4340 (2672a). Prentbriefkaart aan A. van Schendel: Amsterdam, 19 september 1935
Niet gelooven. Dit is het portret van Tamalone. Of niet?
Hartelijke groeten uit Amsterdam (waar ik Sjeu niet vinden kon) voor tutta la famiglia.
E.
In september 1935 verbleef Eddy du Perron met de criticus en essayist Nicola Chiaromonte ongeveer een week in Nederland. Op weg naar Nederland logeerden de twee bij de Greshoffs te Brussel. Vervolgens ging de reis naar Amsterdam, Bergen en Den Haag, waar Chiaromonte een lezing moest houden. Chiaromonte en Du Perron - over hun contact is in het notenapparaat van Menno ter Braak/E. du Perron, Briefwisseling 1930-1940 (ed. H. van Galen Last), dl. 3, Amsterdam 1965, p. 468-469 enige informatie te vinden-logeerden tijdens hun Haagse verblijf bij Menno en Ant ter Braak aan het Pomonaplein 22. Tijdens hun tocht werden vele musea bezocht. Hoogstwaarschijnlijk ook het Rijksmuseum te Amsterdam, waar Du Perron twee exemplaren kocht van een prentbriefkaart met een portret door Rembrandt van diens zoon Titus. Eén ansicht stuurde hij aan Jan Greshoff (brief 2672 in de Brieven, dl. 5, p. 437) en de ander, met poststempel: Amsterdam, 19.ix. 1935, aan Arthur van Schendel. ‘Tamalone’ is de hoofdfiguur uit diens romans Een zwerver verliefd (1904) en Een zwerver verdwaald (1907). ‘Sjeu’ is Van Schendels oudste zoon, Arthur Francois Emile van Schendel jr. (1910-1979), die sinds 1933 als volontair werkzaam was bij de afdeling Schilderijen van het Rijksmuseum. Van Schendeljr., die kunstgeschiedenis studeerde aan de Parijse Sorbonne en daar in 1938 promoveerde, maakte een lange carrière bij het Rijksmuseum. In 1959 werd hij benoemd tot hoofddirecteur, welke functie hij bekleedde tot zijn pensionering in 1975.
(Met dank aan Wieneke 't Hoen, Carlet Schneider en Edith Zuiderent.)