8. Verslag van de commissie voor geschied- en oudheidkunde over het jaar 1991-1992
De Commissie kwam vijfmaal bijeen. De volgende voordrachten werden gehouden:
30 oktober 1991 sprak dr. C. Fasseur over Examenkoortsen: Leiden contra Delft;
27 november 1991 sprak mr. R. Feenstra over De bronverwijzingen in Hugo de Groots De iure belli ac pacis;
23 januari 1992 sprak dr. J.C.H. Blom over Een harmonieus gezin en individuele ontplooiing;
26 februari 1992 sprak dr. G.H.M. Posthumus Meyjes over De doorwerking van de Moderne Devotie bij de Remonstranten;
25 maart 1992 sprak dr. P.F.J. Obbema over Naar een corpus van middeleeuwse bibliotheekcatalogi? en de heer Bruijn over Zeeuwse kaapvaart in de zeventiende eeuw.
Als voorzitter van de Commissie fungeerde dr. J.A.F. de Jongste, als secretaris dr. J. van den Berg.
Leden van de Commissie waren de dames dr. C.W. Fock en dr. M.E.H.N. Mout en de heren dr. W. Backhuys, dr. H. Baudet, dr. J. van den Berg, dr. J.C.H. Blom, dr. D.E.H. de Boer, dr. J.R. Bruijn, dr. A.E. Cohen, dr. C. Fasseur, mr. R. Feenstra, dr. S. Groenveld, dr. J.P. Gumbert, dr. H.J. de Jonge, dr. J.A.F. de Jongste, dr. J. Th. Lindblad, dr. P.F.J. Obbema, dr. G.H.M. Posthumus Meyjes, dr. I. Schöffer en dr. K.W. Swart.