Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1948-1949
(1948-1949)– [tijdschrift] Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde [1901-2000]– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 205]
| |
Verslagen | |
[pagina 207]
| |
Verslag van de jaarlijkse vergadering te Amsterdam 16 juni 1948De beschrijvingsbrief luidde:
Leiden, Mei 1948.
M.
Het Bestuur van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde nodigt U uit tot het bijwonen van de jaarlijkse vergadering op
Woensdag de 16de Juni 1948 te Amsterdam in het Internationaal Cultureel Centrum Paviljoen Vondelpark, klokke elf.
De orde der werkzaamheden is als volgt: I. Opening van de vergadering door de voorzitter, de heer Mr P.J. Idenburg. II. Verslag van de staat der Maatschappij en van haar belangrijkste lotgevallen en handelingen gedurende het jaar 1947-'48. III. Verslag van de staat der Afdeling voor de drie Noordelijke Provinciën gedurende hetzelfde tijdsverloop. IV. Verslag van de staat der bibliotheek gedurende hetzelfde tijdsverloop. V. Verslag omtrent de rekening en verantwoording van de penningmeester. VI. Verslag van de commissie voor taal- en letterkunde. VII. Verslag van de commissie voor geschied- en oudheidkuntde. VIII. Verslag van de commissie voor schone letteren. IX. Verslag van de commissie voor de uitgaaf van geschriften. X. Verslag van de commissie voor het jaarboek. XI. Bekendmaking van de uitslag der stemming over de te benoemen gewone leden (zie bijlagen). Ieder gewoon lid is gerechtigd, zijn stem uit te brengen omtrent de vraag, welke leden zullen worden benoemd. Zij die van dat recht gebruik maken, zorgen dat het hun nevens de candidatenlijst toegezonden stembiljet, duidelijk ingevuld en met hun naam ondertekend, uiterlijk 24 uur voor de aanvang van de jaarlijkse vergadering is ingekomen bij de secretaris. Een in de voorafgaande maandvergadering te benoemen commissie van te Leiden of in de naaste omgeving van Leiden woonachtige leden maakt de uitslag der stemming de avond tevoren op, en deelt die aan de vergadering mede (art. 8 der Wet). XII. Stemming over de toekenning van de prijs van aanmoediging, genaamd Lucy B. en C.W. van der Hoogt-prijs, voor de periode 1947-'48 (zie bijlage). XIII. Voorstel van het bestuur tot het verlenen van een voorschot van ƒ 500.- uit het vaste fonds aan het Lucy B. en C.W. van der Hoogt-fonds. | |
[pagina 208]
| |
XIV. Mededelingen van het bestuur omtrent de samenweriking met de Afdeling België, de Afdeling voor de Zuid-Oostelijke Provinciën en de Commissie voor Zuid-Afrika. Noenmaal in de Vondelzaal en Franse zaal van het I.C.C. XV. Voordracht van Z.E.H. Kan. Prof. Dr P. Sobry uit Leuven: ‘LITTERATUURSTUDIE EN UNIVERSITEIT’ XVI. Vaststelling van de jaarlijkse bijdrage (art. 12 der Wet). Het bestuur stelt voor deze te handhaven op ƒ 10.-. XVII. Verkiezing van drie bestuursleden (art. 23 der Wet; zie het bijgevoegde stembiljet). XVIII. Verkiezing van leden in vaste commissiën (art. 56 en 63 der Wet; zie het bijgevoegde stembiljet). XIX. Verkiezing van vertegenwoordigers van de Afdeling België, de Afdeling voor de drie Noordelijke Provinciën en de Afdeling voor de Zuid-Oostelijke Provinciën in het bestuur (zie het bijgevoegde stembiljet). XX. Verkiezing van vertegenwoordigers van de Afdeling voor de drie Noordelijke Provinciën in de vaste commissiën (zie het bijgevoegde stembiljet). XXI. Voorstel van het bestuur tot dispensatie van art. 63-3 der Wet. XXII. Verkiezing van de voorzitter. XXIII. Rondvraag.
Tegenwoordig zijn 109 leden. De voorzitter, Mr. P.J. Idenburg, opent te 11.20 uur de vergadering in de Vondelzaal van het Internationaal Cultureel Centrum Paviljoen Vondelpark met een woord van welkom aan de talrijke aanwezigen, onder wie personen uit alle delen van het Nederlandse taalgebied. Het is duidelijk, dat de Maatschappij steeds meer uitgroeit tot een instelling, waarin Noord en Zuid, Oost en West gelijkelijk plaats vinden, een algemeen-Nederlandse instelling, waarbij het woord Nederlands niet een beperking van landsgrenzen, doch een van taal en cultuur aanduidt. Met bijzondere waardering spreekt de heer Idenburg over het werk van zijn voorganger, Prof. Bijvanck, die met brede blik grondslagen heeft gelegd, hecht genoeg om daarop voort te bouwen, gelijk in het afgelopen jaar is geschied. Deze arbeid is rijk geschakeerd en belangrijk geweest. Hulde brengt hij allen, die èn in centraal verband èn in de afdelingen aan de bloei der Maatschappij hebben medegewerkt, hulde in het bijzonder aan secretaris en penningmeester, die een belangrijk deel van de arbeid hebben verricht, waardoor de Maatschappij zich | |
[pagina 209]
| |
zo heeft kunnen uitbreiden en zo doeltreffend heeft kunnen werken. Vervolgens leest de voorzitter de namen voor der leden, die de Maatschappij gedurende het afgelopen verenigingsjaar door de dood heeft verloren, welke door de aanwezigen staande worden aangehoord. Het zijn de volgende: Dr H. Beets, Dr M.E. Belpaire, H. de Bruin, Dr J. van Hinten, Dom. J. Huyben O.S.B., Jhr Mr B. de Jong van Beek en Donk, C. Louis Leipoldt, Dr S. Mok, J. Schepp, J. Smit, El. Soer, Z. Stokvis, Dr A.E.H. Swaen, A.G. Valkhoff-Wijdom. Onder hen zijn personen van verschillende gaven en zeer verschillende levenskring; velen hebben een vooraanstaande plaats bekleed in het maatschappelijk leven, zeer velen hebben op velerlei gebied daadwerkelijk deelgenomen aan de arbeid der Maatschappij. Het is met grote dankbaarheid, dat wij hen gedenken. |
|