenschap en De Nieuwe Gemeenschap is inmiddels wegens auteursrechtelijke problemen met
| |
| |
de erven-Asselbergs van het programma afgevoerd. Als vierde deeltje in de Pissebed-reeks verscheen Dichter bij het Kinderboekenmuseum, met al gepubliceerde en nieuwe gedichten door onder anderen Bies van Ede, Hans en Monique Hagen, Mensje van Keulen, Paul van Loon, Koos Meinderts, Willem Wilmink en Leendert Witvliet.
Het project Debutanten '99 legt de ontwikkeling van het schrijversschap van veertig debutanten uit het jaar 1999 op film vast. De veertig auteurs zijn: Clark Accord, Paul Demets, Peter Drehmanns, Gabi van Driem, Martin-Michael Driessen, Ed van Eeden, Ruth Feigenbaum, Rebecca Gomperts, Marieke Groen, Arnold Jansen op de Haar, Janny de Heer, Marijke Hilhorst, Joost Huls, Bram Hulzebos, Yves van Kempen, Hanneke de Klerck, Jaap Kranenborg, Ramses Meert, Rita Meulwijk, Erwin Mortier, Ayatollah Musa, Rashid Novaire, Hanneke Paauwe, Margherita Pasquini, Hagar Peeters, Yves Petry, Bennie Roeters, Lisa de Rooy, Lony Scharenborg, Pauline Slot, Jan Roelof van der Spoel, Judith van der Stelt, Adel M. Sulaiman, Christophe Vekeman, André Verbart, Dimitri Verhulst, Lief Vleugels, Henk Weltevreden, Chiel van Zelst en Annelies Zijlstra. Elke vier jaar wordt op basis van dit materiaal een documentaire gemaakt, totdat de debutanten uit 1999 ophouden met publiceren. Kortom, een literaire variant van het Britse programma Seven Years Up. Het project, naar een idee van redacteur Jessica Swinkels, kwam mede tot stand dankzij een financiële bijdrage van het Prins Bernard Cultuurfonds en het VSB Fonds Den Haag en Omstreken. In het verslagjaar verscheen de eerste in deze reeks documentaires, getiteld Het debuut, als aflevering 29 in de reeks Schrijvers in Beeld. In deze film laat regisseur Jan Louter de lotgevallen zien van Rebecca Gomperts, Erwin Mortier, Ayatollah Musa, Hagar Peeters, Lisa de Rooy en Pauline Slot. De documentaire is een coproduktie van het Letterkundig Museum en NPS Televisie. |
|