Bijlage I Verslag van de uitreiking van de Lucy B. en C.W. van der Hoogt-prijs 1978
Zaterdagmiddag 16 december 1978 werd in de Brakke Grond te Amsterdam aan Hilbert Kuik de Lucy B. en C.W. van der Hoogt-prijs 1978 uitgereikt voor zijn roman Het schot.
De dichter Rutger Kopland hield een lezing over de kritieken op Het schot, die hij zonder uitzondering inadequaat vond. De vaak negatieve reacties op de roman achtte hij ongefundeerd. Hij lichtte dat oordeel op amusante en afdoende wijze toe met citaten.
Hierop kon de Commissie voor schone letteren gemakkelijk inspringen met haar juryrapport, waarin de verdiensten van de roman, ook volgens Kuik zelf, duidelijk beschreven worden. Kuik liet er in zijn dankwoord geen twijfel over bestaan dat hij ingenomen was met de prijs. Die kwam, zei hij, op een voor hem belangrijk moment: de toekenning deed hem zekerder staan tegenover zijn schrijverschap, hij had zelfs het besluit genomen er tijd voor vrij te maken. Kuik ging verder uitvoerig in op de grondtoon van zijn eigen werk en wees er op dat hij behoorde tot een generatie die als kind is opgevoed met oorlogsbeelden. Hij installeerde daarom een schrijversgeneratie van ‘Veertigers’, die in hun boeken de oorlogservaringen uitwerken.
De middag werd muzikaal opgeluisterd door de band van Frits Müller, en door Joost Mathijsen die zorg droeg voor de uitvoering van drie liederen van Huygens (hij verkeerde in de veronderstelling dat het de uitreiking van de Constantijn Huygens-prijs betrof).
Ten slotte werd het stemmige vara-televisiespel Nooit meer terug, geschreven door Hilbert Kuik en geregisseerd door Niek van den Boezem, als film vertoond.