Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 2009-2010
(2011)– [tijdschrift] Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde [2001- ]– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 295]
| |||||||||
1.b SchenkingenM.G.A. Ball, Wassenaar; J. Bangs, Leiden; Bureau Beyond, Utrecht; J. Bos, Den Haag; A. Th. Bouwman, Leiderdorp; J. Bustraan, Leiden; J.C. M. Damen, Leiden; L. Devoldere, Rekkem, België; A.A.P. Francken, Leiden; A.J.E. Harmsen, Rotterdam; HDC Media, Alkmaar; A. Hermans-Stankovicová, Voorschoten; Antiquariaat Hinderickx & Winderickx, Utrecht; M. Horstmanshoff, Delft; F.W. Huisman, Woudenberg; Huygens Instituut, Den Haag; International Institute for Asian Studies, Leiden; G.H. Janssen, Leiden; A. de Jong, Leiden; F. Kist, Den Haag; R.E. Kon, Mheer; P. Koning, Rotterdam; Koninklijke Bibliotheek, Brussel; R.E. Kooi, Leiden; J. Kossmann-Putto, Groningen; W. Kuyper, Leiden; C. van Leeuwen, Bolsward; Stichting Leiden, stad van vluchtelingen, Leiden; J.Y. Leusink, Winsum; A. van Maanen, Antiquariaat Klikspaan, Leiden; L.L. van Maris, Leiden; E. Moesker, Naald-wijk; G. Muller, Amsterdam; Nederlandsche Vereeniging voor Druk- en Boekkunst, Winterswijk-Woold; J. Noordegraaf, Vrije Universiteit, Amsterdam; K. van Ommen, Leiden; Ons Erfdeel, Rekkem, België; W. Otterspeer, Leiden; S. van de Peppel, Gouda; Uitgeverij Podium, Amsterdam; A.E. van Poelgeest, Bornerbroek; Poëzieclub, Amsterdam; T. Pollmann, Utrecht; Uitgeverij Prometheus, Amsterdam; Uitgeverij Querido, Amsterdam; Editions Saint Jacques, Amsterdam; P.L. Schoonheim, Leiden; D.W.M. Simons, Den Haag; Stichting StiLiWo, Gorinchem; P.R.D. Stokvis, Leiden; M. Stol, Leiden; R. Storm, Koninklijke Bibliotheek, Den Haag; Uitgeverij De Uitvreter, Winterswijk-Woold; Universiteit Leiden, Hoger Onderwijs voor Ouderen, Leiden; J. Vellekoop, Leiden; L.J. van Vliet, Rijnsburg; Stichting Vrienden van het Museum van het Boek, Den Haag; Waanders Uitgevers, Zwolle; J. Wassenaar, Terwispel; W.B. Wieles-Maathuis, Leiden; T. Wijsenbeek-Olthuis, Den Haag; i. de Wilde, Groningen; P.A.W. van Zonneveld, Leiden. | |||||||||
[pagina 296]
| |||||||||
Een bijzondere schenking is afkomstig van mevrouw N. van Woerden-Müller, Amsterdam. Zij schonk uit de nalatenschap van haar man, de in 2005 overleden auteur Henk van Woerden, ruim 200 boeken over Zuid-Afrika: taal- en letterkunde, geschiedenis, sociologie en politiek. | |||||||||
1.c Oude en Bijzondere Gedrukte Werken - aanwinsten* Het tweede deel, van 't Geuse liet-boeck, bevattende al de gheschiedenisse, ende den oorspronck van de Nederlantsche oorloghe. - Op 't nieus oversien ende heel verandert, ende met eenige schoone figueren... verciert... - t' Amstelredam: by Otto Barentsz. Smient, [ca. 1643]. - 212, [4] p.: ill.; in-8 Plaatsingscode: 20678 C 108 ¶Dit zeldzame boek is een aanvulling op het nog beroemdere ‘Een nieu Geusen Lieden Boecxken’ uit 1581. Het bevat geuzenliederen op bijvoorbeeld de terechtstelling van de graaf van Egmond (1568), de Spaanse furie (1576), de val van Antwerpen (1585), de Spaanse Armada (1588) en de Nederlandse successen in Brazilië en Oost-Indië. | |||||||||
1.d Handschriften - schenkingen* Gedicht van H. Maronier: ‘'s Menschen levensgenot in de onderscheidene tijdperken van zijn bestaan’, inc. ‘Wat is de mensch? wat is op aarde 't menschlijk leeven?...’. Afschrift. xix-m. - Geschreven, 2 fol. - Hendrik Maronier (1792-1872); het gedicht werd in 1826 bij A. Vink te Amsterdam gedrukt. - Geschonken door dhr. W.F.J. Mörzer Bruyns, Bussum. [ltk 2180: 16] | |||||||||
1.e Handschriften - aankopen* Gedicht van H. Woltering, inc. ‘Het mag eens storme[n] / En Hard waaijen / Oranjes haan zal / Kooning kraijen...’. - Leiden, 1788. - Geschreven, 1 fol.; 225×135 mm. [ltk 2180: 17] * Gedichten van Jacobus Cras: 1. ‘Ter verheffing van Zijn Doorluchtigste Hoogheit den heere prince van Oranje en Nassouw tot stadhouder, capitain generaal en admiraal van de provincien Holland, Zeeland, Utrecht en Overijsel, dus van de Vereenigde Nederlanden’, inc. ‘De deugd en ware trou, wiens glans wel voor een tijd / verduijstert, breekt ten laast door nevelen van nijd...’. - 2. ‘Ad Batavos cum G.C.H. Friso princeps Nassovio-Auriacus etc. etc. etc. universi voce populi signaretur Foederati Belgii praefectus supremus’, inc. ‘O Batavi vigilate! Leo rugit, excitat | |||||||||
[pagina 297]
| |||||||||
illum / Friso spes patriae, splendida lux et amor...’. - 3. ‘Troost spraak aan Nederland ter gelegentheijt van het aangekondigde heuglijk swanger zijn van Haar Koninglijke Hoogheijt Mevrouw de Princesse Anna Kroon Princes van Engeland, Schotland & Ierland etc. etc. etc. Princesse van Oranje en Nassou etc.’, inc. ‘Wat quelt uw bange ziel, wat treurt gij Nederland? / Wekt uw verslagen moed, hoopt op des Heeren hand...’. - [S.l.], 1747 - Geschreven, 4 fol.; 325×205 mm. [ltk 2180: 18] ¶De eerste twee gedichten zijn geschreven naar aanleiding van de benoeming van Willem Karel Hendrik Friso (1711-1751), prins van Oranje en vorst van Nassau-Dietz tot kapitein-generaal en stadhouder in mei 1747. Het derde gedicht ontstond later in 1747 en heeft betrekking op de zwangerschap van Anna van Hannover, echtgenoot van deze stadhouder Willem IV; zij beviel in mei 1748 van Willem Batavus (1748-1806), de latere Erfstadhouder Willem v. * Politieke gedichten: 1. ‘Versje’, inc. ‘De koning van Bertanje / was van't verstand berooft...’. - 2. ‘Gecollecteerd op den 17 juny 1795 in de Nieuwe Kerk’, inc. ‘Zoo lang in Amstelstad het oranje word versmaat / De vorst gehoond, gelastert en zijn deugd gehaat...’. - 3. ‘Pasquil. Den 2 maart 1795 aangeplakt op den vrijheidsboom op het zogenaamde Burger Plein’, inc. ‘Gij die in naam voor vrijheid zijt...’. - [S.l.], 1795 - Geschreven, 3 fol.; diverse formaten. [ltk 2180: 19] ¶Gedichten 2-3 naar aanleiding van de inval door de Fransen in de Republiek in 1795. * Gedicht van C. Ydema: ‘Eere lied op het alderdoorluchtigste huwelijk tusschen den heere Prince van Orange ende Kroonprincesse van Groot Brittagnien om op den dag der inhaling vrolijk gezongen te worden’, inc. ‘Orange liet zijn heilzon rijsen, / en heeft voor Neerlands Leuw gewaakt...’. - [S.l.], 1734 - Geschreven, 1 fol.; 330×21 mm. [ltk 2180: 20] * Politieke gedichten, vooral betreffende Willem IV van Oranje-Nassau (1711-1751). Afschriften. Omvat: 1. ‘Op de aanstelling van Willem Karel Friso, van Nassau, prince van Orange enz. enz. enz. tot stadthouder van Gelderland’, inc. ‘'t aeloude burgerrecht geeft voogden en verzorgers / aen kinderen, of luij verbijstert in 't verstant...’. (1729). - 2. Gedicht inc. ‘Prins Friso van Nassouwe / doorlugtig keijsers bloedt / men komt uw nu benouwe...’ (1733?). - 3. ‘Op de afbeelding van Zijne Doorl. Hoogheid den heere Willem Carel Hendrik Friso prince van Orange en Nassau etc. etc. etc.’, inc. ‘Dit's Wilhem, in wiens minlijk beeldt / de geest des over grootvaders speeldt...’ (1734). - 4. ‘Aan Haare Hoogheid bij de inwag- | |||||||||
[pagina 298]
| |||||||||
ting van het vorstelijke paar in den echt verbonden te Londen den.... 1734’, inc. ‘Niet altoos blijft de lugt met donkerheid betogen / de son aan 's hemels bogen / die onlangs droevig scheen...’ (1734). - 5. ‘Op het overlijden van de eerstgebooren dogter van Zijne Hoogheit den heere prince van Orange etc. etc. etc.’, inc. ‘Oprechte burgers, die den laatsten der Nassouwen, / van dien doorluchten stam, die hielp uw staethuis bouwen...’.(1736). - 6. ‘Troostlied op de dood van de jonge princes van Orange’, inc. ‘Gij Neerlands volk staakt dog u klagten, / Is d'eerste vrugt die wij verwagten / Van hier gehaalt in d'eeuwigheijt...’ (1736). - 7. ‘Grafschrift op de eerste spruit van Zijne Hoogheid den heere prince van Orange etc. begraven tot Delft den 22 van wintermaand 1736’, inc. ‘Hier onder 't standbeelt van eender Nassouwsche helden, / die Balthazar Gerard moordadig nedervelde...’. - 8. ‘Een nieuw tafel lied op de verjaardag van de geboorte van Zijne Hoogheid den heere prince van Orange en Nassau, den 1 september 1736’, inc. ‘Tza vrinden laaten wij nu klinken / met volle glazen die schoon blinken...’. - 9. Gedicht inc. ‘Weg oorlog vuur en staal / Een staat zal zijn neutraal...’ (1742). - 10. Gedicht met inc. ‘De leeuw zonder klaauw of tanden, / Hollandt zonder handen...’ (1746). - 11. Gedicht ‘1747’, inc. ‘Orange boven al / de Staaten in de val / en Gilles op de loop...’. - 12. ‘Lied op Willem van Oranje, 1751’, inc. ‘Wat hoort men zingen langs de straat / Lang leeft Oranjes bloed / Maar wist gij burgers hoe 't toegaat: hij komt maar om uw goet...’. - 13. ‘Bemoediging aan den vrijen Nederlander over het afsterven van H.K.H.’, inc. ‘Daar 't recht der Kerken werd verkracht, / En dat der Burgeren en steden / Baldadig met den voet getreden...’. - 14. ‘Samenspraak tussen Jaep & Kees over de tegenwoordigen staat van ons land ende nootsakelijkheijd van 't aanstellen van Zijn Hoogheijd prins Wilhem Carel Hendrik Friso tot de schoone chargie van stadhouder cap. adm. en gener. over de Unie’, inc. ‘[Kees] De drommel Jaap wat mag het weesen / dat weer staat in de courant te leesen...’ (1747). - 15. ‘Vreugde-galm opgeheeven doe Zijn Doorlugtigste Hoogheijdt Willem Karel Hendrick Friso, den heere prince van Orange en vorst van Nassau enz. enz. enz. tot stadhouder, capitein generaal en admiraal van Holland, Zeeland, Uijtrecht, en Overeijssel etc. etc. verheeven is en alhier inden Hage geinstalleerd wierd op den 15e Meij 1747’, inc. ‘Wat hoordt men thans al wond're dingen! / Daar ik met blijdschap van wil singen...’. Getekend “J.v.B. G.z”. - 16. Leendert de Laat, ‘Enige versen op Zijn Hooghijts intrede binnen Dordrecht [?] den 5 juni 1747’, inc. ‘Dees praal-bogen zijn hier gestelt, / Ter | |||||||||
[pagina 299]
| |||||||||
eren van den vromen helt..... 1 fol. [‘Afgeschreven naar een gedrukt stuk in een bundel gedichten gevonden’; ommezijde: ‘Den weledelen heer J. Schouten’]. - 17. ‘Ik ben met u o Willem’, inc. ‘Wij beleeven vreugde dagen / nu Oranje staat aan 't roer...’. (1747). - 18. ‘Zege zang op de blijde inkomst van Zijne Doorlugtige Hoogheid Willem Karel Hendrik Friso prince van Orange en Nassau etc. etc. etc. als stadhouder der vereenigde Nederlanden’, inc. ‘Is 't waar? mag Nederland, na uitgerekt verlangen, / U tot stadhouder, veld- en zee voogd thans ontvangen?...’. 2 fol. (1747). - 19. ‘Eenige digtreegelen bij geleegentheijt van dees broederlijken bijeenkomst van heere ouderlinge en diaconen zoo die regeeren als haar E.W.E. Dienst ge-eijndigt hebben gehoude op den 28ste van slagtmaand 1788 sijnde de geboorten verjaringe dag van mevrouwe Louiza Wilhelmina prinzesse van Orangie en Nassouw etc. etc. etc.’, inc. ‘Dat in ons Leeuwendael, deez dag gezegend zij, Vorst Willems Dogter leeft tot heijl der maatschappij...’. - 20. Gedicht met inc. ‘Alweer een nieuwe last, na soo veel jaaren vreeden / Heeft men in oorloghstijd wel ooijt die smert geleeden?...’. (?). - 21. Frans gedicht ‘Lorang’, inc. ‘De tous les fruits à mon avis / qu'offre le Faye ou Gange / il n'en est pas de plus exquis / de plus doux que l'orange...’. - 22. Frans gedicht ‘La poire et l'orange’, inc. ‘Parmi les fruits, mes chers amis / que changent notre table...’. - 23. ‘In't jaer 1747’. Anoniem verslag Willems benoeming tot kapitein-generaal en alle gewesten van de Republiek op 2 mei 1747 en zijn feestelijke intocht in Amsterdam op 11 en 12 mei 1747. - 24. Nederlandse preek ‘In festo S. Leonardi’. - [S.l.], xviii-2. Geschreven, 46 fol.; diverse formaten. - Diverse handen (de stukken rechtsboven gemerkt met 233 en 235 in dezelfde hand). Nrs. 23-24 prozastukken. [ltk 2285] * Verzameling gedichten in het Nederland, Engels en Frans van o.m. E.A. Borgers, F. de Greuve, J.L. Nierstasz Jr., H. Tollens, W. Cowper, J.P.Cl. de Florian, Voltaire, Milton, B. ter Haar, Thomson, A.J. de Bull, Moore, P.A. de Genestet, N. Beets, Byron, W. Scott, Hugo, J. van Lennep, H.J. Schimmel, W. Bilderdijk, i. da Costa, Goethe, B. Hasebroek. Met inhoudsopgave voorin. Inschrijving van gedichten deels gedateerd. - [S.l.] 1848-1885. 1 deel, geschreven, ca. 120 fol; meest 222×150 mm. - Genoteerd in een blanco exemplaar met titelpagina van de dissertatie van Theodorus Schuurman, De munere graphiarii. Trajecti ad Rhenum 1848. Contemporaine pag. 1-101 [102-119]. Halfleren band met goudstempeling op de rug en tekst ‘th schuurman / de / munere / graphiarii’. [ltk 2286] Verzameling gedichten in het Nederlands, Engels en | |||||||||
[pagina 300]
| |||||||||
Frans, genoteerd door (en voor) Albertina Meerburg, van o.m. H. Binger, J.A. Alberdingk Thijm, J. van Walré, Vrouwe K.W. Bilderdijk, J. Bellamy, N. Beets, W. Wordsworth, J.P. Heije, A. Kehrer, J. van Beers, P.A. de Genestet, C.W. van der Pot, B. ter Haar, W.J. van Zeggelen, A. Guiraud. Sommige verzen werden ingeschreven door derden: M.A. Meerburg (moeder), zusje Do, en vriendinnen te Naarden en Winschoten, zoals Marie Loman, Anna Stikker, Marie van Dillewijn, J. Tiddens, Marie Rademaker, Trintje Rademaker. - [S.l.] 1871-1877. 1 deel, geschreven, 96 fol; meest 205×165 mm. - Moderne fol. in potlood 1-96. Tweezijdig beschreven. Linnen band met kartonnen platten beplakt met sierpapier. [ltk 2287] * Verzameling gedichten in het Nederlands (vertaald) en Frans van o.m. J. van den Vondel, D. Smits, C.F. Gellert, H.K. Poot, J. Brand, L.W. Van Winter-van Merken, Fontenelle, E. Pavillon, Racine, N. BoileauDespréaux, De la Motte, J. Pluimer, L. Bake, J. Oudaen, H. Dullaert, J. de Decker, A. Deken, J. de Kruyf, J. Le Francq van Berkhey, Des Barreaux, A. de Haan. Met inhoudsopgave voorin; deels met bronvermeldingen per gedicht. xviii-2 (ca. 1750-1782). 1 deel, geschreven, 95 fol.; meest 205×160 mm. - Papier in quarto, Contemporaine paginering 1-5, 5 [bis], 6- 182. Tweezijdig beschreven. In conserveringsband. [ltk 2288] * E.M. van de Water, ‘Verzameling van godsdienstige en leerzame gedichtstukken. 1ste Deel’, resp. ‘Verzameling van liederen en blijgeestige gedichtstukken. 2e Deel’. 88 resp. 97 gedichten in het Nederlands (genummerd 1-88, 1a-b, 2-97), meest anoniem; alleen de eerste helft van deel 1 noemt als auteurs A. de Lamartine, R. Feith, E.A. Borgers, H. Tollens, Stolberg en vooral S.J. van den Bergh. Met inhoudsopgaven voorin. - [S.l.], 1850. 2 delen, geschreven, 147, 287 fol.; 200×170 mm. - Machinaal vervaardigd papier, tweezijdig beschreven. Contemporaine pag. 1-286, 265-551. Kartonnen banden beplakt met sierpapier; voorplat dl. i voorzien van etiket met tekst ‘E.M. v.d. Water 15.9.1850’. [ltk 2289] * Convoluut (i-ii) met Middelnederlandse geestelijke traktaten. Noordelijke Nederlanden (Leiden?), ca. 1460 (ii) en ca. 1480 (i). - Papier in octavo, 3+186+3 fol., 130×100 mm. Stukken i en ii hebben een eigen foliëring: een achttiende-eeuwse in inkt (1-106) en een twintigste-eeuwse in potlood (1*-80*). Stuk i valt uiteen in twee eenheden (1-60, 61-106). - Perkamenten band van vóór 1744. - Provenance: Katherina Jan Hamers-dr. (zie f. 60v). Isaac Le Long, Amsterdam (cat. Schouten, Amsterdam 17 aug. 1744, p. 33, 8o nr. 44). Collectie Van Winter (?). J. van Baalen (cat. | |||||||||
[pagina 301]
| |||||||||
Van Baalen, Rotterdam 30 nov. 1863, nr. 150). J.P. Bervoets, Ossendrecht (f. iv: ‘Ex libris J.P. Bervoets’). - Uit particulier bezit aangekocht via het Verwervingsfonds van mnl. [ltk 2290] ¶Stuk i (f. 1-60): 5VI (1-60); VI-2 (,61-70), 3VI (71-106); 25 rr. op 95×65/70 mm. (f. 1-24), 22 rr. op 90/95×65/70 mm. (f. 25-60), 2r reg. op 90/60-65 mm. (61-106). Littera hybrida, twee handen (?): f. 1-60 (inconstant schrift), f. 61-106. Rubricatie; rode initialen variërend in hoogte: 5 rr. met paars penwerk in de marge (61r), 4 rr. (69v), 3 rr. (38r, 86v, 93r, 106v), 2 rr., rode lombarden. - f. 1r-19v: [Een geestlick boecxken om hem selven uut te gaen ende af te sterven]. Inc.: ‘[Hoe] cleyn oec dat werck is Ende het is god veel loffeliker dan dat saet in hogher contempelacien van binnen...’ [Titel en begin van de tekst in 18de-eeuwse hand aangevuld]. - f. 19v-24v: Dicta op naam van Dionysius de Areopagiet (19v-20v), Hieronymus van Stridon (20v-21v), Bernardus van Clairvaux (21v-22v), ‘Die wijse man’ (22v-23v), ‘Een goet brueder’ (23v-24r), Augustinus van Hippo (24r), ‘die propheet david’ (24r), lpericius de abt (24r-v), Franciscus van Assisi (24v), ‘enen ouden vader’ (24v) Isidorus van Sevilla (24v), N.N. (24v), paus Gregorius de Grote (24v). - f. 25r-28r: ‘Hier beghint een sermoen’. Inc.: ‘Onse here ihesu christi seet inder ewangelien Ic ben die wech ende ic ben die doer So wie doer mi niet en gaet die sal dolen Ende hier om seet Sinte augustijn Ic socht god in allen creaturen ende ic verloes god in mi selven...’. - f. 28r-37r: ‘Dit is een sermoen dat bescr jft ons die h. leere isydorus’. Inc.: ‘Liefste vrienden ende brueders het is ons noet dat wi ons nerstelijc wachten ende sonderlinge van drie sonden Als van hoverdien ghiericheit ende gulsicheit...’. - f. 37r-38r: Inc.: ‘Sunte bernaert die scrijft totten brueders vanden berghe gods Alle warent grote ende wonderlike godlike miraculen. die die here in ertrijc hevet ghedaen nochtan heeft een boven al gheschenen. ende dat alle die ander verlicht...’. [Parafrase van Guillaume de Saint-Thierry, Epistola ad fratres de Monte Dei, hier op naam van Bernardus van Clairvaux]. - f. 38r-40v: Inc.: ‘Die nederste dinghen daer du di O ziel toe keren sult te merken Dat is die doot die nyemont scuwen en mach Op dattu beeft Ende die swaer pijn der hellen op dattu die ontsiet Daer om O ziel denct nerstelic. dat die doot die niet en is te vlien...’. [Excerpt uit ‘Vanden vier oefeninghen’, onderdeel van Dirc van Herxen, Eerste collatieboek]. - f. 40v-60v: Inc.: ‘Qui perseveraverit usque in finem hic saluus erit. Wie volherdet tot in dat eynde die sal behouden wesen. Lieve suster ende gemynde in dat hart ons heren ihesu christi wilt dese voerscreven | |||||||||
[pagina 302]
| |||||||||
woerde voer oghen hebben ende volherdet tot inden eynde op dat ghi in ewicheit salich bliven moghet mitten heiligen...’. [Een epistel van inwendighe oefenynghe des levens ende der passien ons heren Jhesu Cristi]. - f. 60v: ‘Ic suster katherina Jan hamers dochter ghelove hoechlijc ende openbaerlijc na inhouden onsen previlegien Ewighe reynicheit myns lichaems Int ghemeyn te leven sonder eyghenscap Ende ghehoersamheit mynnen menister ter tijt sijnde Ende ghenoch te doen van mynen ghebreken Die ic teghen die dorde reghel des h. vaders santi francisci ende statuten ons ghemeyns capittels doen mocht na ons visenteerders ende menysters goetduncken als ic daer toe vermaent werde’. [Gelofte van tertiaris Katherina Jan Hamersdr. in de hand van de kopiist (?); vgl. f. 10v-12r. Een Katrijn Jan Hamersdr. komt voor in Leidse schepenoorkonden berustend in het Regionaal Archief Leiden, d.d. 2 mei 1426 en 8 oktober 1433; vgl. Secretariearchief (1253) 1290-1575, inv.nr. 1457]. - f. 61r-69r: ‘Dit is vander bevindingen des vijnstock. Inc.: ‘Di vijnstoc wort ghebonden. Wie en sal niet sien die banden ons vijnstocs. Nu laet nu ons sien Die yerste bant was die ghehoersamheit. Want hi sijnen vader was ghehoersam totter doot ya totter doot des crucen...’. [Excerpt van een vertaling van de uitgebreide versie van Bonaventura, Vitis mystica]. - f. 69v-82r: Inc.: ‘O Jhesu coninc der ewicheit mi is een woert totti. Die makinge dijnre handen vermetet hoer in die bontheit dijnre caritaten di toe te spreken...’. [Vertaling van Eckbert von Schönau: Soliloquium seu meditationes]. - f. 82r-86v: ‘Hier beghint een capittel gescreven vander ontfermherticheit’. Inc.: ‘Sante pauwels seet het si verre van my dat ic erghens in glorieren soude dan alleen inden cruys mijns heren Jhesu christi. O mijn ziel want ghi mynt dat ghevoel ic wel...’. [Meditatie over het lijden van Jezus, uitgebreider overgeleverd in hs. Olim Charleroi, sap: i, f. 73r-119r]. - f. 86v-88r: Inc.: ‘O Mijn god verloest mi van mynen vianden ende vanden ghenen die mi haten want si sijn ghesterct boven mi. Ic die tot desen daghe toe heb gheleeft teghen mi selven Alte hant bi uwer ghenaden sal ic beghinnen te leven...’. [Gebed]. - f. 88r-92v: ‘Dit is vander mynnen gods ons lieuen brudegom’. Inc.: ‘Onse lieve Here zeet keert u allen tot mi allen die verladen sijt. Het is al voer u betaelt aen den raem des h. crucen stijcht op mijn verweemde bruyt...’. [Passieoverdenking]. - f. 93r-106r: Inc.: ‘O Alre liefste broeders want wi sijn inden weghe deser blinder werelt. Ende onse daghe voer bi liden als die scaeddu der sonnen daer om is ons noet mit sorchvoldigher herten te dencken dat ons broesheit ons sterflicheit ons crancheit doet ons menichwerven gods vergeten want hi is die almochtighe here...’. [Spieghel der | |||||||||
[pagina 303]
| |||||||||
sondaers]. - f. 106r-106v: ‘Hier beghisnt een zeer mynlijc ende merkelijc ende goede oeffeninghe voer gheestelike menschen’. Inc.: ‘Die suete ihesus ghinc dic mit enen banghen bedructen herte dat hi nye verlicht en waert in de-ser tijt. Ende strecten hem dick uut bangicheit sijns herten op die blote eerde ende zeden...’. [slot van de tekst ontbreekt]. ¶Stuk ii f. 1*-80*): 10IV (1*-80*); 18 rr. op 95×70 mm.:Littera textualis, één hand. Rubricatie; rode initialen variërend in hoogte: 6 rr. (25v), 4 rr. (1*r, 52v, 65r), 3 rr. (24v, 35r, 53v, 66v, 72r), 2 rr., rode lombarden. - f. 1*r-72*r: Hoe die mensche sal leeren sterven.... Inc.: ‘O ewighe wijsheit want alle menschen naturlijc begheren te weten ende in u die over al een prince ende makere sijt alre creaturen sijn alle die scatten der wijsheit...’. [Mnl. excerpt uit Henricus Suso: Horologium aeternae sapientiae]. - f. 72*r-77*r: ‘Hier na volch noch een maniere om te leeren sterven’. Inc.: ‘Om die duechden te vercrighen ende die te hanteren en es gheen corter wech toe datti die werelt gheheelijc te sterven...’. [Excerpt uit Henricus Suso, Horologium aeternae sapientiae?]. - f. 77*r-79*v: ‘Vander doot’. Inc.: ‘Die doot es een sceydinghe van live ende van ziele ghelijc als een yegelijc wel weet Ende die wise Cathoen seit laet ons doch leeren sterven...’. [Excerpt uit Henricus Suso, Horologium aeternae sapientiae?]. - f. 79*v-80*v: Inc. ‘O Mensche penst dattu moet sterven / Ende daer toe salstu menich werven / Voer oghen hebben dijn groote sonden / Hoe swaerlijc si di hebben gebonden...’. [Uitgebreide redactie van het gedicht ‘Mensch wes op dijn hoede altoes’]. | |||||||||
2. Gebruik van de collecties2.a UitleningenHet aantal aanvragen en uitleningen, zowel voor gebruik binnen de bibliotheek als daarbuiten, bedroeg 22.531. | |||||||||
2.b TentoonstellingenIn 2009 werden in de Universiteitsbibliotheek Leiden twee tentoonstellingen georganiseerd waarin oude drukken te zien waren die deel uitmaken van de Bibliotheek van de Maatschappij. De eerste tentoonstelling ‘Boekrestauratie in beweging’ werd verbonden aan de restauratie van een aantal oude drukken, de tweede tentoonstelling ‘Arminius, Arminianism and Europe’ werd georganiseerd ter herdenking van de 400ste sterfdag van de Leidse hoogleraar Jacobus Arminius op 19 oktober 1609. Meer | |||||||||
[pagina 304]
| |||||||||
informatie over de tentoonstellingen is te vinden op: http://www.bibliotheek.leidenuniv.nl/collecties/tentoonstellingen. Twee middeleeuwse handschriften (ltk 195, ltk 537) werden uitgeleend aan de Bibliothèque nationale de France, Parijs, voor de tentoonstelling ‘La légende du roi Arthur’, 20 oktober 2009 - 24 januari 2010. | |||||||||
2.c. ConserveringOok dit jaar zijn een aantal restauraties en behandelingen uitgevoerd ten behoeve van de Bibliotheek van de Maatschappij:
Van al deze behandelingen liggen documentatierapporten ter inzage in het atelier.
In het kader van het project fragmentenberging zijn dit jaar zijn ca. 200 middeleeuwse fragmenten geconserveerd en verantwoord geborgen. Hieronder valt een groot deel van alle ltk-fragmenten. | |||||||||
3. Nieuwe projecten en dienstenIn 2009 werden diverse projecten opgezet en nieuwe initiatieven ontplooid om de bijzondere collecties van de Universiteitsbibliotheek Leiden en de collecties van de Bibliotheek van de Maatschappij te digitaliseren. In samenwerking met de Universiteitsbibliotheek van Amsterdam (uva) en de Koninklijke Bibliotheek wordt het project ‘Dutch Printed Books Online’ (dpo) uitgevoerd. Het project heeft als doel het gratis en integraal beschikbaar stellen van gedigitaliseerde boeken uit de periode 1781-1800 (in totaal 1,3 miljoen pagina's). Het project wordt gefinancierd door het Ministerie van ocw dat hiervoor 3 miljoen Euro ter beschikking heeft gesteld. In het kader van het conserveringsprogramma Metamorfoze worden door de Universiteitsbibliotheek Leiden circa 3700 gedrukte boeken uit de periode 1870-1900 geconserveerd en gedigitaliseerd. In 2009 is door vijf universiteitsbibliotheken, waaronder Leiden, en de Koninklijke Bibliotheek tevens het initiatief genomen voor een gezamenlijke project- | |||||||||
[pagina 305]
| |||||||||
aanvraag voor digitalisering van alle in Nederland geschreven of gedrukte boeken, van de middeleeuwen tot 1840. Het doel is het opzetten van een digitaal laboratorium voor de Geesteswetenschappen. |
|