[XVII.]
xvii. Bij de rondvraag pleit de heer Van Tricht opnieuw, zoals hij een aantal jaren geleden met - tijdelijk - succes heeft gedaan, voor vaststelling van de datum der jaarvergadering op een dag, waarop degenen, die betrokken zijn bij het VHMO niet ambtshalve verhinderd zijn. In elk geval zou terugkeer tot de zaterdag z.i. gewenst zijn. De voorzitter herinnert aan de moeilijkheden met de Pers, die het vergaderen op zaterdag met zich meebrengt, al mogen die uiteraard niet de doorslag geven. De heer Van Haeringen meent, dat de wettelijke datum, t.w. de derde woensdag in juni, indertijd is gekozen met het oog op de bezwaren van de heer Van Tricht. Afgezien van het feit, dat het be-